Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de Vlaamse Scriptieprijs.

Broodnodige zorg? Hoe straatverpleegkunde kan inspelen op de ervaren (zorg)noden van personen met een dakloosheidsproblematiek

Charlotte Ruyssen
Ondanks de vele initiatieven in België om mensen met een dak- of
thuisloosheidsproblematiek op te vangen en te integreren, blijft de prevalentie
stijgen. Deze populatie kan weinig beroep
doen op de gezondheidszorg, ondanks de populatie haar gezondheidstoestand
als algemeen slecht ervaart.
Straatverpleegkundigen bevinden zich in een gunstige positie om contact te
leggen met de doelgroep, zorgnoden te identificeren en toegang tot de zorg te
simplificeren.

Als ongekwalificeerde uitstroom dreigt: een kwalitatief onderzoek naar hoe betrokkenen de impact van naadloze flexibele trajecten (NAFT) ervaren

Gail Deboeuf
De thematiek betreffende vroegtijdig schoolverlaten wordt belicht. Hierbij wordt via kwalitatief onderzoek de impact gemeten van naadloze flexibele trajecten (NAFT). Deze trajecten worden ingezet om ongekwalificeerde uitstroom tegen te gaan.

Hoe kan men jongeren betrekken bij het ontwikkelen van een jeugdcentrum in Leopoldsburg?

Zoë Brock
In deze bachelorproef is onderzocht hoe men jongeren kan betrekken bij het ontwikkelen van een jeugdcentrum.

Parelmoer pour toujours: Consolidatie van lacque burgauté op Pierre Gole tafel uit collectie Smidt van Gelder

Vadim Van Meenen
Onderzoek naar consolidatieproducten voor lacque burgauté op een unieke Barokke pronktafel van Louis XIV.

Baas in eigen teelbal? De mannenpil in Vlaanderen tussen 1970 en 2005

Marianne Moors
De thesis handelt over de geschiedenis van de mannenpil in Vlaanderen tussen 1970 en 2005. Hierbij lag er focus op de vrouwenbeweging, de centra voor geboorteregeling en berichtgeving in de media.

Affective profiles of individuals who committed internet-facilitated sexual offenses

Ella Ballière Lara Wauters
In de literatuur wordt vaak geopperd dat online seksuele delinquenten beschouwd worden als een groep met aparte kenmerken, los van de kenmerken van hand-on seksuele delinquenten. Echter is onderzoek naar online seksuele delinquenten schaars. Daarbij is weinig geweten over de affectregulatie van online seksuele delinquenten en of zij gebaat zijn bij dezelfde emotieregulatietraining die vaak wordt gebruikt voor hands-on seksuele delinquenten.

Deze studie wil, door middel van vragenlijsten, onderzoeken of experiëntiële vermijding, problemen met affectregulatie en seks als coping, het plegen van hands-on en online seksuele misdrijven (mede) zou kunnen verklaren. Dit zou kunnen bijdragen aan het verbeteren van bestaande tertiaire preventieprogramma's voor online seksuele delinquenten in plaats van ze op dezelfde manier te behandelen als hands-on seksuele delinquenten.

In lijn met onze hypotheses zagen we dat het gebruik van experiëntiële emotieregulatie door emoties te erkennen, begrijpen en te uiten, de kans op het plegen van hands-on seksuele delicten significant verlaagt. Aan de andere kant lijkt het onderdrukken van emoties de kans op hands-on seksuele misdrijven juist te vergroten. Dit impliceert dat inzetten op adaptieve emotieregulatievaardigheden binnen de behandeling van hands-on seksuele delinquenten essentieel is.

Hoe kan een pedagogisch medewerker ouders preventief informeren rond anesthesie vanuit de pediatrie?

Johanna Declerck
Hoe kan een pedagogisch medewerker, dus de praktijkgerichte orthopedagoog, ouders op voorhand informeren over het anesthesie proces dat hen kind zal ondergaan wanneer hij of zij geopereerd wordt op de pediatrie.

Investigation of the time patterns of GRB light curves

Else Magnus
In mijn thesis analyseer ik de gammastraling van een selectie gammaflitsen, in de hoop turbulentiekenmerken terug te vinden die iets kunnen vertellen over het ontstaan van de gammastraling. Ik vergelijk de kenmerken ook voor verschillende types van gammaflitsen. Deze kenmerken heb ik inderdaad gevonden, maar niet voor alle gammaflitsen, zoals zeer heldere flitsen of de voorloperflits.

