Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de Vlaamse Scriptieprijs.

Klimaatramp als katalysator richting duurzaamheid?

Fran Vancraenem
Hoe berichtgeving over klimaatrampen al dan niet aanzet tot ecologisch duurzamer gedrag bij de kijker.

Hervorming van VSO naar CV erkend als SO: geslaagd of niet?

Selena Zwijsen
Deze scriptie tracht te beoordelen of de hervorming door het WVV van het regime van de VSO (vennootschap met sociaal oogmerk) naar de CVSO (coöperatieve vennootschap erkend als sociale onderneming) al dan niet geslaagd is. Dit doet men door middel van een bespreking van beide regimes, een vergelijking van de twee, een blik op de CVSO in de praktijk, en een formulering van alternatieven en aanbevelingen aan de wetgever.

Idiographic modeling of non-suicidal self-injurious urges: A case description of three patients in clinical care

Elise Van Laere
Dankzij de smartphone, die steeds binnen handbereik is, kunnen onderzoekers en clinici meer inzicht krijgen in wanneer iemand acuut risico loopt om zichzelf opzettelijk te verwonden in het dagelijkse leven. Als deel van het lopende DAILY-project aan de KU Leuven, onderzochten we, met behulp van de smartphone, welke gedachten en gevoelens iemand triggeren tot een grotere drang om zichzelf te verwonden en hoe dit verschilt tussen personen.

De toekomst van de Arctische zeeroute

Kevin Van de Maele
Scenarioanalyse met betrekking tot de concurrentiekracht van trans-Arctische containerscheepvaart in vergelijking met de Suezroute.

Klaar voor de loopgraven? Het rekrutenleven in de Belgische militaire opleidingskampen in Frankrijk tijdens de Eerste Wereldoorlog

Tine De Keyser
Deze thesis biedt een persoonlijke inkijk in het dagelijkse leven in de Belgische militaire opleidingskampen op Franse bodem tijdens de Eerste Wereldoorlog. De rekruten zelf staan erin centraal en hun reis ernaartoe, de training, de materiële gesteldheid en het vertrek naar het front kregen allemaal een plek in dit onderzoek.

Wettelijk en aanvullend pensioenstelsel van werknemers in het licht van de huidige samenlevingsvormen: nood aan een hervorming?

Jill Laeveren
Deze masterscriptie handelt over de impact van de samenlevingsvormen op het Belgische wettelijk en aanvullend pensioenstelsel van werknemers. De centrale vraag in deze masterscriptie is of de bevoorrechting van gehuwden inzake de wettelijke en aanvullende pensioenen vandaag nog gerechtvaardigd kan worden, en of het niet wenselijker is om de maatschappelijke evolutie, waarbij partners steeds meer kiezen voor een wettelijke of feitelijke samenwoning, te vertalen in de Belgische werknemerspensioenen. Er wordt aldus een kritische analyse uitgevoerd aangaande de invloed van de samenlevingsvormen op de pensioenen, waarna er enkele aanbevelingen aangereikt worden ter optimalisering van het Belgische recht. Ook de Nederlandse aanpak wordt besproken teneinde hieruit inspiratie te putten ter verbetering van het Belgische recht.

Understanding the role of customer inertia in the B2B service context

Thomas Landuyt
Dit onderzoek herdefineert consumenteninertie in de B2B context van een unidimensionaal consturct tot een 3 dimensionaal construct. Dit onderzoek concludeert dat consumenteninertie kan voortvloeien uit gedragspatronen, cognitieve processen en affectieve attitudes van de klant.

