Deconstructing the Social Concept of Street Children. The Durban Case.

Marijke
Van Buggenhout

Straatkinderen: het concept ontbonden.

“We are not trash, we are people. Don’t let them take you down. You have talents and qualities .

Straatkinderen. U kunt er zich vast wel iets bij voorstellen, want veel van onze favoriete toeristische bestemmingen zitten er vol mee. Maar wie zijn nu juist de jongeren en kinderen die worden gelabeld als straatkinderen?

Zijn het kinderen die fulltime op straat leven en die geen ouders of familieleden ter beschikking hebben om voor hen te zorgen? Of moeten we spreken van weeskinderen, thuislozen, kinderen in een straatsituatie en gedetacheerde kinderen? In onze geschiedenis wordt verwezen naar het bandeloze en loslopende kind, waarbij er noodgedwongen een interventie nodig was om toekomstige generaties te redden. Deze kinderen veroorzaakten immers heel wat publieke bezorgdheid omwille van hun kwaadaardige en deviante reputatie. Hoewel wij in België vandaag de dag niet meer te maken hebben met straatkinderen as such, blijft het wel een maatschappelijk relevant thema. We kunnen dit immers bekijken in het licht van de opkomende vluchtelingenpopulatie, waaronder zich veel kinderen bevinden die mogelijks zonder ouderlijke banden dreigen te vallen en bijgevolg op zijn minst riskeren gelabeld te worden als antisociaal.

De figuur van het straat kind

Straatkinderen maken sinds ongeveer twee decennia steevast deel uit van het ontwikkelingsdebat. Ook in wetenschappelijke literatuur werd er hevig heen en weer gedebatteerd over de figuur van het straatkind. Er zijn zelfs heuse profielen van het typische straatkind ontstaan, dat misschien onbedoeld de illusie geeft van generaliseerbaarheid. Indien men spreekt van een straatkind heeft men het over een jongen tussen de 7 en 16 jaar, die hoogstwaarschijnlijk zwart is, honger lijdt en ongetwijfeld verslaafd is aan lijmsnuiven. Hij is niet per se kwaadaardig maar heeft gewoonweg geen andere keuze dan te stelen. Dit eenzijdige en soms stigmatiserende beeld van het hulpeloze straatkind werd in de recente literatuur echter ontbonden. Men realiseert zich dat het concept net iets complexer is dan dat. Oh ja, en dat we misschien ook af en toe eens naar die kinderen zelf moeten luisteren want men vergeet wel eens dat deze jongeren wel degelijk een mening hebben alsook motivaties achter bepaalde cruciale keuzes in hun leven. Misschien is een kind wel niet zo hulploos als we met z’n allen denken?

Numbers game

Wat doorheen de tijd een vast kenmerk bleef in de street child welfare agenda is de tegenstrijdigheden in de statistieken. Het magische getal van 100 miljoen werd steevast genoemd in het merendeel van de internationale literatuur. Straf, want niemand bleek te weten waar dit mythische cijfer nu eigenlijk vandaan kwam. Het tellen van een complexe, constant bewegende groep van kinderen is dan ook geen gemakkelijke taak. Het moet gezegd, men had er baat bij deze statistieken te blijven gebruiken. Het zorgde immers voor heel wat aandacht, van zowel media als politiek. Het goochelen met cijfers is anno 2015 gelukkig zo goed als volledig gestopt. Al worden er nog steeds lichtelijk overdreven cijfers aangehaald door allerhande organisaties en agentschappen. Ook in het onderzoek dat ik dit jaar voerde in Durban (Zuid-Afrika), bleek dat cijfers van straatkinderen in deze metropool quasi onbestaande zijn. Toch wordt er rijkelijk gespeculeerd en schommelen de nummers tussen de 50 en 1000 straatkinderen.

De stem achter het straatkind

Om de stem achter het straatkind te kunnen achterhalen werkte ik tijdens mijn onderzoek  een photovoice project uit, samen met twee ex-straatkinderen. Njabulo en Lwazi (*fictieve namen, privacy bescherming) maken deel uit van het surfteam van de organisatie Surfers Not Street Children, een vereniging die niet alleen andere straatkinderen wil inspireren, maar tevens de publieke opinie wil veranderen wat betreft jongeren in een straatsituatie. De surfers kregen een camera in hun handen en trokken er op uit in het stadscentrum om hun creatieve geest de gang te laten gaan. Het resultaat? Een boeiende en unieke kijk in de levens van twee straffe kerels die in hun nog prille leven al heel wat hebben meegemaakt. Van hen leerde ik meer dan wat ik aan de beste universiteiten zou kunnen leren. Ze wilden vooral geapprecieerd worden voor hun creativiteit, voor de talrijke manieren waarop ze elkaar wisten te motiveren.

Njabulo: “we as street kids earned money as parkguards, by looking after peoples cars, or even washing their cars. It’s the main thing they can do, they can earn money by being creative without stealing from anyone. We like to do things that keep us busy.

Het is mede dankzij de organisaties in Durban dat ze de weg naar een betere toekomst vonden. En toch weigeren ze hun eigen rol daarin te onderschatten. Dat is dan ook meteen de boodschap die ze graag zouden meegeven aan andere kids wereldwijd: waar een wil is, is een weg. Zoek een passie en ga ervoor. Surfen is één van de vele manieren waarop een kind zich kan ontwikkelen, zowel op individueel vlak als op gebied van vriendschappen en sociale interacties.

Lwazi vertelt: “We just want to tell them that there is still a chance to do everything you want to do. It could be surfing, but also skating, soccer and rugby those are the things that can make you step away from the bad things. You can see the smile on our faces and it means a lot. So what I want to say to the rest of the kids, they need to be strong and all need to be together as brothers and sisters. Let us work together, see to what level we can take this. And you know, let the whole world understand about us.”

Het is van onschatbaar belang dat de mening van straatkinderen wordt gehoord. Want alleen als interventies compatibel zijn met de leefwereld van deze jongeren kan er vooruitgang geboekt worden. Dit mag nog meer benadrukt worden in de vele non-gouvernementele organisaties voor straatkinderen wereldwijd en er moet er komaf gemaakt worden met al te stigmatiserende en reducerende veronderstelling over straatkinderen. De allerbelangrijkste conclusie hierin is dat straatkinderen moeten worden behandeld als kinderen en als volwaardige leden van de maatschappij.

September 2015 - Marijke Van Buggenhout 

Download scriptie (1.68 MB)
Universiteit of Hogeschool
Vrije Universiteit Brussel
Thesis jaar
2015