M/V/X? Beter nog: helemaal niks

Mattias
Decoster

“Seks!”

Nu ik je aandacht heb, wil ik van de gelegenheid gebruik maken om het te hebben over hoe de wet omgaat met jouw seksuele identiteit. Die omvat je geslacht, je genderidentiteit en je seksuele oriëntatie. Wat betreft seksuele voorkeur is het niet langer een geheim dat jongens verliefd kunnen worden op jongens en dat meisjes soms vallen voor meisjes. Verder weten de meesten van ons dat jezelf man of vrouw voelen (of iets daartussen, daarboven, of zelf daarnaast) niet per se samenvalt met het geslacht dat de dokter voor jou vastlegde wanneer je geboren werd en dat op je identiteitskaart vermeld staat. Vaak wordt dan ook gezegd dat genderrollen (hoe jongens en meisjes zich horen te gedragen) en genderidentiteit (het gevoel een man, vrouw of iets anders te zijn) cultureel bepaald en veranderlijk zijn. Geslacht daarentegen lijkt biologisch vastgelegd: je hebt ofwel een mannelijk ofwel een vrouwelijk lichaam en daar valt, behalve via geslachtschirurgie, weinig aan te doen. Wanneer iemand een dergelijke operatie ondergaat, is het in vele landen, waaronder ook België, mogelijk om het wettelijke geslacht op de geboorteakte en de identiteitskaart te veranderen van M naar V of van V naar M. Niets bijzonders en iedereen blij, toch?

M/V/X: een derde geslacht

Zo simpel blijkt het echter niet te zijn. Sommige mensen vinden dat het helemaal niet mogelijk moet zijn om van wettelijk geslacht te veranderen. Anderen zijn dan weer misnoegd omdat men enkel van M naar V of omgekeerd kan. De wettelijke verplichting tot registratie als M of V werd daarom aangevochten door intersekse personen (dit zijn mensen die zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtskenmerken hebben) en transgender personen (dit zijn mensen die zich wat betreft hun geslacht of hun genderidentiteit niet eenduidig mannelijk of vrouwelijk voelen). Als gevolg van dit protest werd de wetgeving in verschillende landen aangepast, waaronder Australië, Canada, Denemarken, Duitsland, India, Malta, Nederland, Nepal, Nieuw-Zeeland, Oostenrijk, Pakistan en de VS. Die landen kozen ervoor om een derde geslachtscategorie te creëren voor mensen met een variatie in geslachtskenmerken en in sommige gevallen ook voor mensen die zich noch als man noch als vrouw identificeren. Zij kunnen nu onder bepaalde voorwaarden het geslacht dat vermeld werd op hun geboorteakte en identiteitskaart veranderen in een andere categorie dan M of V, zoals ‘onbepaald’, ‘overige’, of ‘X’. Misschien vernieuwend voor een groot deel van de bevolking maar eind goed, al goed. Toch?

Weg met dat geslacht!

Wel, neen. Wereldwijd eisten verschillende maatschappelijke organisaties, zoals ILGA en de International Intersex Organization, dat overheden gender- en/of geslachtsregistratie volledig afschaffen. De eis vinden we ondertussen ook al terug in de Jogjakarta-beginselen voor de toepassing van Mensenrechten met betrekking tot Seksuele Oriëntatie en Genderidentiteit. Nu vraag je je misschien af waarom sommige mensen zich zo ergeren aan het geslacht op hun identiteitskaart. Laat dit nu net zijn wat deze scriptie probeert te achterhalen.

Enerzijds ga ik op zoek naar de recente ontwikkelingen op internationaal, Europees en nationaal vlak omtrent de afschaffing van geslachtsregistratie. Anderzijds wil ik met deze thesis verklaren waarom seksuele minderheden zich kanten tegen de registratie van geslacht, op welke (gender)theorieën die tegenkanting berust en waarom de maatschappij die zou moeten ondersteunen. Mijn onderzoek toont aan dat de afschaffing van geslachtsregistratie niet alleen tegemoetkomt aan de mensenrechten van seksuele minderheden (zoals eerdere studies benadrukten) maar eigenlijk in het voordeel speelt van iedereen.

