Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de Vlaamse Scriptieprijs.

HOE ERVAREN MAATSCHAPPELIJK WERKERS DE DIGITALISERING BINNEN DE SECTOR VAN DE INTEGRALE JEUGDHULP IN VLAANDEREN

Gust Peeters Justine De Laet Febe Buelens Nathalie Teniers Lisa Foriers Nawal Bousakla
Digitalisering is vandaag de dag bijna overal in onze samenleving terug te vinden. Het is
geëvolueerd tot een norm die ons dagelijks handelen sterk beïnvloedt. Niet alleen voor het
individu, ook binnen de hulpverlening speelt digitalisering een belangrijke rol. Omwille van
de huidige coronacrisis is digitalisering binnen de hulpverlening enorm toegenomen, vaak
omdat men niet anders kon. Net omwille van deze tendens, is het essentieel om onderzoek
te doen naar het begrip digitalisering. Digitalisering beïnvloedt met al zijn verschillende
aspecten de hulpverlening. We willen daarom als studenten maatschappelijk werk met een
gemeenschappelijke interesse rond dit thema zelf hierin onze bijdrage leveren.

Dit onderzoek heeft als doel om de ervaringen van maatschappelijk werkers binnen de
integrale jeugdhulp op vlak van digitalisering in kaart te brengen. De
hoofdonderzoeksvraag luidt als volgt: “Hoe ervaren maatschappelijk werkers de
digitalisering binnen de sector van de integrale jeugdhulp in Vlaanderen?”.

Wij formuleren een antwoord op onze onderzoeksvragen aan de hand van kwalitatief
onderzoek. We begonnen met een literatuurstudie naar relevante thema’s en bevroegen
enkele experten. Nadien namen we tien diepte-interviews af bij maatschappelijk werkers
van verschillende organisaties binnen de integrale jeugdhulp. Uit onze interviews blijkt dat
hulpverleners digitalisering zowel positief als negatief kunnen ervaren. De visie van hun
organisaties varieert van ‘geen concrete zienswijze’ tot een duidelijker beeld over
digitalisering binnen hun werking. De toekomstvisie van onze respondenten lijkt aan te
tonen dat er gestreefd moet worden naar een heldere visie binnen een
hulpverleningsorganisatie. Als we kijken naar hun competenties, blijkt dat maatschappelijk
werkers vaak enkel over basis ‘digivaardigheden’ beschikken voor het uitvoeren van hun
job. Verder komt naar voor dat er ondersteuningsnoden zijn voor zowel het werkveld als
voor de cliënten. Er is behoefte aan infrastructuur, concrete vormingen, technische
ondersteuning en beleid. Tot slot is er de suggestie om digitalisering verder te integreren
in opleidingen zoals het sociaal werk.

Op basis van onze resultaten worden aanbevelingen gedaan op verschillende niveaus. In
eerste instantie moeten er duidelijke richtlijnen (beleidsniveau) en afspraken
(organisatorisch en interpersoonlijk niveau) worden gemaakt omtrent de plaats van
digitalisering in de hulpverlening. Daarnaast moeten er meer technologische middelen en
opleidingen op maat worden aangereikt.

Met ons onderzoek is er een volgende stap gezet om digitalisering breder in kaart te
brengen binnen de hulpverlening van de integrale jeugdhulp. We doen daarom graag een
oproep naar vervolgonderzoek om nog dieper in te gaan op het thema. Zelf denken we dat
het relevant zou zijn om te analyseren hoe digitalisering geïmplementeerd kan worden
binnen opleidingen of cursussen.

De impact van de coronacrisis op de mensenrechten van gedetineerden

Maud Decavel
Onderzoek naar de impact van de coronacrisis en de daarmee gepaard gaande maatregelen op het recht op gezondheid en het recht op privé-, gezins- en familieleven van gedetineerden.

Long covid en de invloed van voeding/gezonde levensstijl factoren

Marthe Janssens Silke Waegemans Julie Van Thielen
COVID-19 is een infectieziekte, die wordt veroorzaakt door het SARS-CoV-2-virus (severe acute respiratory syndrome coronavirus 2). Bovendien lijden sommige patiënten aan langdurig aanslepende klachten van COVID-19, ook gekend als long covid, en anderen niet. Eveneens zonder aantoonbare oorzaken en onvoldoende overeenkomsten in onderzoeken om conclusies te trekken. Om meer inzicht te krijgen in long covid en in kaart te brengen of voeding/gezonde levensstijl factoren een rol spelen bij het ontwikkelen en behandelen van de ziekte, werd onderzoek uitgevoerd in samenwerking met de Belgische patiëntenvereniging, zoals beschreven in deze scriptie.

