Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de Vlaamse Scriptieprijs.

WERK ZOEKEN EN EEN CARRIÈRE STARTEN IN HET COVID-19 TIJDPERK

Pieterjan Dhondt Louise Gyselinck
Kwalitatief onderzoek naar de impact van COVID-19 op het werkzoekproces en de school naar werktransitie van masterstudenten die afstuderen en werk zochten tijdens de coronacrisis.

Referee coach - Begeleiding Vlaamse referee ambassadors

Christo Mitskou
Hoe kunnen we de referee ambassadors opleiden zodat ze hun (club-)scheidsrechters kunnen begeleiden?
Bij deze vraag wil ik een oplossing aanbieden door een mentor te worden voor de referee ambassador. Dit door een tweedelige cursus te ontwikkelen; een praktische (e-book) en theoretische cursus (plus bijgevoegde documenten).
Deze cursus zal de basis vormen van hun opleiding om zo hun (club-)scheidsrechters te begeleiden met de juiste tools. Door deze opleiding zullen ze eerst opgeleid/begeleid worden vooraleer ze in het werkveld stappen. De referee ambassador wordt gedoopt tot de referee coach die de (theoretische) kennis heeft om (club-)scheidsrechters te begeleiden op en dit ook uitvoert naast het veld; voor, tijdens en na de wedstrijden.

Fear of Backlash as a Barrier to Men's Involvement in Childcare: Predicting Fear of Backlash in Men for Childcare across the World using Country-Level Indicators

Eline Camerman
Angst voor sancties vormt een belangrijke reden voor de lagere bijdrage van mannen aan de zorg voor hun kinderen. In deze masterproef werd nagegaan of deze angst verschilt over 49 landen heen, en of samenlevingskenmerken deze landelijke verschillen kunnen verklaren. Uit de resultaten blijkt dat de loonkloof van een land voorspellend is voor de mate van angst die mannen ervaren. Dit introduceert vervolgens mogelijkheden om genderongelijkheid in kinderzorg verder aan te pakken.

De waarde van ervaren leraren in Brussel

Robin Van der Cammen
Door ervaren leraren uit de Brusselse context te bevragen, is er een brochure ontworpen die als doel heeft
startende leraren te ondersteunen bij de aanvangsbegeleiding. Via diepte-interviews, die zijn opgesteld
a.d.h.v. een literatuuronderzoek, wordt gericht bevraagd welke factoren ervaren leraren motiveren en hoe
deze startende leraren kunnen inspireren.

Welke tool kan bewegend leren in het ziekenhuis faciliteren voor 6-8-jarige kinderen met kanker of andere chronische ziekten?

Arjen De Meyer Jelke Deplorez Jarne Claeys Bono Goffaux
De BIKO-beweegbox vermijdt en bestrijdt de leer- en beweegachterstand bij kinderen met kanker of andere chronische aandoeningen. BIKO staat hierbij voor "bewegingsintegratie kinderoncologie".

Emiel Van Loven, de onzichtbare generatie van het modernisme

Floremie Vermeulen
Het onderwerp van dit onderzoek bestudeert de architectuur die werd gerealiseerd door een individu binnen de modernistische stroming. Zijn realisaties worden uitgelicht aan de hand van het gebruiksverhaal en gaat dus veel verder dan het esthetische aspect van het project. Het verhaal áchter het gebouw wordt hier belicht.

When They See Us as the Central Park Jogger Case’s Monsters: Changing the Narrative from Villain to Victim

Vicky Van Hemelrijck
De Central Park Jogger Case kent twee narratieven. Die uit 1989 gecreëerd door de krant, en de 2019 Netflix-serie When They See Us. In deze vergelijkende narratologische analyse wordt onderzocht hoe één misdaad twee tegenstrijdige narratieven kan uitlokken en een verschillend "personage" als schurk kan voorstellen.

In welke mate heeft keuzevrijheid een invloed op de leesmotivatie bij jongeren van het eerste middelbaar?

Heleen Reunes
Leerlingen zijn tegenwoordig niet meer geïnteresseerd in de literatuur die onze taal te bieden heeft. Om de leesmotivatie terug te laten stijgen, werd er ingezet op het geven van keuzevrijheid.

LGBTQ+ community op Howest. Een kwalitatief onderzoek naar de rol van een community in het bereiken van een inclusieve hogeschool op vlak van genderidentiteit en seksuele voorkeur.

