Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de Vlaamse Scriptieprijs.

De digitale nalatenschap: inpassing in het huidige recht of tijd voor wetgevende initiatieven?

Jonas Monsieur
Een onderzoek naar de digitale nalatenschap. Voornaamste focus van deze masterproef was gericht op de vraag of het Belgisch recht in staat is om over te gaan tot een efficiënte afwikkeling van deze nieuwe nalatenschap. De wetgever lijkt op vandaag verschillende mogelijkheden te hebben om het recht aan te passen.

Evaluatie van het Vlaams Woninghuurdecreet: studentenhuur

Lore Tans
Evaluatie van het Vlaams Woninghuurdecreet dat inwerking trad op 1 januari 2019. Deze scriptie gaat meer specifiek over alle regels omtrent studentenhuur en toont de praktijk aan de hand van cases vanuit de vzw Op Krot.

BDSM: De dominerende macht van de strafwet

Louise Ippel
Er moet worden tegemoet gekomen aan de strafbaarstelling van BDSM. In deze scriptie is er daarom ook gezocht naar mogelijke regelingen, zowel juridisch als niet-juridisch, die BDSM'ers in staat zouden stellen om straffeloos hun activiteiten te kunnen uitoefenen.

Geldt een pandemie als overmacht in het verbintenissenrecht

Caro Stuer
1. Het uitgangspunt is dat een overeenkomst die geldig wordt aangegaan, de partijen tot wet strekt. Een pandemie kan daar een voorbeeld van zijn een omstandigheid die het moeilijk of onmogelijk maakt een verbintenis na te komen. Overmacht zou ervoor kunnen zorgen dat een schuldenaar wordt bevrijd van zijn contractuele verbintenis.
2. Om na te gaan of er in de context van de coronacrisis sprake is van overmacht, dient in de eerste plaats te worden nagegaan of er sprake is van een toestand waarbij de schuldenaar kampt met een financieel onvermogen. In de meeste gevallen is dit in het kader van een handelshuurovereenkomst.
Luidt het antwoord positief, dan kan men er kort over zijn. De kans is groot dat de rechter de rechtsgrond overmacht niet zal aanvaarden. De meerderheid en de meest recente rechtspraak verwijst naar het cassatiearrest van 28 juni 2018. Het Hof van Cassatie aanvaardt namelijk niet dat financieel onvermogen een kwalificatie tot overmacht rechtvaardigt. Het Franse Hof van Cassatie aanvaardt dit evenmin.
Luidt het antwoord daarentegen negatief en is er geen sprake van een financieel onvermogen in hoofde van de schuldenaar, dan dient te worden nagegaan of aan de toepassingsvoorwaarden van overmacht is voldaan.
3. Er moet bij elke met corona verband houdende situatie geval per geval, sector per
sector, contract per contract worden nagegaan of er sprake is van overmacht.
Een schuldenaar moet zich ingevolge de coronacrisis in de onmogelijkheid bevinden de verbintenis na te komen en de contractuele fout dient ontoerekenbaar te zijn. Er is nog discussie over de vraag of het nu gaat om een absolute of een relatieve onmogelijkheid. De contractuele wanprestatie dient onvoorzienbaar en onvermijdbaar te zijn.
Indien aan de toepassingsvoorwaarden van overmacht niet voldaan is, dan is er geen sprake van overmacht. Er kan dan worden onderzocht of er beroep kan worden gedaan op de alternatieven van overmacht: de wijziging van de overeenkomst, de ontbinding, contractuele clausules of de uitvoering te goeder trouw.