Culturele gendernormen benadelen ons allemaal

Reeds tientallen jaren benadrukken gendertheoretici dat onze genderidentiteit niet voortvloeit uit het biologisch geslacht. Een nieuwe generatie feministische denkers gaat echter verder en stelt dat het begrip ‘geslacht’ zelf ook een culturele uitvinding is. In onze cultuur, zo beweren zij, worden de verhoudingen tussen mensen bepaald op basis van hun gender. Het doel van het begrip ‘geslacht’ is om de cultureel opgelegde gendernormen te rechtvaardigen en juridisch te verankeren. Zo wordt de illusie geschapen dat gendernormen vanzelfsprekend – en dus onoverkoombaar – zijn omdat ze berusten op ‘natuurlijk’ geslacht. Daarbij wordt ons wijsgemaakt dat baby’s bij de geboorte ofwel mannelijk ofwel vrouwelijk zijn, dat zij zich op latere leeftijd respectievelijk mannelijk of vrouwelijk zullen voelen en gedragen, en dat ze bovendien tot het andere geslacht aangetrokken zullen zijn.

Deze visie wordt in vraag gesteld door seksuele minderheden, waaronder intersekse personen. Omdat zij zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtskenmerken vertonen, zijn zij het levende bewijs dat geslacht/gender geen natuurlijk gegeven is maar wel aangeleerd wordt. Het bestaan van intersekse personen maakt duidelijk dat de opdeling tussen mannen en vrouwen niet geldt en dus herzien moet worden. Feitelijk is ieder lichaam fysiek verschillend: geen enkel lichaam stemt precies overeen met het ideale prentje van ‘man’ of ‘vrouw’ uit de leerboeken biologie. Misschien begrijp je nu beter waarom bepaalde gendertheoretici stellen dat geslacht weliswaar geen natuurlijk begrip is maar wel een ‘naturaliserend’ begrip is. Daarmee bedoelen ze dat ons cultureel wordt aangeleerd om onszelf op basis van bepaalde fysieke eigenschappen te identificeren met ofwel de categorie ‘mannen’ ofwel de categorie ‘vrouwen’. Daarna wordt van ons verwacht dat we ons gaan gedragen op de cultureel bepaalde manier die samengaat met die categorie. Zij die dat niet doen, met name seksuele minderheden, worden uitgelachen, verstoten of gestigmatiseerd. Doordat niemand zo behandeld wil worden, probeert iedereen zo goed als mogelijk de typische ‘man’ of ‘vrouw’ te imiteren. Dit leidt niet alleen tot negatieve gevolgen zoals onzekerheid en psychisch onbehagen (denk aan meisjes die zich te ‘dik’ voelen of jongens die hun emoties niet durven uiten); op die manier wordt dit culturele gendersysteem ook in stand gehouden. We vallen er dus allemaal ten prooi aan. Aangezien seksuele minderheden dit echter veel bewuster ervaren, is het logisch dat zij de voorvechters zijn die het systeem proberen te veranderen, bijvoorbeeld door geslachtsregistratie aan te vechten.

Zolang geslachtsregistratie verplicht is, legitimeert de wet de culturele gendernormen. Bijgevolg concludeert mijn onderzoek dat onze wet de negatieve gevolgen van de culturele gendernormen in stand helpt te houden. Daarnaast toont mijn scriptie ook aan dat de argumenten tegen het schrappen van geslachtsregistratie op identiteitskaarten geen steek houden. Dus, M/V/X? Beter nog: niks.

Download scriptie (847.33 KB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Antwerpen
Thesis jaar
2019
Promotor(en)
Kristof Van Assche