Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de Vlaamse Scriptieprijs.
Het Nationaal Congres versus de assisenjury: achterhaald of relevant?
In mijn masterproef onderzocht ik of het door de wetgever geproclameerde principe van de seksuele autonomie als basis voor de hervorming van het seksueel strafrecht ook als dusdanig neerslag vindt in de concreet ingevoerde wetteksten. Het onderzoek toont aan dat dit toch enige nuance verdient.
Enkele problematieken lijken de zoektocht naar een wettelijk kader rond live facial recognition te belemmeren. Deze masterproef onderzoekt wat deze inhouden en formuleert enkele vraagstukken die cruciaal lijken opdat de proportionaliteit en wenselijkheid van de technologie kan worden beoordeeld.
De scriptie onderzoekt of het seksueel geweld dat tegen de Rohingya in Myanmar werd gepleegd, kan worden vervolgd voor het Internationaal Strafhof in Den Haag.
De drempels en noden van professionals in organisaties voor bijzondere jeugdzorg omtrent seksualiteit. Een vignettenonderzoek bij professionals werkzaam in Vlaamse begeleidingstehuizen voor 12- tot 18-jarige jongeren.
Praten over seksualiteit en het geven van relationele en seksuele vorming aan jongeren is een
belangrijk hedendaags thema. Om ervoor te zorgen dat alle jongeren, ook degenen die in een
organisatie voor bijzondere jeugdzorg (OVBJ) verblijven, dit krijgen, is het van belang om zo veel
mogelijk drempels weg te werken en tegemoet te komen aan de noden die professionals ervaren.
Over het complexe ontoerekeningsvatbaarheidsbegrip en de moeilijke wisselwerking tussen twee centrale wetsbepalingen in deze discussie. Over de juridische lacune waar gedeeltelijk of verminderd toerekeningsvatbaren in terechtkomen. En over de vraag of Frankrijk een inspiratiebron kan bieden voor een nieuw en beter systeem inzake toerekeningsvatbaarheid.
Dit werk handelt over de internering van geesteszieken die een strafbaar feit hebben gepleegd. Er wordt ingegaan op de ontwikkeling van de wetgeving, de problemen in gevangenissen, psychiatrische expertises en beslissingen tot opname. Tenslotte wordt in een hoofdstuk ingegaan op de recente FPC's, centra die voor dit doel zijn ontworpen.
De scriptie bestaat uit een framing analyse waarbij op zoek wordt gegaan naar de slachtoffer- en daderframes die gebruikt worden in de Vlaamse gedrukte media inzake seksueel grensoverschrijdend gedrag. Aan de hand van inductie en deductie worden variabelen geëxtraheerd uit Vlaamse krantenartikels (De Morgen, De Standaard en Het Laatste Nieuws). Deze variabelen worden nadien geclusterd in grotere frames en getest op hun interne samenhang.
Hoe kun je de vluchtigheid van het flaneren vastleggen zonder het te verloochenen? De methode is niet voorspelbaar, noch gestructureerd. Waar begin je als je genoodzaakt bent om een proces voor te leggen? Vluchtmisdrijf is een onderzoek dat kadert binnen het veld van Image Thinking; denken met beelden dus. Specifiek draait het in mijn praktijk vooral om beelden die zo kenbaar zijn, waar we haast dagelijks mee worden geconfronteerd en die hun noodlot vinden in het gewone. Ik zie echter niets noodlottig in datgene dat als ‘gewoon’ kan beschouwd worden, mijn onderzoek tracht namelijk het leven vanuit het leven zelf te begrijpen. In dat leven, hoe staan beelden, handelingen en situaties tegenover elkaar, of in alle waarschijnlijkheid, hoe zijn ze vervlochten in elkaar?
Aanbieders van videoplatformdiensten krijgen nieuwe verplichtingen door de herziening van de Europese Richtlijn Audiovisuele Mediadiensten. Passende maatregelen moeten worden getroffen om gebruikers te beschermen tegen schadelijke inhoud.
Een kwalitatief onderzoek naar de diverse functies van toxicomanie bij personen met een psychotische kwetsbaarheid. Er wordt een overzicht gecreëerd van welke functies drugs en alcohol kunnen innemen bij deze personen en of deze functies samenhangen met de verschillende fases in een psychose.
Naar aanleiding van twee ophefmakende wetswijzigingen aan de Vreemdelingenwet werd onderzocht in welke mate deze nog in overeenstemming is met enkele fundamentele mensenrechten en algemene rechtsbeginselen. Meer concreet werd dieper ingegaan op de verwijderingsbeslissingen om redenen van openbare orde en nationale veiligheid.
Binnen dit werkstuk staat een op Vlaamse belastingplichtigen gericht attitudeonderzoek
centraal met betrekking tot (het spectrum van) belastingfraude (beperkt tot de personenbelasting). Hierbij werd de leeftijd van de respondenten als mogelijk van invloed zijnde sociodemografische factor onder de loep genomen.