4. Het eerste alternatief voor overmacht is de wijziging van de overeenkomst.
Een contract kan alleen gewijzigd of opgezegd worden mits wederzijdse toestemming van de partijen of op grond van de wet. Dit standpunt wordt gevolgd in het Franse recht en in het nieuwe Burgerlijk Wetboek.
5. Het tweede alternatief is de ontbinding van de overeenkomst. Wanneer de gedwongen uitvoering niet mogelijk is, kan er een keuze gemaakt worden tussen: de gerechtelijke ontbinding, de ontbinding op kennisgeving of het uitdrukkelijk ontbindend beding.
De ontbinding op kennisgeving werd recentelijk erkend door cassatierechtspraak en zal in het nieuwe Burgerlijke Wetboek een wettelijke grondslag krijgen. De ontbinding op kennisgeving is wellicht geïnspireerd op het Franse recht. Er dient bij een ontbinding op kennisgeving sprake te zijn van een wederkerig contract, een voldoende gekwalificeerde schending, een ingebrekestelling en een kennisgeving van de beslissing van de schuldeiser aan de andere contractspartij. Het klassieke voorbeeld van een wanprestatie is de niet-betaling van de huurgelden. Wanneer overmacht kan worden vastgesteld, zal er niet aanvaard worden dat er sprake is van een wanprestatie die de ontbinding rechtvaardigt.
6. Het derde alternatief voor overmacht zijn de contractuele clausules. Deze clausules zijn mogelijk nu het verbintenissenrecht van aanvullend recht is. Enerzijds zijn er de overmachtsclausules en anderzijds de imprevisieclausules. In zo een clausule kunnen contractspartijen bedingen welke omstandigheden in aanmerking komen als overmacht of imprevisie en wat de gevolgen zijn van deze kwalificatie op hun contract. Partijen kunnen dus zelf overeenkomen in welke mate een pandemie een impact zal hebben op hun overeenkomst.
In Frankrijk zijn contractuele clausules eveneens mogelijk.
7. Het vierde en laatste alternatief dat in deze thesis wordt voorgesteld voor overmacht, is de uitvoering te goeder trouw.
Er kunnen op grond van de aanvullende werking van de goede trouw bijkomende verbintenissen worden opgelegd aan partijen. Zo dienen de contractspartijen er zich van te onthouden de nakoming van de verbintenis door de wederpartij te bemoeilijken in de context van een pandemie. Er kan ook de verplichting worden afgeleid om bijkomende contractuele regelingen te treffen met het oog op de goede afloop van de basisovereenkomst. Ook het Franse recht en het nieuw Burgerlijk Wetboek geven deze betekenis aan de aanvullende werking van de goede trouw. Een contractspartij die zich in een situatie van overmacht bevindt, kan worden verhinderd zijn verplichtingen te goeder trouw na te komen. Vaak is een onderhandelde oplossing wel opportuun. Zo kan een betalingsuitstel, afbetalingsregeling of een prijsvermindering worden voorgesteld.
Het is bij de matigende werking en bij rechtsmisbruik aan een contractpartij verboden de haar uit de overeenkomt voortvloeiende rechten uit te oefenen op een manier die in strijd is met wat van een redelijke contractpartij mag worden verwacht. Wie in het kader van de coronacrisis de nakoming zou blijven eisen van een ingrijpend gewijzigde overeenkomst, kan zich schuldig maken aan rechtsmisbruik. De schuldenaar dienst daarnaast loyaal redelijke maatregelen te nemen die de schade van de niet-nakoming kunnen matigen of beperken. Deze redenering is in het Franse recht en het nieuw Burgerlijk Wetboek terug te vinden. Het ontbreken van een onderhandelde oplossing, zoals een betalingsuitstel, een afbetalingsregeling of een prijsvermindering, kan leiden tot rechtsmisbruik. De matigende werking staat de toepassing van de risicotheorie in geval van overmacht echter niet in de weg.
8. Imprevisie kan niet als alternatief worden gebruikt voor overmacht in het Belgische recht. Bij imprevisie is er, in tegenstelling tot bij overmacht, sprake van omstandigheden die de uitvoering van de overeenkomst bijzonder moeilijk of aanzienlijk zwaarder maken voor (één van) de partijen. De coronacrisis kan daar een voorbeeld van zijn. De imprevisieleer beoogt een heronderhandeling van de overeenkomst tussen de partijen. Noch het Burgerlijk Wetboek, noch het Hof van Cassatie en noch andere (corona)rechtspraak aanvaarden de imprevisieleer.
De bindende kracht van een overeenkomst blijft het uitgangspunt. Het Franse recht en het nieuwe Burgerlijk Wetboek aanvaarden de imprevisieleer wel.
Partijen kunnen wel steeds een contractuele imprevisieclausule opnemen. De imprevisieleer kan ook min of meer het recht binnensluipen via enerzijds de matigende werking van de goede trouw en de leer van het verbod op rechtsmisbruik en anderzijds door een soepele invulling van het overmachtsbegrip.
We hebben de imprevisieleer niet kunnen gebruiken tijdens de coronapandemie.
Mocht het nieuw Burgerlijk Wetboek al van kracht zijn geweest, had dit een grote invloed gehad op verschillende contracten en zou de rechtspraak vandaag anders luiden.
De aanvaarding van de imprevisieleer tijdens de coronacrisis had er wellicht toe geleid dat overmacht minder snel werd aanvaard.

Impact van COVID-19 op sponsorwerving (casestudy: Vlaams amateurvoetbal)

Jarne Thyssen
Aan de hand van de kwalitatieve onderzoeksmethode wordt in dit onderzoek de impact van de
coronapandemie op de sportsponsoring in het Vlaams amateurvoetbal onderzocht. In de
gevoerde diepte-interviews werden topics aangehaald zoals de motieven, de achtergrond van de
respondent, de relatie tussen beide partijen en de impact van de coronapandemie op deze relatie
en op de respondent zelf. Aan de hand van de antwoorden op de vragen tracht men in dit
onderzoek een representatief beeld te schetsen voor het Vlaams amateurvoetbal.

Uit dit onderzoek blijkt dat veel sponsorrelaties zijn blijven doorlopen doorheen de pandemie. De
reden hiervoor kan men meestal terugvinden in de motieven om de relatie aan te gaan of in de
tijdelijke aanpassingen aan de overeenkomst gedurende de coronapandemie.

De samenlevingsovereenkomst inzake wettelijke samenwoning: een voorstel van een model vak akte met enige toelichting

Kelsey Casier
Deze scriptie onderzoekt de
samenlevingsovereenkomst tussen wettelijk samenwonenden en ze beoogt een modelakte op te stellen en
toelichting te bieden waar nodig.

Onderzoek naar de maatschappelijke en economische opportuniteiten van Belgische pop-up stores in combinatie met e-commerce binnen de mode-industrie in tijden van economische onzekerheid - Een kwalitatieve analyse bij Belgische modebedrijven

Stefanie Van Avermaet
De maatschappelijke en economische opportuniteiten van Belgische pop-up stores werden tijdens de COVID-19 pandemie extra uitgelicht. Ze kunnen namelijk internationalisering faciliteren, kosten en risico's beperken en leegstand helpen verminderen. Het concept biedt bovendien meerwaarde voor E-commerce onder bepaalde voorwaarden.

De muzikale entrepreneur: een onderzoek naar de drijfveren en denkprocessen bij DIY-muziekproductie

Cedric Fret
Deze studie onderzocht enerzijds de drijfveren en anderzijds de denkprocessen van muzikale entrepreneurs die verschillende facetten in en rond de productie van hun muziek met een DIY-filosofie benaderen.

The road less traveled: A comparative study of PhD holders’ sector of employment

Lucas Dierickx
Een onderzoek naar de tewerkstellingssector van mannelijke en vrouwelijke doctoraathouders in vier verschillende Europese landen.

Non-State rules as the applicable law in contracts - Harmonisation of contract law in the European Union

An-Sofie Jacobs
Deze masterscriptie, geschreven in het Engels, brengt twee juridische topics samen: de harmonisatie van Europees contractenrecht en het gebruik van niet-statelijke rechtsregels als toepasselijk recht in contracten. Zowel de geschiedenis van harmonisatie, het huidige stand van zaken, als het toekomstperspectief worden kort maar grondig in deze scriptie besproken.

