Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de Vlaamse Scriptieprijs.

De impact van verhuis van een minderjarige op de toepassing van het jeugdrecht

Marie-Julie Kormoss
Masterproef over een knelpunt in de Belgische jeugdbescherming. Als minderjarigen verhuizen over de taalgrenzen heen, dreigen ze in een juridisch vacuüm terecht te komen. In deze masterproef wordt deze problematiek geanalyseerd en worden mogelijke normatieve oplossingen geformuleerd.

Draagmoederschap in België

Lobke Naudts
In België is draagmoederschap momenteel niet wettelijk geregeld, maar wordt het wel toegepast. Deze bachelorproef bekijkt de huidige mogelijkheden in België en werpt een blik op mogelijke toekomstige juridische ontwikkelingen.

De digitale nalatenschap: inpassing in het huidige recht of tijd voor wetgevende initiatieven?

Jonas Monsieur
Een onderzoek naar de digitale nalatenschap. Voornaamste focus van deze masterproef was gericht op de vraag of het Belgisch recht in staat is om over te gaan tot een efficiënte afwikkeling van deze nieuwe nalatenschap. De wetgever lijkt op vandaag verschillende mogelijkheden te hebben om het recht aan te passen.

Proving a Causal Link in Climate Change Litigation

Jozef Seghers
We onderzoeken hoe wetenschappelijk bewijs van het verband tussen drivers van klimaatverandering en de impact en schade die ze veroorzaken, vertaald wordt naar juridisch bewijs van causaliteit in de rechtzaal. De wetenschap is in staat is om met hoge betrouwbaarheid causale verbanden aan te tonen. Samen met nieuwe juridische benaderingen vergroot dat de kansen op succes voor eisers in klimaatzaken.

HET HOF VAN CASSATIE OVER HET LOT VAN ONRECHTMATIG BEWIJS IN CIVIELE ZAKEN: MISSION ACCOMPLISHED?

Jory Brabants D'Hooghe
Het Hof van Cassatie heeft zich in 2021 gebogen over het lot van onrechtmatig (verkregen) bewijs in zuiver privaatrechtelijke zaken (civiel recht). Net zoals in het strafrecht, besluit het Hof dat bewijsuitsluiting de uitzondering wordt en de feitenrechter met verschillende criteria en omstandigheden rekening moet houden.

De advocaat als bemiddelaar in Vlaanderen: een te juridische benadering?

Sureyya Berx
Een praktisch onderzoek op Vlaams niveau naar de benaderingswijze van advocaat-bemiddelaars tijdens bemiddelingen. Dit werd gevoerd aan de hand van 24 diepte-interviews en 70 enquêtes.

De Euthanasiewet: een lange lijdensweg naar levensnoodzakelijke onderscheiden strafmaten

Claudia Vermeirsch
De oorspronkelijke Euthanasiewet is door het Grondwettelijk Hof ongrondwettig bevonden. Ook uit de zaak Tine Nys voor het Hof van Assisen bleek dat er tekortkomingen waren aan de Euthanasiewet. Deze Masterproef geeft een voorstel tot wetswijziging.

The Politicisation of Powering Change: Unravelling the Effect of Politicisation on Policy Responsiveness in European Renewable Energy Policy

Jonas Meuleman
Politisering wordt vaak in een negatief daglicht gesteld als een barrière in effectieve beleidsvorming, maar dit onderzoek bewijst het tegendeel binnen het Europees hernieuwbaar energiebeleid. Gebaseerd op een innovatieve dataset voor alle EU-lidstaten, draagt dit onderzoek bij aan het begrip van hoe politisering duurzame energietransities kan versterken.

De zorgvolmacht: een vergiftigd geschenk? De mogelijkheden om een intern controlesysteem in te bouwen in de zorgvolmacht met het oog op het voorkomen van misbruik

Jolien Theijbers
Er wordt gekeken naar de mogelijkheden om een intern controlesysteem in te bouwen in de zorgvolmacht met het oog op het voorkomen van misbruik. Daarnaast wordt de rol van de notaris en de vrederechter besproken.

Werknemers zonder wettig verblijf: een verblijfsrecht tijdens de procedure tot erkenning van een ernstig arbeidsongeval?

Katinka Verbeken
Werknemers zonder wettig verblijf in België kunnen én worden soms slachtoffers van ernstige arbeidsongevallen. Hoewel men na dit ongeval dezelfde rechten heeft als werknemers mét wettig verblijf, blijkt het verzilveren van deze rechten uitermate moeilijk. Deze scriptie onderzoekt waarom al dan niet een verblijfsrecht moet worden verleend tijdens de procedure tot erkenning van het ernstig arbeidsongeval, en hoe dit eventuele recht ingevuld kan worden.