Maximo Meerschaut
Een kwalitatief onderzoek werd gevoerd naar de noden van LGBTQ+ studenten die school lopen op Howest campus Brugge Centrum en de noden van de hogeschool.

Meisjes van de Delta: Agency van prostituees in Egypte (323 v.C. - 7de eeuw n.C.)

Leen Bokken
Deze thesis gaat over de agency van prostituees in Egypte. Met agency bedoelen onderzoekers de zelfstandige keuzes en handelingen van individuen binnen opgelegde structuren. Prostituees worden binnen bepaalde groeperingen in het onderzoek vaak gezien als slachtoffers, maar na analyse van een exhaustief bronnencorpus tracht deze thesis die slachtofferrol te nuanceren.

Solliciteren in het Cités? De impact van etnisch en regionaal gekleurde taalvariëteiten in formele contexten: een experimentele studie

Laurens Biesmans
In dit onderzoek focust op de invloed van Citétaal in sollicitatiegesprekken. Resultaten tonen aan dat Citétaal consequent een lagere status dan het Limburgs wordt toegekend en dat sprekers ervan worden gekoppeld aan functies als arbeider.

'Dubbelbloedjes' aan het woord: een exploratief, narratief en retrospectief onderzoek naar de (onderwijs)ervaringen van multi-etnische jongvolwassenen

Nikita Exsteyl
Deze thesis tracht de (onderwijs)ervaringen van multi-etnische jongvolwassenen op een exploratieve, narratieve en retrospectieve in kaart te brengen. Dit aan de hand van zes verschillende kwalitatieve methodes.

De positieve kanten van seks onder schoolstoelen en -banken geschoven? Een kwalitatief onderzoek naar een seks-positieve benadering binnen RSV in aso-scholen in Vlaanderen

Silke Van dijck
Een seks-positieve benadering erkent, naast de risico's en gevaren die met seksualiteit gepaard gaan, ook thema's zoals diversiteit, consent, vrijheid en seksueel genot. Uit analyse van de Vlaamse eindtermen voor het aso-onderwijs blijkt dat de eigenschappen van deze benadering slechts beperkt aan bod komen. Leerkrachten onderschrijven wel al heel wat elementen van deze benadering en zien het als een potentiële basis voor seksuele en relationele vorming in de toekomst.

Women: the disenfranchised of the Flemish film industry

Samira Abid
Een beschrijvend onderzoek naar genderongelijkheid en intersectionaliteit in de Vlaamse filmsector. Een gesprek mét vrouwelijke filmmakers en niet louter over vrouwelijke filmmakers.

How About the Female Voice?: Evaluating the Representation of Flemish Ministers in Newspaper Articles

Elise Storme
Onderrepresentatie van vrouwelijke politici blijft aanwezig in het Vlaamse perslandschap. Niet alleen komen vrouwelijke politici minder vaak aan bod in de krant, ook inhoudelijk worden ze op een stereotiepe wijze besproken. Dit is alarmerend vanwege de negatieve impact die deze ongelijke vertegenwoordiging heeft op de verkiezingsvooruitzichten van vrouwelijke politici, hun geloofwaardigheid en de politieke interesse van jonge meisjes en vrouwen.

Terugblikken op een sociaal netwerk zonder kinderen: Kwalitatief onderzoek bij zestigplussers vertrekkende van het Convoy model

Nele Leeten
Deze masterproef verkent het sociale netwerk doorheen de levensloop van kinderloze zestigplussers. De actoren van het sociale netwerk, wie betrokken is bij sleutelscènes en welke rol kinderloosheid speelt in het sociale netwerk worden in kaart gebracht.

'Gib mir mal die Trousse' Zweisprachigkeit in den ostbelgischen Notaufnahmen: eine soziolinguistische Studie

Paulien Jenard
Een onderzoek naar de tweetalige communicatie in de spoedafdelingen in Oost-België, vanuit sociolinguïstisch oogpunt.

De Rol en Betekenis van Artificiële Intelligentie in Audiovisuele Media - Een Lezing vanuit Kritisch Feministisch Perspectief

Simon Hendrickx
Deze scriptie bekijkt de aanwezigheid van vrouwelijke artificiële intelligentie in (audio)visuele media door een feministische bril en op welke manier deze robots hun tijdsgeest reflecteren. Dat gebeurt met de vier feministische golven als leidraad.

Ogen zijn ook mysterieus. Bedenkingen over hoe en waarom kinderen geëvalueerd worden in hun artistieke inspanningen.

Lucia Saura
Vanuit de vraag hoe met de rapporten in het DKO om te gaan, maakt de scriptie een reflectie over de implicaties van feedback en evaluatie. Het Raamleerplan DKO wordt gekoppelt aan maatschappijkritiek, kunst en filosofie. De ervaringen van de auteur als beginnend leraar worden gelinkt aan haar verleden in de commerciële ICT. Vanuit deze domeinen cirkelt ze rond de zin en onzin van evalueren.

The road less traveled: A comparative study of PhD holders’ sector of employment

Lucas Dierickx
Een onderzoek naar de tewerkstellingssector van mannelijke en vrouwelijke doctoraathouders in vier verschillende Europese landen.

(Langdurige) stress / burn-out bij studenten verpleegkunde

Julie De Schrijver
(Langdurige) stress / burn-out bij studenten verpleegkunde.
Stressfactoren bij studenten verpleegkunde.
Beschermende factoren tegen stress en burn-out.

De positieve leraar: welke positieve handelingen kunnen jonge, startende leerkrachten stellen bij storend gedrag in de eerste graad secundair onderwijs?

Femke Nijs Hanneke Maessen Tijl van Daal Tessa Schepers
Welke positieve handelingen kunnen jonge,
startende leerkrachten stellen bij storend gedrag
in de eerste graad secundair onderwijs? Een praktijkonderzoek in binnen- en buitenland.

Genderverschillen aan de uitstroomzijde van de politieke arena

Maartje Du Pont
Hoe verschillen mannen en vrouwen bij het verlaten van de Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers? Zijn er verschillen tussen de lengte van de ambtstermijn? Hebben mannen en vrouwen andere motieven om de politiek te verlaten en zijn er verschillen tussen partijen?

Een studie van remigratiemotieven van tweede en derde generatie hoogopgeleide Belgen met Turkse roots

Elif Lootens
Het migratiedebat verhit in West-Europa sinds de laatste decennia van de twintigste eeuw de gemoederen. Het debat is vooral gericht op instroom en integratie. Daarbij is emigratie een onderbelicht aspect. Zo is er weinig onderzoek gedaan naar de remigratie van migranten naar het land van herkomst.

Bij remigratie is het opleidingsniveau een relevante factor. Anders dan soms vermoed wordt, zijn het niet kansarme, laaggeschoolde jongeren die remigreren, maar eerder hoogopgeleide jonge migranten. Omdat net zij in Turkije een gedegen opleiding, meertaligheid en nuttige beroepservaring kunnen inbrengen als troef op de arbeidsmarkt.

Deze hoogopgeleiden ervaren in West-Europa beperkte vooruitzichten op zowel sociaal, persoonlijk als professioneel gebied. Hoogopgeleiden met Turkse roots hebben het gevoel dat zij in Turkije hun kansen beter kunnen benutten en zijn daardoor eerder geneigd te vertrekken.

Daarnaast wijzen onderzoekers erop dat de uitstroom van jonge hoogopgeleiden in tijden van vergrijzing en de daarmee samenhangende schaarstes op de arbeidsmarkt, nadelig kan zijn voor West-Europese economieën. Het vertrek van hoogopgeleide Turken is een ‘braindrain’ en een ‘verlies van menselijk kapitaal’. Dit veroorzaakt een onevenwicht tussen hoog- en laagopgeleiden migranten in Europa.

Wat opvalt is dat ondanks hun studies en diploma, deze hoogopgeleiden geconfronteerd worden met discriminatie op de arbeidsmarkt. Deze pessimistische toekomstperspectieven in Belgie voeden de drang tot remigratie. Etnische minderheden scoren beduident lager op vlak van jobtevredenheid. Volgens Vandevenne & Lenaers (2007) geeft ongeveer 64% van de hoogopgeleide etnische minderheden in Vlaanderen aan minder kans te hebben om door te stromen naar hogere functies en 61% meent zich door zijn afkomst extra te moeten bewijzen.

Hierbij komen we tot de integratieparadox die als een pushfactor meespeelt voor remigratie: hoogopgeleide Belgische Turken komen meer in aanraking met autochtonen, waardoor ze hun eigen posities op de arbeidsmarkt vergelijken en bijgevolg een ‘relatieve deprivatie’ ervaren waardoor hun eigen jobtevredenheid afneemt. Deze hooggeschoolden met een migratieachtergrond hebben immers vaak een baan onder hun opleidingsniveau, ervaren meer moeite om werk te vinden en krijgen minder promotiekansen. Hoogopgeleide en ondernemende migranten ervaren deze discriminatie intenser en zijn daarom sterker geneigd om elders het geluk te zoeken.

Bovendien hebben deze hoogopgeleiden de perceptie, met hun verworven competenties, betere jobkansen en doorgroeimogelijkheden te kunnen krijgen in Turkije. Vrouwen bevinden zich in een extra benadeelde positie doordat ze dubbel gediscrimineerd worden: naast het behoren tot een etnische minderheid, behoren ze ook tot de symbolische minderheid op vlak van gender. Hierdoor zou de wil om te migreren bij vrouwen eveneens hoger liggen, in de hoop op een gunstiger positie in het land van herkomst.

Uit resultaten van het onderzoek dat uitgevoerd werd bij kandidaat remigranten in België en effectieve remigranten in Turkije is er een duidelijke discrepantie te vinden in hun motivaties. Uit het onderzoek blijkt dat de economische factoren minder belangrijk geacht worden als drijfveer bij de hoogopgeleide aspirant-remigranten dan bij de effectieve remigranten, omdat ze min of meer tevreden zijn met hun huidige arbeidsmarktpositie in België. Bij aspirant-remigranten draait het vooral rond maatschappelijke beweegredenen. Ten eerste zijn er gevoelens van frustratie doordat de participanten zich aanvankelijk als deel van de Belgische samenleving beschouwen, maar anderzijds continu geconfronteerd worden met hun ‘anders’ zijn en steeds het gevoel kregen niet volledig aanvaard te worden als deel van de Belgische samenleving. De negatieve beeldvorming over etnische minderheden en moslims in de media lijkt hierin een katalysator te zijn.

Een tweede, opvallend resultaat, is dat de angst voor assimilatiedruk en het risico op verlies van de Turkse cultuur bij hun kinderen een veel gebruikt argument vormt om te overwegen om naar Turkije te verhuizen.

Het ervaren van een identiteitsconflict maakt de aantrekkingskracht van Turkije als toevluchtsoord bovendien groter. Remigratie biedt de mogelijkheid om voortaan tot de meerderheid te behoren. Door remigratie heft de remigrant zijn minderheidsstatus op.

Asprianten blijven in België tot zich een krachtige combinatie van negatieve en positieve acute gebeurtenissen voordoet die een kentering in hun leven te weeg brengt. Acute pushfactoren zoals ontslag, gemiste promotiekansen of een relatiebreuk stimuleren de aspirant-remigrant om de remigratiewens om te zetten in concrete plannen. Van zodra acute pullfactoren zich aandienen, zoals een aantrekkelijke werkaanbieding of een huwelijk, wordt het voornemen waargemaakt.

Bij de effectieve regimgranten zien we wel jobgerelateerde motieven zoals de ongunstige posities op de Belgische arbeidsmarkt en de ruimere carrièremogelijkheden in het land van origine. Het was voor hen niet evident om een job te vinden op het niveau van hun behaalde diploma, en ze maakten zich zorgen over hun loopbaanperspectieven. Daarenboven uiten deze hoogopgeleide participanten die op de sociale ladder willen opklimmen een gevoel van onbehagen. Vandaar dat deze groep zich niet langer uitsluitend op de Belgische arbeidsmarkt focuste en na ontslag of gefnuikte carrièrekansen tot het besef kwam dat ze beschikt over een alternatief, namelijk de arbeidsmarkt in Turkije. Na het maken van een kostenbatenanalyse verkoos deze groep te verhuizen naar Turkije, omdat zij daar een beter perspectief op werk en carrière zage. Een aantrekkelijke jobaanbieding in Turkije zorgde er uiteindelijk voor dat men daadwerkelijk de stap onderneemt.

Het leven na sport op het allerhoogste niveau: Het belang van sociale identiteiten

Wiebe Ceulemans Dries Dictus
Deze scriptie handelt over het belang van sociale identiteiten voor topsporters tijdens de overgang van hun carrière naar het sportpensioen. Data werd verzameld door middel van een vragenlijst op basis van zelf-rapportering. Wat blijkt is dat zowel het behouden als het verwerven van sociale groepen een positieve invloed hebben op gezondheid en welzijn, wat compenseert voor de negatieve gevolgen van een een verlies aan identiteit als sporter.