Technology adoption in smallholder cassava production: insights from a choice experiment in Tanzania

Audrey Vanderghinste
Hoe kunnen we advies over nieuwe technologieën in kleinschalige cassava productie in Tanzania zo personaliseren, dat de boeren het advies ook gaan opvolgen?

Ars notariatus Hanoniensis. Openbare notarissen en « hommes de fief » in de organisatie van vrijwillige rechtspraak binnen laatmiddeleeuws Henegouwen (1345-1467).

Falco Van der Schueren
Tijdens de late middeleeuwen was de vrijwillige rechtspraak binnen Henegouwen vooral in handen van de grafelijke leenmannen en de schepenbanken. Toch mag ook de rol van notarissen hierbij niet onderschat worden.

Tussen ‘beschaving’ en ‘barbaren’ De Romeinse soldaat aan de oostgrens: identiteit en band met de lokale bevolking

Ward Lammens
Studie van de identiteit van de Romeinse soldaat aan de oostgrens van het Romeinse Rijk. Hiervoor worden de religieuze en materiële uitingen en het gebruik van taal onderzocht. Eveneens wordt bestudeerd in welke mate soldaten contacten aangingen met de lokale bevolking en welk effect dit had op de culturele uitingen van de soldaten.

Blockchain in Financiële Sector

Kristof De Clerck
De opkomst van digitale munten zou een bedreiging kunnen zijn voor financiële instellingen. In praktijk blijkt de onderliggende blockchaintechnologie net een troef te zijn voor de sector om zichzelf te heruitvinden. De sector blijkt zelfs voorloper te zijn om blockchain te omarmen en bevestigt dit in concrete cases.

Verzekering en het gezin

Cédric Vaes
Deze masterproef handelt over het onderwerp ‘Verzekering en het gezin’ en heeft specifiek betrekking op de aansprakelijkheidsverzekering privéleven.

In deze masterscriptie wordt de huidige regelgeving, rechtspraak en rechtsleer betreffende de aansprakelijkheidsverzekering privéleven uiteengezet om vervolgens de volgende centrale onderzoeksvraag te beantwoorden: ‘Biedt de huidige wettelijke regeling en polispraktijk inzake de aansprakelijkheidsverzekering privéleven voldoende bescherming voor ‘nieuwe gezinssamenstellingen/gezinssituaties’ en ‘nieuwe risico’s’ in het privéleven?’.

De derde bij derde-medeplichtigheid aan andermans contractbreuk: een risicoanalyse

Jade Kuyks
Heeft u onlangs nog een contract ondertekend, wetende dat uw tegenpartij hierdoor een eerder contract heeft geschonden? Wist u op dat moment dan ook al dat niet enkel uw tegenpartij maar ook u als derde, een buitenstaander ten opzichte van het geschonden contract, het risico loopt op aansprakelijkheid? Deze masterscriptie bevat een analyse van de situaties waarin een derde het meeste risico loopt op een aansprakelijkheid als derde-medeplichtige aan andermans contractbreuk.

Aller à la soupe

Babette Plessers
Mijn scriptie gaat over de voedselcrisis tijdens de Eerste Wereldoorlog, maar spitst zich vooral toe op het gebruik van soep om grote groepen van de bevolking te redden. Het is een journalistiek project.

De efficiëntie van de voetbaltransfermarkt

Benoit Luyts Bram Cooremans
​​​​​​​Tijdens de zomertransferperiode van 2017 is er wereldwijd bijna 5 miljard euro aan nieuwe voetbalspelers uitgegeven. En dat is geen verrassing, de toegenomen transferbedrijvigheid neemt nu eenmaal jaar na jaar toe. In aantal, maar ook vooral in prijs: transferrecords volgen elkaar op en de betaalde sommen zijn ongezien. Zijn deze sommen wel nog rationeel?

Beëindiging bedingen van tontine en aanwas

Isabel Vanhengel
De beëindiging van het tontinebeding en het beding van aanwas indien één van de partners bij het eindigen van de relatie niet akkoord gaat.