A Homeless Atlas - Shelter as a Hidden Housing Typology in New York City

Sophie Demeestere
Het doel van deze scriptie is om de complexiteit en systematische structuur van een verborgen type huisvesting in het complexe stadslandschap van New York City bloot te leggen.
 
Deze studie is ontwikkeld als een grafische atlas om te laten zien hoe een verborgen daklozeninfrastructuur is ingekapseld in de ruimtelijke anatomie van New York City.
 
De grafische atlas illustreert zowel historische als huidige lagen van deze infrastructuur om aan te tonen hoe de opvang van daklozen verankerd is in de geschiedenis van de stad, hoe deze zich in de loop der tijd heeft ontwikkeld en hoe deze heeft gereageerd op de COVID-19 pandemie.
 
New York, als één van de meest ongelijke en gesegregeerde metropolitane gebieden van het Westen, geeft een unieke inkijk in de daklozenproblematiek als een pertinente uitdaging voor steden wereldwijd.
 
Nu ook in Vlaanderen de ene crisis de andere opvolgt, en sociale ongelijkheid elke dag verder de pan uit swingt, is deze scriptie ook een parabel voor de gevolgen van toenemende neoliberalisering en sociale verloedering in de eigen nabije omgeving.
 
Het is dan ook een appèl aan de architectuur en stedenbouw om (opnieuw) een voortrekkersrol op te nemen in het debat rond huisvesting en mensenrechten in het algemeen.

Inzicht verwerven in het emotioneel welzijn van jongeren op internaat, een ontwerponderzoek.

Nathalie Biesemans
Een onderzoek naar een manier om inzicht te verwerven in het emotioneel welzijn van jongeren op een internaat. Uit het onderzoek bleek het instrument 'De praatkaarten' een handig hulpmiddel te zijn om meer inzicht te krijgen in hun emotioneel welzijn, rekening houdend met de ondersteuningsnoden.

Geurbeleving op events

Jelle Rijdant Steffie Verploeg Rachel Van den Elzen Delfien van Ackere
Eventmanagers, organisatoren en marketeers stellen zich de blijvende vraag hoe ze de beleving van bezoekers kunnen optimaliseren. Het doelpubliek op verfrissende en originele manieren overtuigen, is dan ook wat marketeers en organisatoren al jaren bezighoudt.

Deze scriptie gaat in op deze vraag en tracht daar een antwoord op te geven vanuit een innovatieve hoek: geurmarketing. In deze thesis werden de mogelijkheden van geurmarketing in de eventsector onderzocht.

De succesfactoren van de Vlaamse COVID-19 vaccinatiecampagne

Célestine Vandeputte Justine Vanhooren
Deze masterproef trachtte om de succesfactoren van de Vlaamse COVID-19 vaccinatiecampagne in kaart te brengen, waarbij voornamelijk de keuzes van de verantwoordelijke besturen centraal staan.

Ongelijkheid in tijden van cholera: comparatief onderzoek in tijd en ruimte naar de cholera-epidemie van 1866 in Antwerpen

Lora Pannekoucke
In de masterproef ‘Ongelijkheid in tijden van cholera’ wordt onderzoek gevoerd naar de cholera-epidemie in Antwerpen in 1866. Het onderzoek stelt de vraag of en op welke manier het sociaal-economische profiel een invloed had op een besmetting met of sterfte aan cholera. Deze vraag wordt beantwoord aan de hand van een gedetailleerd, comparatief onderzoek in tijd en ruimte tussen twee wijken in Antwerpen, de tweede en vijfde wijk.

Ratten trainen als detectiedier Detecteren van Mycobacterium avium subsp. paratuberculosis in geitenbiest

Manon De Meester
Het trainen van tamme ratten om MAP bacteriën - de veroorzaker van paratuberculose bij herkauwers - op te sporen in geitenbiest en de ratten dus aan te leren om positieve stalen van negatieve stalen te discrimineren.