Betrouwbaarheidsanalyse van een hogedruk waterstoftank voor brandstofcel-elektrische voertuigen

Iron Degryse
Het minimaliseren van de menselijke, ecologische voetafdruk en het behouden van
een comfortabele en betaalbare levenswijze is waarschijnlijk een van de grootste
uitdagingen van de 21e eeuw. Een van de terreinen waar op dit moment veel innovatie plaatsvindt in deze context is de auto-industrie, waar wordt gezocht naar
alternatieven voor auto’s op fossiele brandstof. Een belangrijk voorbeeld van deze
alternatieven zijn brandstofcel-elektrische voertuigen. Ze combineren een lage uitstoot met een gebruikspatroon dat vergelijkbaar is met dat van auto’s op fossiele
brandstof. Vooral voor zwaar transport lijken ze interessant.
Hoewel het fysieke concept aantrekkelijk lijkt, moet er nog veel technologische
ontwikkeling en optimalisatie plaatsvinden. Dit proefschrift richt zich op een essentieel onderdeel van het aandrijfsysteem in een brandstofcel elektrisch voertuig: het
drukvat waar de waterstof (en dus de energie) wordt opgeslagen. Het is verreweg het
zwaarste onderdeel van het aandrijfsysteem en verhoogt dus de vermogensbehoefte
van het voertuig aanzienlijk. Als oplossing om het gewicht van de constructie te
beperken, wordt gezocht naar alternatieve materialen ter vervanging van staal. Een
materiaalgroep met een zeer hoge specifieke sterkte en stijfheid zijn de vezelcomposieten.
Hoewel ze technisch beter presteren, blijven er enkele problemen. Vezelcomposieten
zijn minder matuur en hun mechanisch gedrag is inherent moeilijker te modelleren.
Hierdoor hebben bedrijven tegenwoordig de keuze tussen twee onaantrekkelijke opties: grote tijdrovende en dure experimentcampagnes uitvoeren of een zeer grote
veiligheidsfactor gebruiken. De industriestandaard voor de veiligheidsfactoren van
composiet drukvaten ligt nu rond de 2,25.
Dit proefschrift behandelt een alternatieve benadering om de structurele betrouwbaarheid van een composiet drukvat te beoordelen, een zogenaamde ringtest. Hier
wordt de hydraulische druk van de waterstof nagebootst door een radiaal contactmechanisme jegens een ringmonster. Op deze manier kan veel materiaal worden
bespaard. De ambitie is om een template te ontwikkelen waarin de ringtest wordt
gecombineerd met een uitgebreide virtuele testcampagne (= eindige elementenmodel).
Deze combinatie zou de kosten van de testcampagne kunnen beperken, terwijl de
veiligheidsfactor redelijk laag blijft.
In dit proefschrift worden modellen voor de ringtest ontwikkeld en geverifieerd.
Relaties tussen de ontwerpvariabelen, andere gegevens en de barstdruk worden
bestudeerd. Op deze manier wordt een objectieve en cijfermatige inschatting gemaakt
van de (na)delen van de ring test.

Optimization of the optoelectrical properties and sputtering damage of ITO and ZnO in CIGS solar cells

Frederik Vanherf
Energyville verricht onderzoek op het gebied van dunne-film fotovoltaïsche cellen, waarbij Copper
Indium Gallium Selenide (CIGS) één van de huidige onderwerpen is. Indiumtinoxide (ITO) en
zinkoxide (ZnO) films, de toplagen van CIGS-zonnecellen, werden gedeponeerd met een lineair
RF-sputtersysteem. Dit werd gedaan om de geleidbaarheid en de transmissie van deze vensterlagen te optimaliseren en de schade aan de onderliggende lagen, geïnduceerd door het sputteren, te verminderen.