Bestuurlijke besluitvorming via de inzet van algoritmische beslisregels en geautomatiseerde feitenvinding: de trias politica door elkaar geschud?

Lars Voorjans
Biedt het Belgisch algemeen bestuursrecht afdoende waarborgen teneinde een transparante aanwending van algoritmische systemen in de overheidsbesluitvorming te kunnen waarborgen?

Hervorming van VSO naar CV erkend als SO: geslaagd of niet?

Selena Zwijsen
Deze scriptie tracht te beoordelen of de hervorming door het WVV van het regime van de VSO (vennootschap met sociaal oogmerk) naar de CVSO (coöperatieve vennootschap erkend als sociale onderneming) al dan niet geslaagd is. Dit doet men door middel van een bespreking van beide regimes, een vergelijking van de twee, een blik op de CVSO in de praktijk, en een formulering van alternatieven en aanbevelingen aan de wetgever.

Het Nationaal Congres versus de assisenjury: achterhaald of relevant?

Benoît Van Cauwenberghe
De bevoegdheid van het hof van assisen inzake misdaden doorheen de Belgische geschiedenis sinds 1831.

Een kwantitatieve methode voor de analyse van de helische morfologie van nanostructuren op basis van elektronentomografie

Wouter Heyvaert
Chirale nanodeeltjes hebben een spiegelbeeld dat zich volledig anders gedraagt. Nanodeeltjes hebben op zich al heel interessante eigenschappen die gebruikt kunnen worden voor allerlei toepassingen in het dagelijks leven, maar chiraliteit doet daar nog een schepje bovenop. In deze scriptie wordt een nieuwe onderzoeksmethode voorgesteld die gebruikt kan worden om de chirale eigenschappen van nanodeeltjes op een kwantitatieve manier te onderzoeken.

The influence of maize (Zea mays L.) roots, mycorrhizal fungi and agricultural soil management practices on the emission of soil volatile organic compounds

Alain Clement
Vluchtige organische stoffen zijn secundaire metabolieten die geproduceerd worden door planten, dieren en microben. Hun uitstoot is goed onderzocht in bovengrondse ecosystemen, maar niet in de bodem. In dit onderzoek werd er geprobeerd een methode te vinden om deze stoffen te meten.

Het hoorrecht van minderjarigen in procedures voor de Belgische Familie- rechtbank in het licht van de mensen- en kinderrechten

Ward Van Dorpe
Het hoorrecht van minderjarigen voor de familierechtbank in België onder de loep. Een diepgaand onderzoek naar de balans tussen praktijk en wet.

IOS, ook voor consumentenschulden?

Justine Davidts
De uitbreiding van de Procedure voor Onbetwiste Schulden (IOS) naar consumentenschulden: staat de rechtspraak van het Hof van Justitie daaraan in de weg?

Veilige schoolomgevingen: een toepassing van het Intervention Mapping protocol om het kijkgedrag van basisschoolkinderen aan voetgangersoversteekplaatsen te beïnvloeden

Roel Wittenberg
In deze scriptie is onderzoek gedaan naar veilige schoolomgevingen en het ontbrekende kijkgedrag van kinderen bij het oversteken van de straat. Volgens het Intervention Mapping protocol is een korte verkeersles gemaakt om dit kijkgedrag te verbeteren, maar die lijkt zonder praktijkbegeleiding van ouders weinig zinvol. Ouders moeten dan ook meer met hun kinderen het verkeer ontdekken op de fiets of te voet.

Evaluation of distributed signal processing algorithms for online motor-imagery classification in wireless EEG sensor networks

Brent Sterckx
Deze thesis evalueert het gebruik van gedistribueerde signaalverwerkingsalgoritmen voor de online classificatie van "motor-imagery"-data in draadloze EEG-sensornetwerken met als doel de benodigde communicatiebandbreedte te verkleinen die zulke netwerken belemmerd een realiteit te worden. Hiertoe werd eerst een gedistribueerde classificatiepijplijn ontwikkeld. Daarna werd de performance van zulke systemen geëvalueerd door zowel emulatie op basis van experimentele HD-EEG data om de accuraatheid te bepalen alsook door modellering van de energieconsumptie en latency.

Impact van bestemming verzekeringsuitkering op toelaatbaarheid vordering

Michiel Roels
Deze scriptie betreft een noot bij het arrest van het Hof van Cassatie van 11 december 2020. Het Hof maakte een foutieve redenering bij de invulling van het begrip "rechtmatig belang", doordat het de fase van de toelaatbaarheid van de vordering en deze van de gegrondheid door elkaar haalde. Het rechtzetten van dergelijke fouten is cruciaal, gezien het Hof garant staat voor het bewaren van de eenheid in de Belgische rechtspraak.

