Duurzaamheid in de Vlaamse Industrie

Theresa
Steurbaut

In het eerste gedeelte wordt een studie gemaakt van wat reeds speelt in de wetgeving, zowel op internationaal, Europees als Vlaams niveau. Daarbij wordt vooral de nadruk gelegd op duurzame maatregelen. Zo is recent de “Europe 2020”-strategie opgesteld, waarin drie grote klimaatdoelstellingen worden vooropgesteld. De informatie werd gehaald van officiële overheidssites. Wanneer men graag meer informatie wenst over bepaalde onderwerpen, kan dit gevonden worden via de informatiebronnen in de voetnoten. Daarnaast wordt de nodige aandacht besteed aan de bestaande methodologie en tools. Zo heeft Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) twee tools ontwikkeld, de Ecolizer 2.0 en de SIS Toolkit. Deze twee eenvoudige tools geven designers de kans producten te ontwikkelen met oog op het milieu. Per onderdeel wordt een korte bespreking gegeven en worden de bijhorende websites meegegeven. Tot slot worden een aantal actuele ontwikkelingen rond duurzaamheid toegelicht. Zo worden evenementen georganiseerd om bedrijven te informeren over de mogelijkheden die reeds bestaan om efficiënter met energie om te springen. Softwarebedrijven organiseren workshops waarbij applicaties worden gedemonstreerd die de bedrijven bijstaan tijdens het ontwerpen.

Om een accuraat beeld te krijgen van de interesse in en implementatie van duurzaamheid in bedrijven, worden enquêtes van MIT Sloan en OVAM besproken. OVAM voerde in 2004, 2005 en 2008 onderzoek naar de bekendheid van eco-efficiëntie. MIT Sloan, de managementschool van het Massachussetts Institute of Technology, voert jaarlijks een enquête uit bij bedrijven over de hele wereld, waarbij gepeild wordt naar het bedrijfsbeleid inzake duurzaamheid. Om een recent beeld te krijgen van de situatie in Vlaanderen, wordt een enquête uitgeschreven naar Vlaamse bedrijven. 260 bedrijven zijn hiervan rechtstreeks op de hoogte gebracht door Hogeschool Gent. De nodige publiciteit wordt gegeven door Agoria, FEBEM, PREBES, OVAM en het Centrum voor Ondernemen van Hogeschool Gent. Het doel is meer informatie te verwerven over de mate waarin de bedrijven duurzaamheid implementeren en wat hun visie hieromtrent is. De redenen om te verduurzamen, de obstakels waar men op stoot en de voordelen die het met zich meebrengt worden in kaart gebracht. Er wordt eveneens bekeken welke pakketten gekend zijn bij de bedrijven. De resultaten worden vergeleken met de enquête van MIT Sloan. Na afloop van de enquête worden de bedrijven op de hoogte gebracht van de resultaten van deze enquête.

Om evolutie naar duurzaam produceren aan te moedigen, wordt op Hogeschool Gent de applicatie ‘Green Design’ ontwikkeld voor het CAD-pakket Siemens NX. Dit gebeurt door Knowledge Fusion, een toepassing binnen NX die toelaat eigen informatie te implementeren. Zo kunnen extra applicaties worden geprogrammeerd. In Green Design kan de ontwerper materialen en processen toekennen aan een product. Ook transport, energieverbruik en verpakking kunnen worden toegekend. Vervolgens wordt een score berekend. De database voor deze score is in SQL gemaakt. De eerste aanzet voor dit programma werd reeds gegeven in 2011 door twee masterstudenten. In deze thesis wordt de bestaande software uitgebreid en wordt de interface duidelijker en toegankelijker gemaakt. Een vergelijkbare applicatie is ontwikkeld binnen het CAD-pakket SolidWorks. Hierbij kan de ontwerper enkel de ecologische impact onder de loep nemen, aangezien geen informatie wordt gegeven over de kostprijs van de processen. Het pakket Green Design geeft de ontwerper de kans zowel de ecologische impact als de financiële kost van het product en de alternatieve ideëen te vergelijken.

Aan de hand van deze drie delen wordt getracht de nodige informatie en hulpmiddelen te bieden aan bedrijven. Dit werk kan als naslagwerk gebruikt worden, dankzij de uitgebreide referentielijst. De applicatie in NX is eveneens een nuttig hulpmiddel voor Vlaamse productiebedrijven.Het onderzoek geeft een accuraat beeld van de huidige situatie.  

Download scriptie (3.85 MB)
Universiteit of Hogeschool
Hogeschool Gent
Thesis jaar
2013