Geldt een pandemie als overmacht in het verbintenissenrecht

Caro Stuer
1. Het uitgangspunt is dat een overeenkomst die geldig wordt aangegaan, de partijen tot wet strekt. Een pandemie kan daar een voorbeeld van zijn een omstandigheid die het moeilijk of onmogelijk maakt een verbintenis na te komen. Overmacht zou ervoor kunnen zorgen dat een schuldenaar wordt bevrijd van zijn contractuele verbintenis.
2. Om na te gaan of er in de context van de coronacrisis sprake is van overmacht, dient in de eerste plaats te worden nagegaan of er sprake is van een toestand waarbij de schuldenaar kampt met een financieel onvermogen. In de meeste gevallen is dit in het kader van een handelshuurovereenkomst.
Luidt het antwoord positief, dan kan men er kort over zijn. De kans is groot dat de rechter de rechtsgrond overmacht niet zal aanvaarden. De meerderheid en de meest recente rechtspraak verwijst naar het cassatiearrest van 28 juni 2018. Het Hof van Cassatie aanvaardt namelijk niet dat financieel onvermogen een kwalificatie tot overmacht rechtvaardigt. Het Franse Hof van Cassatie aanvaardt dit evenmin.
Luidt het antwoord daarentegen negatief en is er geen sprake van een financieel onvermogen in hoofde van de schuldenaar, dan dient te worden nagegaan of aan de toepassingsvoorwaarden van overmacht is voldaan.
3. Er moet bij elke met corona verband houdende situatie geval per geval, sector per
sector, contract per contract worden nagegaan of er sprake is van overmacht.
Een schuldenaar moet zich ingevolge de coronacrisis in de onmogelijkheid bevinden de verbintenis na te komen en de contractuele fout dient ontoerekenbaar te zijn. Er is nog discussie over de vraag of het nu gaat om een absolute of een relatieve onmogelijkheid. De contractuele wanprestatie dient onvoorzienbaar en onvermijdbaar te zijn.
Indien aan de toepassingsvoorwaarden van overmacht niet voldaan is, dan is er geen sprake van overmacht. Er kan dan worden onderzocht of er beroep kan worden gedaan op de alternatieven van overmacht: de wijziging van de overeenkomst, de ontbinding, contractuele clausules of de uitvoering te goeder trouw.

4. Het eerste alternatief voor overmacht is de wijziging van de overeenkomst.
Een contract kan alleen gewijzigd of opgezegd worden mits wederzijdse toestemming van de partijen of op grond van de wet. Dit standpunt wordt gevolgd in het Franse recht en in het nieuwe Burgerlijk Wetboek.
5. Het tweede alternatief is de ontbinding van de overeenkomst. Wanneer de gedwongen uitvoering niet mogelijk is, kan er een keuze gemaakt worden tussen: de gerechtelijke ontbinding, de ontbinding op kennisgeving of het uitdrukkelijk ontbindend beding.
De ontbinding op kennisgeving werd recentelijk erkend door cassatierechtspraak en zal in het nieuwe Burgerlijke Wetboek een wettelijke grondslag krijgen. De ontbinding op kennisgeving is wellicht geïnspireerd op het Franse recht. Er dient bij een ontbinding op kennisgeving sprake te zijn van een wederkerig contract, een voldoende gekwalificeerde schending, een ingebrekestelling en een kennisgeving van de beslissing van de schuldeiser aan de andere contractspartij. Het klassieke voorbeeld van een wanprestatie is de niet-betaling van de huurgelden. Wanneer overmacht kan worden vastgesteld, zal er niet aanvaard worden dat er sprake is van een wanprestatie die de ontbinding rechtvaardigt.
6. Het derde alternatief voor overmacht zijn de contractuele clausules. Deze clausules zijn mogelijk nu het verbintenissenrecht van aanvullend recht is. Enerzijds zijn er de overmachtsclausules en anderzijds de imprevisieclausules. In zo een clausule kunnen contractspartijen bedingen welke omstandigheden in aanmerking komen als overmacht of imprevisie en wat de gevolgen zijn van deze kwalificatie op hun contract. Partijen kunnen dus zelf overeenkomen in welke mate een pandemie een impact zal hebben op hun overeenkomst.
In Frankrijk zijn contractuele clausules eveneens mogelijk.
7. Het vierde en laatste alternatief dat in deze thesis wordt voorgesteld voor overmacht, is de uitvoering te goeder trouw.
Er kunnen op grond van de aanvullende werking van de goede trouw bijkomende verbintenissen worden opgelegd aan partijen. Zo dienen de contractspartijen er zich van te onthouden de nakoming van de verbintenis door de wederpartij te bemoeilijken in de context van een pandemie. Er kan ook de verplichting worden afgeleid om bijkomende contractuele regelingen te treffen met het oog op de goede afloop van de basisovereenkomst. Ook het Franse recht en het nieuw Burgerlijk Wetboek geven deze betekenis aan de aanvullende werking van de goede trouw. Een contractspartij die zich in een situatie van overmacht bevindt, kan worden verhinderd zijn verplichtingen te goeder trouw na te komen. Vaak is een onderhandelde oplossing wel opportuun. Zo kan een betalingsuitstel, afbetalingsregeling of een prijsvermindering worden voorgesteld.
Het is bij de matigende werking en bij rechtsmisbruik aan een contractpartij verboden de haar uit de overeenkomt voortvloeiende rechten uit te oefenen op een manier die in strijd is met wat van een redelijke contractpartij mag worden verwacht. Wie in het kader van de coronacrisis de nakoming zou blijven eisen van een ingrijpend gewijzigde overeenkomst, kan zich schuldig maken aan rechtsmisbruik. De schuldenaar dienst daarnaast loyaal redelijke maatregelen te nemen die de schade van de niet-nakoming kunnen matigen of beperken. Deze redenering is in het Franse recht en het nieuw Burgerlijk Wetboek terug te vinden. Het ontbreken van een onderhandelde oplossing, zoals een betalingsuitstel, een afbetalingsregeling of een prijsvermindering, kan leiden tot rechtsmisbruik. De matigende werking staat de toepassing van de risicotheorie in geval van overmacht echter niet in de weg.
8. Imprevisie kan niet als alternatief worden gebruikt voor overmacht in het Belgische recht. Bij imprevisie is er, in tegenstelling tot bij overmacht, sprake van omstandigheden die de uitvoering van de overeenkomst bijzonder moeilijk of aanzienlijk zwaarder maken voor (één van) de partijen. De coronacrisis kan daar een voorbeeld van zijn. De imprevisieleer beoogt een heronderhandeling van de overeenkomst tussen de partijen. Noch het Burgerlijk Wetboek, noch het Hof van Cassatie en noch andere (corona)rechtspraak aanvaarden de imprevisieleer.
De bindende kracht van een overeenkomst blijft het uitgangspunt. Het Franse recht en het nieuwe Burgerlijk Wetboek aanvaarden de imprevisieleer wel.
Partijen kunnen wel steeds een contractuele imprevisieclausule opnemen. De imprevisieleer kan ook min of meer het recht binnensluipen via enerzijds de matigende werking van de goede trouw en de leer van het verbod op rechtsmisbruik en anderzijds door een soepele invulling van het overmachtsbegrip.
We hebben de imprevisieleer niet kunnen gebruiken tijdens de coronapandemie.
Mocht het nieuw Burgerlijk Wetboek al van kracht zijn geweest, had dit een grote invloed gehad op verschillende contracten en zou de rechtspraak vandaag anders luiden.
De aanvaarding van de imprevisieleer tijdens de coronacrisis had er wellicht toe geleid dat overmacht minder snel werd aanvaard.

