Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de Vlaamse Scriptieprijs.
In deze scriptie werd onderzocht of VR een hulpmiddel kan zijn om overprikkelde leerlingen met ASS tot rust te brengen in de klas. Welkom in de wereld van innovatie en onderwijs!
Deze scriptie beschrijft de SWOT-analyse van een kortverhalendatabank van het project Short Forms Beyond Borders van Erasmus+ en KU Leuven. De criteria van de SWOT-analyse worden opgesteld aan de hand van een grondige studie van de vakliteratuur inzake leesbevorderend literatuuronderwijs, de eindtermen literatuur, de aanwezigheid van literatuur in (digitale) leermiddelen en methodes en de visie van de onderwijspraktijk op literatuuronderwijs en de databank in se.
Kunnen de interpersoonlijke relaties bevorderd worden bij kinderen type basisaanbod door te werken aan de executieve functies emotieregulatie en reactie-inhibitie om zo te komen tot een betere klaswerking?
In dit onderzoek besloten we dat voorleessoftware in een derde leerjaar de zelfredzaamheid verhoogt van leerlingen met nood aan leesondersteuning indien aan alle randvoorwaarden zoals het in orde zijn van technische apparatuur en het over voldoende computationele vaardigheden beschikken, wordt voldaan. Maar ook de inbreng van de leerkracht doet ertoe! Om hieraan tegemoet te komen, werden een plan van aanpak met een leerlijn geïntegreerd in het schoolwerkplan. Er werden ook hulpfiches voor leerlingen en leerkrachten ingevoerd en er werd werk gemaakt van breed evalueren van de mate van zelfstandig werken met de voorleessoftware.
Welbevinden is een gekend begrip in het Vlaamse kleuteronderwijs. In het Noorse kleuteronderwijs is outdoor education dan weer een gekend begrip. Wat is het resultaat als we beide begrippen combineren?
Deze bachelorproef gaat over hoe we de Noorse outdoor education in ons Vlaamse onderwijs kunnen inzetten om ervoor te zorgen dat kleuters een hoger welbevinden hebben.
Het bevorderen van leesbegrip en leesmotivatie bij leerlingen uit de B-stroom en het derde jaar arbeidsmarktfinaliteit: kwalitatief onderzoek naar de percepties en ervaringen van leraren
Deze scriptie onderzoekt welke didactische principes Vlaamse leraren Nederlands en PAV hanteren in hun klaspraktijk bij het bevorderen van het leesbegrip en de leesmotivatie van hun leerlingen en welke bevorderende en belemmerende principes zij hierbij ervaren.
De onderzoeksvraag die aan de basis ligt van deze bachelorproef is: “Hoe kunnen de didactische principes van Barton ingezet worden om de leerstof rond breuken aan te brengen in de eerste graad van de B-stroom?”. Het eindproduct wordt gerealiseerd vanuit die vraagstelling.
Uit ons onderzoek is snel gebleken dat de leerkracht geen tijd krijgt of kan maken voor het ondersteunen van een anderstalige nieuwkomer. Met onze ondersteuningsbundel proberen we zowel de leerkrachten als de leerlingen handvatten aan te bieden door extra aandacht te besteden aan zowel school- als vaktaalwoorden.
Met deze bachelorproef, maakte ik een lessenpakket dat de eindtermen rond computationeel denken in de tweede graad behandelt. Om een goed lessenpakket te ontwikkelen, is er eerst
een online enquête doorgestuurd naar scholen in het Waasland met een tweede graad. Uit deze enquête bleek dat de programmeertaal Python het meest gebruikt wordt. Na analyse van de verschillende IDE’s die gebruikmaken van Python als programmeertaal, heb ik de IDE Thonny gekozen als de meest gebruiksvriendelijke voor deze bachelorproef. Het eindproduct is een lessenpakket dat gebruikmaakt van de IDE Thonny en splitsbaar is over de twee leerjaren van de tweede graad. Het product, dat geschreven is voor richtingen in de doorstroomfinaliteit, is uitgetest in de praktijk.
We onderzoeken oudergesprekken met betrekking tot ongepast gedrag omdat we willen weten op welke manier we reacties van ouders en leerkrachten kunnen verwerken tot een actie-reactieboom met als doel om op een laagdrempelige manier meer oefenkansen voor studenten en startende leerkrachten aan te bieden zodat ze beter voorbereid zijn op moeilijke oudergesprekken.
We leven in een superdiverse samenleving en dat betekent dat het aantal anderstalige kinderen in
Vlaanderen elk jaar stijgt. Voor scholen blijft
die meertaligheid een uitdaging. De onderzoeksvraag luidt als volgt: “Hoe verloopt de taalontwikkeling van het Nederlands van anderstalige kleuters waarvan de ouders die taal niet machtig zijn in West-Vlaamse scholen?
Het gebruik van Machine Translation in het algemeen secundair onderwijs in Vlaanderen: een surveyonderzoek naar de visie van leraren moderne vreemde talen in de tweede en derde graad
Aangezien de kwaliteit van vertalingen gegenereerd door automatische vertaalsystemen de laatste jaren enorm verbeterd is, dringt onderzoek naar het gebruik van dergelijke systemen binnen de schoolcontext zich dan ook op. Aan de hand van een enquête werd de visie van leraren, die lesgeven in de tweede of derde graad van het Algemeen Secundair Onderwijs, bevraagd. Daarbij werd enerzijds gepeild naar hun persoonlijk MT-gebruik en anderzijds naar hun visie op het gebruik van MT door leerlingen in de les, voor huistaken en voor toetsen en examens.