Evaluatie van het Vlaams Woninghuurdecreet: studentenhuur

Lore Tans
Evaluatie van het Vlaams Woninghuurdecreet dat inwerking trad op 1 januari 2019. Deze scriptie gaat meer specifiek over alle regels omtrent studentenhuur en toont de praktijk aan de hand van cases vanuit de vzw Op Krot.

Een beroep op het zwijgrecht: fundamenteel recht van verdediging of mes in eigen rug?

Camille De Ridder
Aan de hand van een literatuuronderzoek en een empirisch onderzoek werd onderzocht of rechters het zwijgen door verdachten (mogen) meenemen in de straftoemeting. Enerzijds werd nagegaan in hoeverre zwijgen juridisch gezien consequenties mag hebben in de fase van de straftoemeting (law in the books). Of anders gesteld: zijn er juridische beperkingen aan het zwijgrecht? Anderzijds werd onderzocht of rechters zich in de praktijk kunnen houden aan deze beperkingen en of zij niet verder gaan dan juridisch voorzien (law in action).

Identificatie van Ascarophis sp. in Scorpaena porcus door morfologische analyse

Matisse Decaluwe
24 Scorpaena porcus stalen werden onderzocht op de aanwezigheid van nematodes, meer specifiek Ascarophis sp. De identificatie van Ascarophis sp. leidde tot de ontdekking van de aanwezigheid van Ascarophis filiformis samen met een nieuwe gastheer en locatie.

Geldt een pandemie als overmacht in het verbintenissenrecht

Caro Stuer
1. Het uitgangspunt is dat een overeenkomst die geldig wordt aangegaan, de partijen tot wet strekt. Een pandemie kan daar een voorbeeld van zijn een omstandigheid die het moeilijk of onmogelijk maakt een verbintenis na te komen. Overmacht zou ervoor kunnen zorgen dat een schuldenaar wordt bevrijd van zijn contractuele verbintenis.
2. Om na te gaan of er in de context van de coronacrisis sprake is van overmacht, dient in de eerste plaats te worden nagegaan of er sprake is van een toestand waarbij de schuldenaar kampt met een financieel onvermogen. In de meeste gevallen is dit in het kader van een handelshuurovereenkomst.
Luidt het antwoord positief, dan kan men er kort over zijn. De kans is groot dat de rechter de rechtsgrond overmacht niet zal aanvaarden. De meerderheid en de meest recente rechtspraak verwijst naar het cassatiearrest van 28 juni 2018. Het Hof van Cassatie aanvaardt namelijk niet dat financieel onvermogen een kwalificatie tot overmacht rechtvaardigt. Het Franse Hof van Cassatie aanvaardt dit evenmin.
Luidt het antwoord daarentegen negatief en is er geen sprake van een financieel onvermogen in hoofde van de schuldenaar, dan dient te worden nagegaan of aan de toepassingsvoorwaarden van overmacht is voldaan.
3. Er moet bij elke met corona verband houdende situatie geval per geval, sector per
sector, contract per contract worden nagegaan of er sprake is van overmacht.
Een schuldenaar moet zich ingevolge de coronacrisis in de onmogelijkheid bevinden de verbintenis na te komen en de contractuele fout dient ontoerekenbaar te zijn. Er is nog discussie over de vraag of het nu gaat om een absolute of een relatieve onmogelijkheid. De contractuele wanprestatie dient onvoorzienbaar en onvermijdbaar te zijn.
Indien aan de toepassingsvoorwaarden van overmacht niet voldaan is, dan is er geen sprake van overmacht. Er kan dan worden onderzocht of er beroep kan worden gedaan op de alternatieven van overmacht: de wijziging van de overeenkomst, de ontbinding, contractuele clausules of de uitvoering te goeder trouw.