Rechtspersoonlijkheid voor robots: een rechtsfilosofische afweging vanuit Belgisch juridisch perspectief

Victor Schollaert
Robots zijn in ons recht vandaag niets meer dan voorwerpen. Het wordt tijd om te overwegen of ze de status van personen verdienen in ons recht. Door middel van een rechtsfilosofische afweging wordt in dit onderzoek een voorzichtig positieve balans opgemaakt.

COMPARISON OF DIFFERENT STATIONARY PHASES IN SUPERCRITICAL FLUID CHROMATOGRAPHY TO PREDICT THE SKIN PERMEABILITY OF PHARMACEUTICAL COMPOUNDS

Rosemarie Verellen
De vergelijking van meerdere stationaire fasen in superkritische vloeistofchromatografie om de huidpermeabiliteit te voorspellen.

Investigation and in vivo validation of the anti-Candida activity of probiotic metabolites in the vaginal niche

Silke Baldewijns
Deze scriptie gaat over het effect van probiotische metabolieten op vaginale Candida infecties. Het effect van de gist Saccharomyces cerevisiae als probioticum tegen vaginale Candida infecties werd ook getest in een muismodel.

Design and assessment of low-carbon residential district concepts with (collective) seasonal thermal energy storage

Robin Haesen Louis Hermans
Met thermische seizoensopslag kan zonne-energie uit de zomer worden opgeslagen tot in de winter om te gebruiken voor de verwarming van woningen. De opslagtechnologie wordt gecombineerd met andere componenten in een globaal warmtenetwerk. In de thesis worden verschillende concepten voor zo'n warmtenetwerk met seizoensopslag ontworpen en vervolgens geëvalueerd op CO₂-uitstoot en kostprijs.

