Werkt de Belgische ziekteverzekering verslaving aan pijnstillers in de hand?

Tinne
Vanhooydonck

De maximumfactuur, ook wel de MAF genoemd, is een systeem dat door de overheid werd ingevoerd om te garanderen dat de medische kosten van gezinnen niet te hoog oplopen. In dit systeem wordt een maximumbedrag ingesteld en dit bedrag is afhankelijk van het inkomen, de sociale klasse, de leeftijd en eventuele chronische aandoeningen van de gezinsleden. Wanneer de totale medische kosten van een gezin dit maximumbedrag bereiken, zullen de kosten die worden gemaakt gedurende de rest van dat kalenderjaar worden terugbetaald door de verzekeringsinstelling

Bij de geneesmiddelen die gratis worden na het bereiken van de MAF, horen ook de opioïde pijnstillers en antidepressiva. Deze geneesmiddelen zijn gekend voor hun sterk verslavende eigenschappen en worden vaak misbruikt. Bij het invoeren van de MAF kwam de angst dat, wanneer deze geneesmiddelen gratis ter beschikking gesteld zouden worden, het risico op verslaving zou stijgen. In het kader van deze angst voerde het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg in 2008 een studie uit omtrent de effecten van de MAF op het aankoopgedrag van patiënten. Zij ontdekten geen verband tussen het gratis worden van geneesmiddelen en een verhoogde aflevering door apothekers.

Nieuwe terugbetalingsregels 

In de masterthesis werd deze stelling opnieuw onderzocht aan de hand van de verkoopcijfers van opioïde pijnstillers en antidepressiva uit de Belgische apotheken die werden verzameld tussen januari 2013 en mei 2020. De reden voor dit nieuwe onderzoek was de terugbetalingsregel die werd ingevoerd in 2015. Tot op dat moment moesten gezinnen twee jaar of langer wachten op de terugbetaling van geneesmiddelen die ze aankochten na het bereiken van de MAF; ze schoten dus als het ware dit bedrag zelf voor. Vanaf 2015 wordt de terugbetaling automatisch verrekend in de apotheek en moet de patiënt deze kosten niet meer voorschieten; de geneesmiddelen worden gratis meegegeven in de apotheek. Aangezien de drempel van een uitgestelde terugbetaling verdwenen is, werd in dit onderzoek wel een zichtbaar effect verwacht.

Effect op het aankoopgedrag?

Wanneer de verkoopcijfers werden bekeken van verkopen die binnen het MAF-statuut werden uitgevoerd (zie Figuur), werd meteen een heel duidelijk patroon zichtbaar: zowel bij de antidepressiva als de opioïde pijnstillers werd een stijging in de verkoop teruggezien in het laatste kwartaal van het kalenderjaar. Aangezien dit de typische periode is waarin gezinnen het maximumbedrag bereiken, kon besloten worden dat wel degelijk meer geneesmiddelen worden afgeleverd aan patiënten wanneer hiervoor niet langer betaald hoeft te worden.

Ook werd gezien dat de verkoopcijfers in januari terug naar hetzelfde niveau dalen als vóór de stijging. Wanneer er van wordt uitgegaan dat patiënten in het laatste kwartaal van het jaar niet méér geneesmiddelen nodig hebben dan anders, doet dit vermoeden dat er meer geneesmiddelen worden afgeleverd dan effectief nodig zijn voor de behandeling.

Verkoopcijfers opioïden

Gevolgen van teveel aan geneesmiddelen

Deze vaststelling leidde tot een niet zo rooskleurig scenario, want wat gebeurt er met dit teveel aan geneesmiddelen? Een eerste optie zou zijn dat de patiënt deze geneesmiddelen afhaalt, ze in de kast legt en deze laat vervallen omdat ze niet nodig zijn. Dit scenario zou naast jammer niet erg problematisch zijn. Een ander scenario is echter dat dit teveel aan geneesmiddelen of door de patiënt zelf wordt gebruikt, of wordt doorgegeven aan vrienden of familie. In dit geval zou verslaving in de hand gewerkt kunnen worden.

Wat nu?

Het lijkt dan ook broodnodig om het systeem te herbekijken. Uiteraard moeten de kwetsbare groepen van de maatschappij beschermd blijven tegen deze hoge kosten, maar een bepaalde limiet aan de aflevering van deze verslavende geneesmiddelen zou eventueel een nuttige aanvulling kunnen zijn op het systeem. Zo wordt in de Verenigde Staten al gebruikt gemaakt van een voorschrijflimiet voor opioïde pijnstillers waardoor de arts niet meer van dit geneesmiddel kan voorschrijven dan de patiënt nodig heeft voor zijn behandeling. Of een gelijkaardig systeem in België nuttig kan zijn, is iets dat de praktijk zou moeten uitwijzen.

Download scriptie (1.22 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Antwerpen
Thesis jaar
2021
Promotor(en)
Prof. Dr. Alexander van Nuijs, Drs. Tim Boogaerts, Drs. Maarten Degreef