Economische sancties, een effectief wapen?

Martijn
Adam

Als economische grootmacht, met nauwelijks militaire middelen, gebruikt de Europese Unie (EU) economische sancties om beleidsverandering teweeg te brengen in derde landen. Over de afgelopen decennia heeft de EU 144 keer gebruik gemaakt van, of officieel gedreigd met, het verbreken van handelsrelaties en het bevriezen van tegoeden en economische middelen. Economische sancties worden ingezet ter bevordering van vrede, democratie, mensenrechten en internationaal recht.

 

De sancties opgelegd tegen Rusland zijn een recent voorbeeld van het Europees buitenlandbeleid. Naar aanleiding van de crisis in Oekraïne, heeft de EU sancties opgelegd tegen de Russische Federatie, met als doel de terugtrekking van Rusland uit de Krim en het verbreken Russische invloed in Oost-Oekraïne. De sancties zijn in werking sinds 2014 en kosten de Europese lidstaten volgens schattingen in het totaal €92.000.000.000 - zo een 20% van het Belgisch Bruto Nationaal Product (BNP). Een aanzienlijk bedrag, vooral gezien het geringe resultaat.

 

Uit het leeuwendeel van het wetenschappelijk onderzoek naar de effectiviteit van sancties, blijken er maar weinig succesvol. Sancties worden dus veelvuldig gebruikt, zijn kostbaar en vaak onsuccesvol. Toch beschouwt de EU economische sancties als een essentieel onderdeel van haar buitenlandbeleid.

 

Deze studie onderzocht aan de hand van vijf verklarende variabelen waarom bepaalde sancties succesvol zijn, waar andere juist falen. Voor landen die doelwit waren van economische sancties werd gekeken naar het BNP per bevolkingshoofd, het regeringstype en de populatiegrootte. Daarnaast werd onderzocht of de sanctie daadwerkelijk was opgelegd en wat voor invloed de lengte (van de dreiging) van de sanctie had.

 

Uit het onderzoek blijkt dat de fase voordat de sanctie is opgelegd een belangrijke rol speelt in de effectiviteit van de sanctie - en sancties in deze fase het meest succesvol zijn. Als de EU dreigt met de oplegging van een economische sanctie zal het derde land een kosten-baten analyse maken. Het doelwit van de sanctie zal alvorens de sanctie wordt opgelegd berekenen welk van de twee opties de minste kosten met zich meebrengt; de economische sanctie, of de verandering van het beleid. De opties met de minste kosten geniet dan vaak de voorkeur.

 

Van belang is dat de dreiging van de sanctie geloofwaardig is, slechts dan zullen staten toegeven aan de eisen van de EU. Dit betekent dat sancties moeten worden opgelegd tegen staten die geen gehoor geven aan de eisen van de EU, om de geloofwaardigheid te behouden voor de toekomst. Zelfs als de kans op slagen nihil is.

 

Voor economische sancties is het cruciaal dat de kosten die worden gecreëerd door de sanctie hoger zijn dan de kosten van beleidsverandering. Echter, doordat sancties niet alleen voor de aangevallen, maar ook de aanvallende partij veel kosten met zich meebrengen, zullen zeer hoge economische sancties niet geloofwaardig zijn. De crux zit dus in het vinden van een balans tussen geloofwaardige en krachtige sancties.

 

Als de EU in staat is te dreigen met geloofwaardige en krachtige sancties, zullen de aangevallen landen alvorens de sanctie is opgelegd besluiten hun beleid te veranderen. Dit heeft als resultaat dat geen sancties daadwerkelijk opgelegd worden, waardoor geen economische verliezen geleden worden. 

 

Toch moet jammerlijk geconcludeerd worden dat Europese sancties maar de helft van de tijd succesvol zijn. In het bijzonder met de wetenschap dat wanneer economische sancties eenmaal zijn opgelegd, de kans op slagen aanzienlijk daalt. Opgelegde sancties kunnen moeilijk worden opgeheven, doordat dit een flinke aderlating is voor de geloofwaardigheid van toekomstige of huidige sancties. Dit betekent dat het essentiële onderdeel van het Europees buitenlandbeleid vaak resulteert in een peperdure impasse.

Download scriptie (986.8 KB)
Universiteit of Hogeschool
Vrije Universiteit Brussel
Thesis jaar
2016
Promotor(en)
Prof. dr. Florian Trauner