4. Het eerste alternatief voor overmacht is de wijziging van de overeenkomst.
Een contract kan alleen gewijzigd of opgezegd worden mits wederzijdse toestemming van de partijen of op grond van de wet. Dit standpunt wordt gevolgd in het Franse recht en in het nieuwe Burgerlijk Wetboek.
5. Het tweede alternatief is de ontbinding van de overeenkomst. Wanneer de gedwongen uitvoering niet mogelijk is, kan er een keuze gemaakt worden tussen: de gerechtelijke ontbinding, de ontbinding op kennisgeving of het uitdrukkelijk ontbindend beding.
De ontbinding op kennisgeving werd recentelijk erkend door cassatierechtspraak en zal in het nieuwe Burgerlijke Wetboek een wettelijke grondslag krijgen. De ontbinding op kennisgeving is wellicht geïnspireerd op het Franse recht. Er dient bij een ontbinding op kennisgeving sprake te zijn van een wederkerig contract, een voldoende gekwalificeerde schending, een ingebrekestelling en een kennisgeving van de beslissing van de schuldeiser aan de andere contractspartij. Het klassieke voorbeeld van een wanprestatie is de niet-betaling van de huurgelden. Wanneer overmacht kan worden vastgesteld, zal er niet aanvaard worden dat er sprake is van een wanprestatie die de ontbinding rechtvaardigt.
6. Het derde alternatief voor overmacht zijn de contractuele clausules. Deze clausules zijn mogelijk nu het verbintenissenrecht van aanvullend recht is. Enerzijds zijn er de overmachtsclausules en anderzijds de imprevisieclausules. In zo een clausule kunnen contractspartijen bedingen welke omstandigheden in aanmerking komen als overmacht of imprevisie en wat de gevolgen zijn van deze kwalificatie op hun contract. Partijen kunnen dus zelf overeenkomen in welke mate een pandemie een impact zal hebben op hun overeenkomst.
In Frankrijk zijn contractuele clausules eveneens mogelijk.
7. Het vierde en laatste alternatief dat in deze thesis wordt voorgesteld voor overmacht, is de uitvoering te goeder trouw.
Er kunnen op grond van de aanvullende werking van de goede trouw bijkomende verbintenissen worden opgelegd aan partijen. Zo dienen de contractspartijen er zich van te onthouden de nakoming van de verbintenis door de wederpartij te bemoeilijken in de context van een pandemie. Er kan ook de verplichting worden afgeleid om bijkomende contractuele regelingen te treffen met het oog op de goede afloop van de basisovereenkomst. Ook het Franse recht en het nieuw Burgerlijk Wetboek geven deze betekenis aan de aanvullende werking van de goede trouw. Een contractspartij die zich in een situatie van overmacht bevindt, kan worden verhinderd zijn verplichtingen te goeder trouw na te komen. Vaak is een onderhandelde oplossing wel opportuun. Zo kan een betalingsuitstel, afbetalingsregeling of een prijsvermindering worden voorgesteld.
Het is bij de matigende werking en bij rechtsmisbruik aan een contractpartij verboden de haar uit de overeenkomt voortvloeiende rechten uit te oefenen op een manier die in strijd is met wat van een redelijke contractpartij mag worden verwacht. Wie in het kader van de coronacrisis de nakoming zou blijven eisen van een ingrijpend gewijzigde overeenkomst, kan zich schuldig maken aan rechtsmisbruik. De schuldenaar dienst daarnaast loyaal redelijke maatregelen te nemen die de schade van de niet-nakoming kunnen matigen of beperken. Deze redenering is in het Franse recht en het nieuw Burgerlijk Wetboek terug te vinden. Het ontbreken van een onderhandelde oplossing, zoals een betalingsuitstel, een afbetalingsregeling of een prijsvermindering, kan leiden tot rechtsmisbruik. De matigende werking staat de toepassing van de risicotheorie in geval van overmacht echter niet in de weg.
8. Imprevisie kan niet als alternatief worden gebruikt voor overmacht in het Belgische recht. Bij imprevisie is er, in tegenstelling tot bij overmacht, sprake van omstandigheden die de uitvoering van de overeenkomst bijzonder moeilijk of aanzienlijk zwaarder maken voor (één van) de partijen. De coronacrisis kan daar een voorbeeld van zijn. De imprevisieleer beoogt een heronderhandeling van de overeenkomst tussen de partijen. Noch het Burgerlijk Wetboek, noch het Hof van Cassatie en noch andere (corona)rechtspraak aanvaarden de imprevisieleer.
De bindende kracht van een overeenkomst blijft het uitgangspunt. Het Franse recht en het nieuwe Burgerlijk Wetboek aanvaarden de imprevisieleer wel.
Partijen kunnen wel steeds een contractuele imprevisieclausule opnemen. De imprevisieleer kan ook min of meer het recht binnensluipen via enerzijds de matigende werking van de goede trouw en de leer van het verbod op rechtsmisbruik en anderzijds door een soepele invulling van het overmachtsbegrip.
We hebben de imprevisieleer niet kunnen gebruiken tijdens de coronapandemie.
Mocht het nieuw Burgerlijk Wetboek al van kracht zijn geweest, had dit een grote invloed gehad op verschillende contracten en zou de rechtspraak vandaag anders luiden.
De aanvaarding van de imprevisieleer tijdens de coronacrisis had er wellicht toe geleid dat overmacht minder snel werd aanvaard.

De gerechtelijke reorganisatie door collectief akkoord en de Herstructureringsrichtlijn: De controversiële invoering van een Europese Relative Priority Rule

Louis Destoop
Dit werkstuk bestudeert en beschrijft de verschillende voor- en nadelen die gepaard gaan met de relative priority rule, een regel die vanuit Europees initiatief in het nationaal recht kan worden opgenomen.