De impact van de politiecultuur op de carrièreontwikkeling van vrouwelijke politiefunctionarissen

Céline Tronquo
In deze masterproef wordt de hypothese gesteld dat er binnen de politionele wereld sprake is van een gender bias en dat de doorstroom van vrouwelijke politiefunctionarissen naar de hogere kaders niet evident zijn. Door middel van een literatuurstudie en scoping review wordt er dieper ingegaan op het carrièreverloop van vrouwelijke politiefunctionarissen. Hierbij wordt er meer bepaald aandacht gegeven aan de obstakels en uitdagingen waarmee vrouwelijke politiefunctionarissen geconfronteerd worden. Ook wordt er stilgestaan bij het gegeven of de mogelijke (dominante) politiecultuur -cult of masculinity- hier een rol in speelt.

Een belevingsonderzoek bij studenten met het label hoogbegaafdheid in het hoger onderwijs

Maj Van Hee
Niet alle hoogbegaafde studenten behalen het succes dat van hen wordt verwacht in het hoger onderwijs, integendeel. Ze botsen op specifiek aan hoogbegaafdheid geconnoteerde moeilijkheden en barrières. Ze lopen vertraging op of stoppen volledig met hun studies. Het verloren potentieel van deze individuen is niet alleen een verlies voor de samenleving maar ook voor zichzelf. Desondanks is hoogbegaafdheid in het hoger onderwijs als thema een hiaat in onderzoek en praktijk. In het Vlaamse hoger onderwijs is er weinig tot geen ondersteuningsbeleid voor deze studenten.
Deze masterproef is een belevingsonderzoek naar de ondersteuningsnoden van studenten met het label hoogbegaafdheid. Wij stellen ons de vraag hoe deze groep het Vlaamse hoger onderwijs beleeft, wat zij zien als protectieve factoren en tekorten, om vervolgens aanbevelingen te doen vanuit hun perspectief in functie van een ondersteuningsbeleid in het hoger onderwijs. Er werden bij twaalf participanten semigestructureerde interviews afgenomen, waarin de beleving rond het hoger onderwijs en het label hoogbegaafdheid werd bevraagd.
De participanten ervaren in de eerste plaats een enorme maatschappelijke druk en een heleboel verwachtingen die verbonden zijn aan het label hoogbegaafdheid. Een meer neutrale en geïnformeerde manier van kijken naar hoogbegaafdheid is aangewezen. Het invoeren van een bijzonder statuut kan zorgen voor zowel een structurele alsook een culturele verandering omtrent de ondersteuning van hoogbegaafdheid en kan het taboe en de terughoudendheid rond disclosure tegengaan. Een grondige studie(keuze)begeleiding is aan de orde waarbij het verschil in waardeoordeel tussen universiteit en hogeschool verlaten wordt. Tenslotte wordt de beleving van hoogbegaafde studenten gepreoccupeerd door een gevoel van eenzaamheid en is de rol van peer support voor deze studenten zeer groot en veelzijdig.

BETEKENISVOLLE TRANSPARANTIE BIJ DE TOEPASSING VAN AI-SYSTEMEN EEN ANALYSE VAN DE TRANSPARANTIEVERPLICHTINGEN IN DE ALGEMENE VERORDENING GEGEVENSBESCHERMING EN HET VOORSTEL VOOR EEN VERORDENING BETREFFENDE ARTIFICIËLE INTELLIGENTIE

Annelore Mattart
Deze masterproef analyseert de mate waarin de transparantieverplichtingen in de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) en het Voorstel voor een Verordening betreffende Artificiële Intelligentie (Voorstel) samen betekenisvolle transparantie bieden ten aanzien van de aan het AI-systeem onderworpen personen bij de toepassing van artificiële intelligentie (AI). Deze analyse gebeurt aan de hand van een zelf ontwikkeld transparantiekader, gebaseerd op (en in lijn met) de reeds bestaande academische literatuur hieromtrent. Dit kader wordt op beide wetgevende instrumenten toegepast, op grond waarvan de juridische uitdagingen in de AVG en het Voorstel met betrekking tot het bereiken van betekenisvolle transparantie visueel kunnen worden waargenomen. Uit de integratie van beide transparantiekaders, wordt de mate waarin de AVG en het Voorstel betekenisvolle transparantie bieden ten aanzien van de aan het AI-systeem onderworpen personen, visueel geïllustreerd.