Vanuit de veronderstelling dat de jeugdrechter in het belang van de jongeren wil optreden, was het een uitdaging om te zoeken naar een manier dat de jongeren dit ook zo aanvoelen. Aan de hand van de onderzoeksvraag, gingen we op zoek naar de beeldvorming van de jongeren omtrent hun jeugdrechter en of deze verschilt met de intenties van de jeugdrechter en de opzet van het jeugdrecht. We gingen na waar deze verschillen zich situeren en welke aspecten of handelingen deze visies positiever op elkaar kunnen afstemmen. Naast de literatuurstudie kozen we voor een creatieve rapworkshop, om zo een methode te hanteren die dicht bij de jongeren hun leefwereld en interesses staat. We contacteerden verschillende jeugdinstellingen, waarbij vijf van deze positief reageerden. Aan de hand van deze methode schreven de jongeren, samen met een muzikant, een rap over hun beeld omtrent de jeugdrechter. Er participeerden uiteindelijk zesentwintig participanten. Zowel uit de literatuurstudie als uit het empirische gedeelte ondervonden we dat de jeugdrechter een dubbele rol heeft. Enerzijds was er de beschermende rol van de jeugdrechter, die meer tot zijn recht kwam bij de groep participanten die vanwege een problematische opvoedingssituatie bij de jeugdrechter verschenen. Anderzijds was er de bestraffende rol van de jeugdrechter, die duidelijker was bij de groep participanten die vanwege grensoverschrijdend gedrag voor de jeugdrechter verschenen. Het verschil tussen de intenties van de jeugdrechter en de beeldvorming van de jongeren reflecteert zich voornamelijk in de rol van de jeugdrechter en de context waarbinnen deze twee groepen voor de jeugdrechter moeten verschijnen. Opmerkelijk was wel dat alle participanten een vertrouwensrelatie wensten, met iemand die dichter bij hun leefwereld staat.
Deze masterproef belichaamt de zoektocht naar de factoren die de straftoemetingsvrijheid van de rechter beïnvloeden. De literatuurstudie legt bepaalde wettelijke en buitenwettelijke invloeden bloot en wordt gevolgd door een onderzoek waarin de impact van deze factoren wordt ontplooid. Dit onderzoek steunt op diverse interviews met de straftoemeter zelf.
Het kwantitatief onderzoek naar het slachtofferschap van wraakporno exploreert vier zaken:
1. De prevalentie van wraakporno
2. Het profiel van slachtoffers van wraakporno
3. De gevolgen die samenhangen met het slachtofferschap van wraakporno
4. De aangiftebereidheid van slachtoffers van wraakporno
Vandaag bestaat het rijverbod enkel voor verkeersgerelateerde overtredingen, met als enige uitzondering het misdrijf familieverlating. Deze thesis beoogt te bekijken of het ook een effectieve straf kan zijn voor overtredingen die op zich niets te maken hebben met het verkeer, bijvoorbeeld: u pleegt een diefstal en krijgt een rijverbod opgelegd.
Het betreft hier een onderzoek naar de interculturele ervaringen van Vlaamse ondernemers in het zakendoen met Zuid-Afrika. Beide, relevante bedrijfsculturen werden geïdentificeerd, maar ook problemen en aanbevelingen werden opgesomd.
Het centrale doel in deze masterproef is het verwerven van inzicht naar de wenselijkheid en haalbaarheid van een aanpak naar online piraterij van audiovisuele content in het Vlaamse medialandschap.
Het bekijken van de toepasselijkheid van bestaande juridische instrumenten in de strijd tegen maritiem terrorisme en het voorstellen van verbeteringen om de tekortkomingen op te vangen.
Naar een zuivere conceptueel-theoretische toepassing van het belang van het kind in het strafrecht. De strafrechtelijke toepassing van artikel 3 IVRK in de kinderschoenen.
Deze masterproef handelt over de huidige problematische wisselwerking tussen enerzijds het strafrechtskader en anderzijds de implementatie van artikel 3 van het Internationaal Verdrag voor de Rechten van het Kind.
Het is actueel onduidelijk welke mogelijkheden diverse actoren van de strafrechtsketen hebben om beide kaders op elkaar af te stemmen en op die manier te komen tot strafrechtelijke beslissingen die ‘het belang van het kind’ waarborgen. De casus van internationale parentale ontvoering wordt gebruikt om deze problematiek te concretiseren.
Schikken en schuldig pleiten als belastingplichtige. Rechtsbescherming uit art. 6 EVRM bij het afsluiten van een minnelijke schikking of het erkennen van schuld bij het openbaar ministerie
Deze masterscriptie onderzoekt of er voldoende rechtsbescherming aanwezig is voor de belastingplichtige verdachte die een minnelijke schikking afsluit of zijn schuld erkent bij het parket. Hierbij wordt er getoetst aan de rechtspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens.