Onderzoek naar het habitatgebruik van nachtzwaluwen (Caprimulgus europaeus) met behulp van radiotelemetrie in Bosland (Limburg)

Ruben
Evens

Big Brother voor de mysterieuze nachtzwaluw

De nachtzwaluw behoort tot de meest geheimzinnige en meest bedreigde diersoorten in Vlaanderen. Een beschermingsplan maken voor een vogelsoort die bovendien nauwelijks waarneembaar is, ligt dus niet voor de hand. Gelukkig schiet de technologie ons ter hulp.

Een mysterieuze vogelsoort

De nachtzwaluw is een nachtactieve vogelsoort die we hoofdzakelijk terugvinden in de  (voormalige-) heidegebieden van de Kempen. Hier voedt zij zich voornamelijk met nachtvlinders. De nachtzwaluw is een trekvogel die in Vlaanderen aanwezig is vanaf begin mei tot eind augustus en zich daar ook voortplant. Zij lijkt op een koekoek of kleine valk en verlaat haar schuilplaats pas wanneer de avond valt. Vaak kan je haar aanwezigheid enkel vaststellen door de metaalachtige ratelzang van de mannetjes. Overdag vertrouwt de nachtzwaluw op haar bruingrijze verenkleed dat dienst doet als camouflagepak. Zo blijven ze overdag volledig onvindbaar, zelfs wanneer je tot op enkele centimeters nadert.

De teloorgang van de leefgebieden

Heidegebieden vormen het geliefkoosde leefgebied van de nachtzwaluw in Vlaanderen. De heidegebieden ontstonden reeds tijdens de middeleeuwen doordat de mens zijn schapen liet grazen in de aanwezige bossen. Door de opkomst van de katoenindustrie werd schapenwol niet langer gebruikt voor het vervaardigen van kleding en zo verdwenen met de schapen ook de heideterreinen. Vervolgens zorgde de mens ervoor dat deze ‘onbruikbare’ gronden in snel tempo beplant werden met naaldbomen. Die waren nodig voor het stutten van gangen in de Limburgse steenkoolmijnen. De huidige, overgebleven heidegebieden in de Kempen bedekken minder dan 5% van de oorspronkelijke oppervlakte. Bovendien staan de resterende gebieden ook nog eens onder hoge druk door recreatie en versnippering door wegen. 

Het ultieme noodplan

De resterende leefgebieden van de nachtzwaluw zijn dus bijzonder klein en het aantal nachtzwaluwen is spectaculair gedaald. Daardoor moest deze mysterieuze soort dan ook toegevoegd worden aan de lijst waarop alle bedreigde dieren- en plantensoorten van Vlaanderen worden weergegeven.

Om ervoor te zorgen dat de nachtzwaluw kan blijven voortbestaan, is het noodzakelijk om de geschikte leefgebieden te herstellen. Maar door haar verborgen en nachtelijke levenswijze is de nachtzwaluw zeer moeilijk te bestuderen. Hierdoor ontbreekt voldoende wetenschappelijke kennis over de soort. Het is dan ook erg onduidelijk welke stappen we moeten ondernemen om het voortbestaan van de nachtzwaluw in Vlaanderen te verzekeren. Om een herstelplan op te stellen hebben we in deze studie onderzocht hoe het leefgebied van nachtzwaluwen is opgebouwd in een bosrijke omgeving.

Big Brother in actie

Dankzij nieuwe technologische snufjes konden de nachtzwaluwen zowel ’s nachts als overdag gelokaliseerd worden. Maar daarvoor moesten deze mysterieuze vogels eerst gevangen worden. Met behulp van mistnetten en het laten horen van de vooraf opgenomen zang werden uiteindelijk meer dan 30 nachtzwaluwen gevangen. ‘Mistnetten’ danken hun naam aan het feit dat zij bijna onzichtbaar zijn voor de vogels. Let wel, je mag enkel vogels vangen voor wetenschappelijk onderzoek indien je daar een toelating voor hebt!

Op de staart van verschillende nachtzwaluwen werd vervolgens een minuscuul zendertje van amper 1.4 gram gekleefd. Aangezien elk zendertje een uniek signaal uitzond, was het mogelijk individuele nachtzwaluwen te lokaliseren met behulp van een grote antenne. Het zoeken van gezenderde dieren met behulp van antennes wordt ook ‘radiotelemetrie’ genoemd.

Van mei tot september werd door 25 vrijwilligers meer dan 1000 uren naar nachtzwaluwen gezocht. Gedurende de nacht werd een route van ongeveer 3 uur doorheen het onderzoeksgebied gevolgd. Indien een signaal van een nachtzwaluw werd ontvangen, werd deze waarneming genoteerd. Zo werd een beeld gevormd over de plaatsen waar de vogels gingen foerageren, of met andere woorden voedsel zoeken. Overdag werd er naar de slaapplaatsen gezocht.  Dankzij het unieke signaal van de zendertjes, was het eindelijk mogelijk een glimp op te vangen de perfect gecamoufleerde, slapende nachtzwaluwen.

Plaats hen niet in een hokje

Met behulp van een GIS werden de waarnemingen van elke nachtzwaluw gebundeld. Een GIS of ‘een geografisch informatie systeem’ is een computerprogramma dat de grootte van de leefgebieden berekent en ze projecteert op een kaartje van de omgeving. De nachtelijke waarnemingen brachten uiteindelijk aan het licht dat de typische grootte van het leefgebied van nachtzwaluwen maar liefst 100 hectare, oftewel 153 voetbalvelden, omvatte. De kaartjes toonden aan dat er een sterke overlapping was tussen de leefgebieden van alle nachtzwaluwen. Koppeltjes beschikten dus helemaal niet over een klein, sterk afgebakend territorium waarbuiten zij zich niet waagden, of waarbinnen niemand welkom was.

Nachtzwaluw in je tuin

Verdere analyse van het leefgebied bracht nog andere belangrijke resultaten naar voren. Zo bleek enerzijds dat nachtzwaluwen vaak voedsel zochten buiten de bossen van onderzoeksgebied. Zij verplaatsten zich tussen de 1 tot 6 kilometer en vertoefden hierbij voornamelijk in natte weilanden of tuinen van omwonenden. Wanneer de nachtzwaluwen anderzijds aanwezig waren in het onderzoeksgebied verbleven zij nabij open plekken in het bos. Ten slotte was de afwezigheid van nachtzwaluwen in landbouwgebieden, zoals plaatsen waar men maïs teelt, opmerkelijk. Waarschijnlijk speelt de aan-/afwezigheid van voedsel een belangrijke rol in deze resultaten. In verdere studies zal dan ook onderzocht worden hoeveelheid insecten in deze gebieden voorkomen.

Belangrijke aanbevelingen

Technologische hulpmiddelen lieten toe om wetenschappelijk correcte informatie over de nachtzwaluw te verzamelen. Daardoor kunnen we belangrijke aanbevelingen doen om de soort er in Vlaanderen weer bovenop te helpen. Binnen de natuurgebieden is het herstel van open plekken en heide noodzakelijk. Buiten de natuurgebieden zal verder onderzocht moeten worden hoe men ook hier het leefgebied kan optimaliseren voor de nachtzwaluw. Hier spelen echter ook andere functies zoals landbouw, industrie en bewoning een belangrijke rol. Men zal in dus de drie functies met een natuurfunctie moeten laten versmelten. Laat het ‘hokjes denken’ dus maar achterwege, en probeer natuur te verweven in de andere noden van de maatschappij.

Download scriptie (16.53 MB)
Universiteit of Hogeschool
KU Leuven
Thesis jaar
2011