ONDERZOEK NAAR MORELE DISTRESS BIJ OCMW-MEDEWERKERS DIE VLUCHTELINGEN ONDERSTEUNEN

Amina Bouslah
Morele distress is een psychologische angst bij hulpverleners om zich in een situatie te bevinden die de professional tegenhoudt om moreel correct te handelen. Morele distress is veel voorkomend bij frontliniewerkers, onder andere OCMW-medewerkers. Ze krijgen te maken met twee verschillende vluchtelingenstatuten die op papier dezelfde rechten zouden bevatten, maar in realiteit verschillend worden ingevuld. Deze masterproef tracht bij te dragen tot de kennis over de invloed van verschillende vluchtelingenstatuten op OCMW-medewerkers. Het onderzoek is tot stand gebracht door middel van een online enquête dat verstuurd werd naar alle OCMW’s over heel Vlaanderen. Deze enquête bevatte kwantitatieve data met een kwalitatief luik, dit bood de mogelijkheid om bepaalde keuzes te beargumenteren/ondersteunen in de open vragen. Uit de data bleek dat vele respondenten moeite hebben met de eisen van het beleid bij de verschillende statuten. OCMW-medewerkers streven naar een gelijke behandeling onder cliënten en proberen onderbenutting van de rechten te vermijden. De voorkeursbehandeling ten aanzien van de Oekraïense vluchtelingen wordt niet geapprecieerd en wordt gezien als discriminatie ten aanzien van de andere kwetsbare groepen in de samenleving. De wijze waarop het beleid snel ingreep bij de Oekraïense vluchtelingen wordt gezien als een good practice dat ook aangemoedigd moet worden bij andere vluchtelingengroepen.
Conclusie, OCMW-medewerkers ervaren morele distress door niet dezelfde kansen te kunnen bieden aan hun cliënten vanwege de regels van de verschillende overheden.

Onderzoek naar de effecten van stabilisatie of reanimatie met intacte navelstreng op de neonaat.

Sarah Vanden Bremt
Wanneer een baby extra hulp nodig heeft bij de geboorte wordt de navelstreng meestal meteen doorgeknipt. Deze bachelorproef onderzoekt de effecten van een stabilisatie of reanimatie met een intacte navelstreng.

Impact of "Made in Belgium" Label on Customers' Willingness To Pay for Fast-Moving Consumer Goods

Gino Aytas
Onderzoek naar de betalingsbereidheid van Belgische consumenten voor producten met een "Made in Belgium" label. Verder is het effect van zulk label ook geëvalueerd voor de graad van etnocentrisme, imago van het land van herkomst en imago van het merk. Finaal tracht het onderzoek ook te achterhalen of er een verschil is in de bevindingen tussen respondenten die aan een 2D (afbeelding) of 3D (interactief model) product werden blootgesteld.

Verpleegkundige worden: top of flop?

Shauni Van der Goten
Tijdens deze bachelorproef werd onderzoek gedaan naar welk beeld de wereldbevoking heeft over het verpleegkundig beroep. Er werd gekeken of er nood is aan promotie en op welke manier dit best gebeurd. Als laatste werd een eigenhandig promotiefilmpje gemaakt.

Vleermuizen als insectenbestrijders in varkensstallen: duurzame oplossing of volgende pandemie?

Britt Nijs
Beperkt onderzoek aangevuld met literatuurstudie rond pathogenen aanwezig bij een specifieke kolonie vleermuizen, met doel hen in te zetten als insectenbestrijders in varkensstallen met buitenbeloop.

Herinneringseducatie en roofkunst tijdens WOII: een casestudy

Kristel Van Audenaeren
Via een methodologie van herinneringseducatie wordt via een literatuuronderzoek naar de geschiedenis van roofkunst een concreet voorstel geformuleerd met vakoverschrijdende lesinhouden voor de sleutelcompetenties burgerschap, historisch bewustzijn en vooral cultureel bewustzijn en expressie.