The Sharing Economy - Over platformen en mobiliteit

Lorenzo Risack Ellen Decock Dean Messany Leen Standaert Natasja Vandenberghe
Een krachtige studie naar de juridische implicaties van de deeleconomie, binnen het segment mobiliteit. Hierbij was er een uitbundige aandacht voor deelplatformen, particuliere deelinitiatieven en het fiscaal kader.

HERVORMING PWA-STELSEL NAAR WIJK-WERK: ONDER DE LOEP

Jolien De Hertog
Een hervorming van het PWA-stelsel naar wijk-werk, een transitie met vele gevolgen voor zowel de doelgroep, de PWA-beambten en de gebruikers. Met deze scriptie haalde ik de stem van de PWA-beambten, een belangrijke groep mensen die niet gehoord werden gedurende deze langdurige transitie naar boven.

De wederopbouw van hoeves in de Westhoek na de Eerste Wereldoorlog. Een onderzoek naar de wederopbouwactiviteiten door de Dienst der Verwoeste Gewesten in Kemmel en Esen.

Claudia Houben
Aan de hand van de dossiers van de Dienst der Verwoeste Gewesten heb ik de geschiedenis van de wederopbouw van hoeves in de Westhoek na de Eerste Wereldoorlog gereconstrueerd. Hierbij heb ik enerzijds gekeken naar de werking van de wederopbouw, wie betrokken was, wanneer, voor hoelang, de verbonden kosten, enzovoort,... Anderzijds heb ik onderzocht hoe er heropgebouwd werd. Hierbij vergeleek ik de theorie - het debat tussen een modernistische, traditionalistische en regionalistische wederopbouw - met de praktijk, die ik vond in de bouwplannen en de overgebleven hoeves.

Verdict de la Cour: illisible - Rechercher l'influence des connaissances préalables pour juger la lisibilité

Lenie Van Hecke
Het thema leesbaarheid vangt in deze tijd veel wind. Vooral juridische teksten lijden onder veelzijdige kritiek. Complexe zinsconstructies, wollig taalgebruik en dergelijke zorgen voor onbegrip bij de burger. De meerderheid van die burgers heeft moeilijkheden bij het lezen van juridische teksten.

Hanteren juridische experts met hun voorkennis de juiste terminologie en bezitten zij de correcte taalkundige vaardigheid om juridische documenten verstaanbaar te maken voor leken? Hoe beoordelen taalkundigen juridische schrijfvaardigheid?

In dit scriptieonderzoek werden de juridische, taalkundige en taaltechnologische aspecten van juridische documenten onder de loep genomen om een eventuele verzoening tussen deze drie domeinen te bewerkstelligen.

Wordt juridische precisie veroordeeld of gaat taalkundige creativiteit in voorhechtenis?

De collectieve vordering: een nuttig instrument voor de slachtoffers van onrechtmatige bedingen?

Céline van Aalst
De scriptie bespreekt de collectieve vordering (class action) die werd ingevoerd in het Wetboek Economisch Recht en dit specifiek in de context van de onrechtmatige bedingen in hetzelfde wetboek. Er worden concrete gevallen behandeld en ten slotte worden er criteria ontwikkeld aan de hand waarvan het nut van de collectieve vordering ten opzichte van de klassieke proceduremogelijkheden concreet per situatie kan worden geëvalueerd.

Legalisering van draagmoederschap in België op grond van mensenrechtelijke argumenten

Levi Sanders
Het huidige draagmoederschapsrecht in België: een kind overboord?Levi Sanders – Student aan de Rechtenfaculteit KULVelen vertelden me dat schrijven over draagmoederschapslegalisering heel interessant is omdat het een actueel onderwerp is. Dat is het eigenlijk niet: al zo’n twintig jaar kent België problemen met het inpassen van draagmoederschap in het recht en komen tragische draagmoederschapsgevallen in de media. Aangezien draagmoederschap nog steeds niet wettelijk geregeld is, moeten de huidige regels ook op draagmoederschapsgevallen toegepast worden.