Social Realignment on the Right | Are conservatives now supporting same-sex marriage?

Wout
Vergauwen

 

The fight over same-sex marriage represents a competition over socially constructed meanings, as groups and individuals on both sides of the issue struggle to define the meanings of marriage, sexuality, morality, and civil rights, and to assert their own definitions of the situations in the face of organized opposition.

De ratificatie van de Bill of Rights in 1791 gaf de nieuwe Verenigde Staten een internationale reputatie als beschermer van burgerrechten en vrijheden. In tegenstelling tot Frankrijks misschien wel mooiere declaratie doorstond de Bill of Rights de tand des tijd, en heel wat Amerikanen beroepen er zich maar al te graag op om aan te tonen dat ook zij mensenrechten hoog in het vaandel dragen. Desalniettemin, velen genoten niet alle rechten. Doorheen meer dan tweehonderd jaar geschiedenis hebben vele Amerikaanse burgergroepen hun rechten succesvol afgedwongen. Vrouwen wonnen het stemrecht in 1920, zwarten werden eindelijk burgers toen Lyndon Johnson’s Civil Rights Act een einde stelde aan ‘Separate but equal’.

Desondanks zijn er ook vandaag nog tweederangs burgers in de Verenigde Staten. Een groep die met de beslissing in Goodridge v. Department of Public Health eindelijk de kans zag naar buiten te treden als volwaardig Amerikaans burger, mét dezelfde rechten als broer, buurvrouw en een nobele onbekende vijf staten verder. Dit zijn uiteraard de homoseksuele Amerikanen die in 2003 voor het eerst het goede nieuws hoorden hun partner van hetzelfde geslacht te kunnen huwen. Velen zien dan ook, terecht, de strijd voor het homohuwelijk als burgerrechtenstrijd van de eenentwintigste eeuw. De beslissing van een statelijk gerechtshof in Massachusetts had vanzelfsprekend een grote weerslag op de rest van de Amerikaanse samenleving. Mensen die er nooit een mening hadden over het homohuwelijk dienden er een te vinden, tegenstanders moesten zich organiseren om te voorkomen dat andere staten zouden volgen, terwijl voorstanders elkaar krampachtig zochten om het tegenovergestelde te doen. Dit leidde snel tot een opstelling langsheen politiek-ideologische lijnen waarbij de progressieve voorstanders overduidelijk in het Democratische kamp belanden, terwijl de Republikeinse Partij de conservatieve tegenstanders huisvestte.

Iets meer dan tien jaar later liggen de kaarten helemaal anders. Medestanders vormen nationaal gezien een statistische meerderheid van nagenoeg 60% terwijl tegenstanders poll na poll aan terrein verliezen. Enerzijds laat zich dat vertalen naar het aantal Amerikanen dat op dit moment de totale huwelijksvrijheid bezit – meer dan 4 op 10 Amerikanen wonen in een staat die het homohuwelijk erkend, een ander derde van de Amerikaanse bevolking woont in een staat waar het al dan niet erkennen voorwerp van juridisch getouwtrek is. Anderzijds maakt dit de klassieke tegenstelling tussen progressief en conservatief volkomen achterhaald. Een overweldigende meerderheid van alle liberalen en Democraten – ongeacht geslacht, leeftijd of huidskleur – hebben zich inmiddels reeds uitgesproken als voorstanders van huwelijksgelijkheid. Voor verdere ontwikkelingen op dit vlak – en er is nog een behoorlijke weg te gaan – is de conservatieve rechterzijde van het politiek-ideologisch spectrum dus de heel wat interessanter. Niet langer is rechts eenduidig tegen gekant, wat het klassieke links-rechts debat heeft doen veranderen in een debat waar links niets meer te halen heeft. Echter, voor conservatief Amerika breekt een definiërende periode aan.

Over de laatste twee jaar schoot de steun voor het homohuwelijk binnen conservatief Amerika van 29% naar 39%, met reeds 61% van de 18 tot 29-jarige Republikeinen – de toekomst van de partij – aan de kant van huwelijksgelijkheid. Op voorhand mag het misschien een verloren gevecht lijken, een nauwere blik op hoe het debat vandaag uitgevochten wordt de arena’s van zowel de politiek als de vierde macht geeft een veel genuanceerder beeld. Een analyse van zeven discourse, zorgvuldig uitgekozen en voorgesteld door middel van voor-en tegenstanders binnen en buiten de politiek geeft niet alleen aan dat Amerikaans conservatisme met een identiteitscrisis te maken heeft, maar maakt de lezer van deze verhandeling tevens vertrouwd met de meer en minder courante argumenten voor en tegen het homohuwelijk. Op basis van de narratieven van volksvertegenwoordiger en voormalig presidentskandidate Michele Bachmann, notoir opiniemaker Ann Coulter, voormalig Vice-President Dick Cheney, TV gezicht S.E. Cupp, mediamogul Glenn Beck, en de Republikeinse organisaties GOProud en Log Cabin Republicans heeft deze verhandeling de plaats geboden om te achterhalen of rechts zich inderdaad opmaakt voor een ideologische herschikking. 

Download scriptie (858.85 KB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2014