Wat is de relatie tussen constructieve feedback en affectieve betrokkenheid in het Vlaams onderwijs en wat is de invloed van empowerment hierop? Hoe draagt constructieve feedback bij aan het behoud van leerkrachten?
In dit onderzoek werden door middel van tien diepte-interviews de ervaringen nagegaan van leerkrachten met etnische diversiteit. De focus ligt hierbij enerzijds op de houding van leerkrachten tegenover etnische diversiteit, en anderzijds welke praktijken leerkrachten hiervoor hanteren in de klas. Het onderzoek vond plaats in drie scholen met elk een uiteenlopende graad van etnische diversiteit binnen de leerlingenpopulatie.
Maatschappelijke, economische en artistieke vorming (MEAV) is een nieuw vak dat geïntroduceerd werd naar aanleiding van de onderwijshervormingen in de tweede graad secundair onderwijs. Samen met de omschakeling naar afstandsonderwijs kwam er een noodkreet uit het werkveld naar aangepast en uitdagend lesmateriaal. Wij wilden inspelen op deze nood door didactisch materiaal te ontwikkelen dat ook ingezet kan worden voor blended learning.
Veilige schoolomgevingen: een toepassing van het Intervention Mapping protocol om het kijkgedrag van basisschoolkinderen aan voetgangersoversteekplaatsen te beïnvloeden
In deze scriptie is onderzoek gedaan naar veilige schoolomgevingen en het ontbrekende kijkgedrag van kinderen bij het oversteken van de straat. Volgens het Intervention Mapping protocol is een korte verkeersles gemaakt om dit kijkgedrag te verbeteren, maar die lijkt zonder praktijkbegeleiding van ouders weinig zinvol. Ouders moeten dan ook meer met hun kinderen het verkeer ontdekken op de fiets of te voet.
De voordelen van inclusief onderwijs voor leerlingen met een beperking, maar ook voor hun medeleerlingen en de maatschappij, zijn groot. Aan de hand van een enquête werd nagegaan hoe student-leraren hiernaar kijken en hoe zij hun capaciteiten inschatten. Op basis van de resultaten werd een brochure gemaakt, om beginnende leraren met veel positiviteit en zelfvertrouwen op weg te zetten.
Met dit onderzoek wordt er onderzocht hoe het vak MEAV geïntegreerder aangepakt kan worden en wat de voordelen daarvan zijn. Dit werd aan de hand van een bevraging bij de huidige MEAV leerkrachten onderzocht. Er werd ook een aanvullende literatuurstudie gedaan om de meerwaarde van artistieke vorming in dit vak te onderzoeken. Ten slotte bevat de thesis een uitgewerkt voorbeeld van een MEAV les volgens een geïntegreerde aanpak.
Een empirisch onderzoek dat tracht te achterhalen of 'het hebben van sociale impact' een motivator is, of kan zijn, voor Vlaamse jongeren met een migratieachtergrond om zélf leerkracht te worden - hetgeen onrustwekkend weinig gebeurt en daardoor talloze negatieve gevolgen voortbrengt.
Welke indicatoren van leraarperformantie vinden schoolleiders in het basisonderwijs belangrijk? Welke informatiebronnen gebruiken zij om zich een beeld te vormen over de performantie van de leraren binnen het team? Tussen de verschillende indicatoren bestaan correlaties die door exploratieve factoranalyse leiden tot verschillende leraarprofielen.
Ontwikkelaars van digitale leermiddelen houden in hun business model doorgaans enkel rekening met de prijs van de ontwikkeling en het kanaal waarlangs de leermiddelen verspreid worden. In deze educatieve masterproef onderzoeken we de verwachtingen van leerkrachten.
Een scheiding is voor elk kind een ingrijpende gebeurtenis en vindt vooral plaats tijdens de basisschoolleeftijd van kinderen. Leraren op basisscholen zijn veelal, buiten de ouders natuurlijk, de personen die een kind het meeste ziet. In dit eindwerk worden scheidingssituaties op basisscholen vanuit drie invalshoeken onderzocht met als resultaat drie verbetervoorstellen. Schoolreglementen en
scheidingsprotocollen werden vergeleken, resultaten op basis van een vragenlijst onder
zorgcoördinatoren in de provincie Antwerpen werden verzameld en gesprekken met het Nederlandse
Expertisebureau Kind | School | Scheiding en een scheidingsexpert werden gevoerd.
Deze kwalitatieve studie aan de hand van semigestructureerde interviews beoogt een
antwoord te geven op drie onderzoeksvragen, namelijk de kenmerken van taaluitwisselingen (OV1),
de voordelen van taaluitwisselingen tegenover een ander type taalreis (OV2) en de voorwaarden
voor succes van taaluitwisselingen in gezinsverband tegenover taaluitwisselingen in schoolverband
(OV3). Concrete tips voor deelnemers aan Swap-Swap uitwisselingen en voor de organisatie zelf worden meegedeeld.
Beginnende leraren hebben in de eerste jaren van hun onderwijsloopbaan extra nood aan kwaliteitsvolle ondersteuning en begeleiding. Sinds 1 september 2019 maakt de Vlaamse overheid middelen hiervoor vrij en is aanvangsbegeleiding een recht en een plicht voor elke beginnende leraar. Dit onderzoek gaat na hoe dit in de praktijk concreet vorm krijgt.