Blended learning geïntegreerd binnen de economische component van het vak maatschappelijke, economische en artistieke vorming (MEAV)

Britt De Neve Annelore Goessens Yanaika De Spiegeleer Celien Devenyns
Maatschappelijke, economische en artistieke vorming (MEAV) is een nieuw vak dat geïntroduceerd werd naar aanleiding van de onderwijshervormingen in de tweede graad secundair onderwijs. Samen met de omschakeling naar afstandsonderwijs kwam er een noodkreet uit het werkveld naar aangepast en uitdagend lesmateriaal. Wij wilden inspelen op deze nood door didactisch materiaal te ontwikkelen dat ook ingezet kan worden voor blended learning.

Communicatieprofessionals van attractie- en dierenparken aan het woord: Kwalitatief onderzoek naar het gebruik van influencer marketing binnen de Belgische, Nederlandse en Duitse leisure sector

Elien Goethals
Ondanks het wereldwijde belang en de stijgende populariteit van influencer marketing is onderzoek hiernaar binnen de leisure sector schaars. Aan de hand van 16 diepte-interviews met 18 communicatieprofessionals uit verschillende Belgische, Nederlandse en Duitse attractie- en dierenparken wordt nagegaan hoe influencer marketing binnen de leisure sector wordt geïmplementeerd. Uit het onderzoek blijkt dat influencer marketing binnen deze bedrijven veelvuldig wordt gebruikt, maar dat er voornamelijk heel wat onwetendheid heerst over de wettelijke bepalingen in verband met het gebruik van reclamelabels.

De perceptie van microbiologie bij zesdejaarsleerlingen in het secundair onderwijs

Duygu Gök
Ten gevolge van de coronapandemie staan microben in een slecht daglicht, maar ook in de lessen biologie en natuurwetenschappen in het secundair onderwijs ligt de klemtoon op het negatieve. Hoe is het dan gesteld met de perceptie van microbiologie bij zesdejaarsleerlingen ASO en TSO? Om deze vraag te beantwoorden, werd in deze scriptie een enquête opgesteld, gelinkt aan een Instagramaccount met educatieve posts over microbiologie.

Het scherm en ik. Een kwalitatief onderzoek naar de ervaring van therapeuten met online therapie.

Hanne Peeters
Een onderzoek naar de beleving van therapeuten uit diverse stromingen van psychotherapie via videobellen. Uit de analyse blijkt dat therapeuten online therapie als ‘kleiner’ beleven, het voor meer onzekerheid zorgt en een verschuiving in verantwoordelijkheid en engagement met zich meebrengt. Hoewel ze effecten ervaren bij online
therapie, betekent dit voor hen niet noodzakelijk dat het van even goede kwaliteit is. Tot slot kan online therapie de privé-werk balans veranderen.

De perceptie van de zorgsector bij schoolgaande jeugd, een cross-sectioneel onderzoek.

Vicky Bollens
De perceptie van leerlingen uit de derde graad van het secundair onderwijs tegenover de zorgsector. Hierbij werd een verschil gezocht tussen drie graden, het ASO, BSO en TSO.

Living through the crisis - Exploring a victim-oriented approach to crisis communication theory

Laurence Balliu
Dit onderzoek belicht het perspectief van het betrokken publiek binnen crisiscommunicatie. In februari en maart 2022, werden 31 inwoners van Zwijndrecht geïnterviewd over hun ervaringen met de PFOS-crisis en de communicatie van 3M. Op die manier werd er nagegaan wat ideale crisiscommunicatie ten opzichte van het betrokken publiek inhoudt.

de compatibiliteit van de coronamaatregelen met het algemeen geldend strafrecht

Amber Eggermont
Waren de coronamaatregelen rechtsgeldig? De legaliteit, legitimiteit, proportionaliteit, en gelijkheid van de coronamaatregelen onder de loep.

Het huren of aankopen van een kantoorgebouw: welke keuze is het meest efficiënt?

Fleur Van Der Goten
Deze bachelorproef werd geschreven met als doel de professionele bachelor Facility Management aan de Odisee Hogeschool te behalen.

Aangezien de meeste bedrijven voor de keuze komen te staan of ze een kantoorgebouw zullen aankopen of gaan huren, leek het me een interessant onderwerp om mij hierin ter verdiepen. De energieprijzen en de vastgoedprijzen swingen de laatste maanden de pan uit en ook Corona gooide roet in het eten waardoor de huidige actualiteit zeker ook een interessante kijk geeft op het onderwerp.

De bachelorproef heeft volgende onderzoeksvraag: “Het huren of aankopen van een kantoorgebouw: welke keuze is het meest efficiënt?”