De kunst van creatief onderwijs

Sarah Awad
Dit praktijkonderzoek heeft als doel inzicht te krijgen in de wijze waarop het Steineronderwijs in Vlaanderen volgens hun pedagogie en filosofie hun ASO-leerlingen voorbereidt op het leven. Hierin staat de vraag centraal: wat is de meerwaarde van kunstzinnigheid en creativiteit in het secundair onderwijs en hoe vertaalt zich dat in het Steineronderwijs. Aansluitend hierop worden de sterktes en de zwaktes van dit type onderwijs verder onderzocht. Naast een uitgebreide literatuurstudie werden er diepte-interviews afgenomen van oud-leerlingen van MSV en Werner Govaerts, coördinerend directeur van de Federatie Steinerscholen. Deze scriptie werd geschreven naar aanleiding van een politieke tendens waarbij kunstzinnige vakken in het secundair onderwijs sterk worden teruggeschroefd. Er wordt geconcludeerd dat kunst een noodzaak is voor een brede, optimale ontwikkeling van een jongere. Hierdoor krijgen jongeren de kans om hun eigen stem te laten horen, hun eigen talenten te ontdekken, hun eigen creativiteit te ontwikkelen en hun eigen unieke identiteit tot uitdrukking te brengen. Binnen het Steineronderwijs wordt sterk de nadruk gelegd op die persoonlijke ontwikkeling van de leerlingen. Ze worden niet klaargestoomd om zich aan te passen aan de huidige maatschappelijke verwachtingen maar ondersteund in het groeien naar wie ze in wezen al zijn. Zo kunnen jongeren op een eigen unieke en creatieve wijze een meerwaarde bieden aan de maatschappij.

Kwantificatie en analyse van de milieu-impact van de drinkwatervoorziening op een filmset aan de hand van een case-study

Vasthi Vandervoort Herrera
Kwantificatie en analyse van de milieu-impact van de drinkwatervoorziening op een filmset en bespreking van mogelijke alternatieven.

Nuttige bacteriën en insecten bundelen hun krachten in de strijd tegen plantpathogenen

Jari Temmermans
Aardbeitelers wereldwijd hebben te lijden onder grijsrot. Hommels en gunstige bacteriën worden samen ingezet om deze schadelijke schimmel te bestrijden. Dit systeem kan een duurzaam alternatief vormen voor het sproeien van chemische fungiciden.

Volwaardige lessen grafische druktechnieken in de les Beeld.

Melissa Vrolijks
Dagelijks komen we massaal in contact met drukwerk. We besteden er weinig aandacht aan en raken er al lang niet meer door verwonderd. De grafische druktechnieken raken in de vergetelheid en komen nauwelijks nog aanbod tijdens de lessen Beeld. Wanneer ze dan toch eens aanbod komen worden ze louter als een methode/techniek aangeboden, verder wordt er weinig aandacht aan besteed. Hier wil ik verandering in brengen door een lespakket te ontwikkelen waarin de grafische druktechnieken als volwaardige lessen worden aangeboden en waarbij ook de minder gekende vormen en alternatieven aanbod komen.

Door aan de slag te gaan met onbekende technieken gaan leerlingen anders leren denken en opent een nieuwe deur om zich expressief te kunnen uiten. Het drukprocedé is een zeer speciaal gebeuren iedere drukfamilie heeft zijn eigen karakteristieken. Via de grafische technieken komen leerlingen in aanraking met zeer authentieke en traditionele werkwijzen. De huidige generatie leerlingen is opgegroeid in een digitaal tijdperk waarin met nog weinig aandacht besteed aan het met de hand creëren.

The golden roof of the Shwedagon Pagoda Improving metal-organic interfacial adhesion: how can we provide a high adhesion strength in a system that contains metals with unassociated chemical properties?

Lise Vermeersch
In dit werk wordt de dakstructuur van de Shwedagon Pagoda in Yangun (Myanmar), de grootste gouden tempel ter wereld, onderzocht. Het goud dat op koper verlijmd wordt delamineert en moet dusdanig iedere vijf jaar vervangen worden. In deze scriptie wordt worden technieken uit de materiaalkunde gebruikt om de oorzaak van deze delaminatie te achterhalen en moleculen te zoeken die interageren met zowel goud als koper, om zo een geschikte lijm te kunnen samenstellen.

De oorsprong van het evenement: Een fenomenologie van verandering

Alexandra Van Laeken
In deze thesis onderzoek ik hoe we ruimte kunnen maken voor verandering binnen de fenomenologie van Edmund Husserl. Deze vraag tracht ik te beantwoorden vanuit een Badiouaanse invalshoek. Concreet stel ik volgende vragen: Op welke manier zet Alain Badiou zich af tegen Edmund Husserls fenomenologie? Spreken Badiou en Husserl over een gelijkaardige crisis? Op welke manier kunnen we Badiou’s oplossing voor deze crisis, namelijk de identificatie van het evenement, ook een plaats geven binnen Husserls filosofie? En ten slotte, is het evenement denkbaar in Husserls fenomenologie en kan dit een antwoord bieden op de Krisis?

Die Emergenz universaler Irrelevanzkonditionale des Typs [IRR w-]. Variation anhand des Deutschen Referenzkorpus – Didaktisierung anhand der pädagogischen Konstruktionsgrammatik.

Flor Vander Haegen
In het Duits kan je met zgn. 'om het even'-bijzinnen een boodschap overtuigender maken, zonder dat je daarvoor met je gesprekspartner in discussie hoeft te treden. Een voorbeeld van zo'n bijzin is 'egal welche Behinderung er hat' in de zin 'Wir nehmen jeden auf, egal welche Behinderung er hat' ('We nemen iedereen op, om het even welke beperking die heeft'). In mijn onderzoek toon ik op basis van 25.000 voorbeelden van 'om het even'-bijzinnen aan dat ze een nieuwe, autonome constructie vormen in het hedendaags Duits. Daarnaast ontwikkel ik in mijn masterscriptie een lessenreeks, waarin gevorderde leerlingen Duits 'om het even'-bijzinnen in verschillende communicatieve scenario's leren toepassen.

De post-covid-19 stad: de huisvestingscrisis vanuit een nieuw perspectief

Katia Roslevitch
De coronacrisis heeft de sluimerende huisvestingscrisis scherper gesteld. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat betaalbaar wonen gegarandeerd blijft en waar liggen de knelpunten de dag van vandaag?

In dialoog tijdens detentie

Shanti Heijkants
Deze studie brengt in kaart hoe de communicatie met anderstalige gedetineerden in Vlaamse en Brusselse gevangenissen tot stand komt. Daarnaast peilt het onderzoek naar de gevoelens en perceptie die taalbarrières bij de gevangenisdirectie en het gevangenispersoneel teweegbrengen. Hiervoor werden semi-gestructureerde interviews gehouden, dewelke aan de hand van de kwalitatieve inhoudsanalyse geanalyseerd werden.

Beyond “the Obligatory Note of Hope”: Buddhism, Ecology, and Affect in the Everyday Anthropocene Novel

Edith Declercq
Dit is een literatuurwetenschappelijke scriptie over het Boeddhstisch, affectief en ecologisch denken in twee hedendaagse Amerikaanse romans. Als resultaat stelde ik vast dat deze twee romans die op het alledaags leven in het Anthropoceen focussen de verbondenheid tussen de verschillende levenssoorten vaak centraal stellen. Hieruit volgt dat zij onze geschiedenis anders bekijken en uit die verbondenheid ook hoop putten voor onze toekomst en een denkkader vinden om te leren omgaan met hun eigen angsten en zorgen over een klimaatveranderde toekomst.

To Give or not to Give: Examining the prosocial effects of a 360° video documentary supporting a clean water charity.

David Walewijns
Met Virtual Reality heb ik in een experiment een 360-graden video getoond over de vluchtelingencrisis. In mijn onderzoek wilde ik nagaan of de VR-ervaring een positievere invloed had op proefpersonen hun donatie-intentie dan traditionele media.