Jackiw-Teitelboim (super)gravity, topological gauge theory and EOW branes

Andreas Belaey
Deze scriptie bundelt de bestaande literatuur over het Jackiw-Teitelboim zwaartekrachtmodel, met een bijzondere focus op de groepentheoretische behandeling. Deze achtergrond dient als basis voor een alternatieve beschrijving van de kwantumoplossingen van zwarte gaten, evenals de incorporatie van supersymmetrie in deze context.

Grensoverschrijdend gedrag: een probleem van werknemer of werkgever? Een onderzoek naar het beleid van grensoverschrijdend gedrag op de werkvloer van de zorgsector

Margaux Masquelier
Deze scriptie handelt rond het beleid van grensoverschrijdend gedrag op de werkvloer binnen de zorgsector. Nog steeds worden te veel medewerkers geconfronteerd met dergelijk gedrag. Hierbij dient het beleid binnen de instelling te worden uitgebreid. Deze scriptie geeft, weliswaar op kleine schaal, een eerste aanzet tot grote veranderingen.

GEBRUIKEN EIGENAARS VAN HONDEN MET IDIOPATHISCHE EPILEPSIE VAKER ALTERNATIEVE VOEDING EN VOEDINGSSUPPLEMENTEN?

Pauline Vynckier
In deze scriptie werd er met behulp van een enquête gekeken wat de voedingsgewoontes waren voor honden met idiopatische epilepsie, voor en na de diagnose. Deze voedingsgewoontes werden ook vergeleken met gezonde honden. Deze studie had als doel om deze gewoontes in kaart te brengen als basis voor ander onderzoek en/of meer inzicht te hebben om het management van honden met idiopatische epilepsie met behulp van voeding te verbeteren.

Het Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan: een blik op de procedure

Jessica De Doncker
Deze masterthesis onderzoekt de ervaring van het gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan bij gemeentelijke omgevingsambtenaren en schepenen van Omgeving. Ondanks dat het ruimtelijk beleidsinstrument een kwarteeuw bestaat, werd nooit onderzocht of dit ruimtelijk beleidsinstrument de lokale goede ruimtelijke ordening ten goede komt. Deze masterthesis vult dit hiaat op door een tweejarig kwantitatief en kwalitatief onderzoek.

Een cultuurgeschiedenis van de cholera in Antwerpen in 1866: emoties, opvattingen en dagelijkse praktijken

Marie Bruyndonckx
In mijn meesterproef bestudeerde ik hoe de inwoners van Antwerpen de cholera beleefden in 1866. Meer specifiek keek ik naar de opvattingen, dagelijkse praktijken en emoties die met de infectieziekte gepaard gingen. Door kennis verkregen uit verschillende bronnen – archiefmateriaal zoals brieven, dagbladen, medische tijdschriften, rapporten, preken en boeken – samen te brengen met kennis uit de literatuur kon de analyse bijdragen aan het onderzoeksveld van de medische geschiedenis.

Tinnitus suppression by means of cochlear implantation: does it affect cognition?

Sarah van Genuchten
In deze bachelorproef werd het mogelijke effect van tinnitusluidheid op cognitie onderzocht, bij personen met een cochleair implantaat. Hierin werd gebruik gemaakt van een within-subjects design, waarbij elke participant twee keer de cognitieve test aflegde (één keer met en één keer zonder CI).

The creative act. About content and structure in times of transition.

Lieve Kauwenberghs
Hoe leven, denken en creëren we in onze huidige onstabiele tijden? Doorheen de velden van de landschapsarchitectuur en kunsten is deze scriptie een zoektocht naar hoe deze vraag bewuste en onbewuste keuzes over inhoud en structuur tijdens het creatieve proces kan beïnvloeden in deze velden.

Emissievrije stedelijk logistiek: Op weg naar een duurzaam verhaal

Hannah Dequeker Charlotte Balis Gwendoline Devolder
Stad Kortrijk stelt de vraag “Kan het werken met een consolidatiehub aan de rand van het stadscentrum van Kortrijk zorgen voor een reductie van broeikasgasemissies?”. Het antwoord luidt volmondig "Ja" en toch faalt keer op keer elk stadsrandhubproject dat in Vlaamse steden wordt uitgerold. In deze scriptie werd onderzocht waarom het zo'n moeilijke opgave blijkt en hoe Vlaamse steden toch al kunnen toewerken naar emissievrije stedelijke logistiek.