Om de onderzoeksvraag zo goed mogelijk te beantwoorden, werden ook enkele deelvragen opgesteld:
• Welke financiële en juridische factoren komen aan bod bij de huur van een kantoorgebouw?
• Welke financiële en juridische factoren komen aan bod bij de aankoop van een kantoorgebouw?
• Zijn er nog andere mogelijkheden naast het huren en aankopen?
• Welke externe factoren kunnen de keuze van een onderneming beïnvloeden?
• Hoe beïnvloedt het onderhoud van het gebouw de keuze?

Het eerste deel van de bachelorproef bestaat uit een literatuurstudie waarin er voornamelijk gekeken werd naar het verschil tussen het huren en het kopen van een kantoorgebouw. De voor- en nadelen werden tegen elkaar afgewogen, de huidige markttendensen werden in kaart gebracht en er werd met een kritische blik naar de literatuur gekeken.

De bachelorproef werd vervolgens aangevuld met een casestudie zodat er onderzocht kon worden hoe het er in de praktijk nu echt aan toegaat. Ook hier werd er kritisch naar de verworven informatie gekeken.

Tot slot werd er op het einde van de bachelorproef een conclusie gemaakt die een antwoord geeft op de bovenvermelde onderzoeksvraag.

Evaluatie correcte positie maagsonde door middel van echografie

Emma Coene Frédéric Claerhoudt
Patiënten op intensieve zorgen hebben vaak een maagsonde om voeding en medicatie toe te dienen. Er moet altijd gecontroleerd worden met (schadelijke) RX-stralen of deze juist geplaatst is. Frédéric Claerhoudt en Emma Coene onderzochten of ze de sonde ook konden lokaliseren met echografie.

De impact van #MeToo op beeldvorming van seksueel grensoverschrijdend gedrag in krantenberichtgeving

Emma Lenaert
Onderzoek op basis van een kritische discoursanalyse naar verkrachtingsmythes in Vlaamse krantenberichtgeving en de impact van #MeToo.

Hoe staan burgers in Vlaanderen tegenover stemmen via het internet?: Een casestudie bij jonge, Vlaamse universiteitsstudenten

Loranne Janssens
Hoe staan burgers in Vlaanderen tegenover stemmen via het internet?: Een casestudie bij jonge, Vlaamse universiteitsstudenten

Stadslandbouw: waar blijft het succes?

Victor Van Kerckhove Lise Kerckx Tine Goderis
Deze scriptie is een longread (lang artikel met verschillende media) over stadslandbouw. Aan de hand van video's, afbeeldingen en tekst maken we duidelijk wat landbouw in de stad is. Maar het gaat vooral over de struikelblokken. Want waar blijft het succes van stadslandbouw.

Post-traumatic dysfunctional behavior and emotional distress in working dogs

Sofie Salden
Post-traumatische stress stoornis is een belangrijk psychisch gezondheidsprobleem bij de mens. Een gelijkaardige stoornis werd opgemerkt bij honden, namelijk caniene PTSS. Deze masterthesis geeft een overzicht van de literatuur met betrekking tot deze stoornis bij werkhonden.

Fact or fake? Een kwantitatief online survey onderzoek naar het vertrouwen in online nieuwsberichten

Stephanie D'haeseleer
The question of what constitutes truth today is in debate. In particular, young people seem to have difficulties in verifying the information they encounter online. The digitization means an increasing prevalence of fake news on digital media platforms. This becomes a problem because research has shown that young people mainly consume news that they find online. Fake news raises questions concerning the extent to what young adults trust news online. With this in mind, this master’s thesis focuses on: ’What role do fake news production and dissemination have on trust in news on digital media platforms among Flemish young adults?’

In the literature review, the context is given in which fake news could occur. Understanding this media phenomenon has become more important because denoting everything as fake news can cause potential implications such as damage to the reputation of people, obscuring public debate, or influencing political decisions.

For this master’s thesis, an online quantitative survey was conducted. The attitude of 279 respondents aged between 18-34 in Flanders was measured by a multiple regression analysis. The results show that age and social media contacts play a significant role in the trust of young adults in online news.

Furthermore, the study finds significant correlations between social media features and trust in online news as well as between trust and the extent they interact with online news.

Bouwen op Mars: geopolymeren van in situ grondstoffen

Jasper Vitse
Geopolymeren worden gemaakt van gesimuleerde in situ grondstoffen die voldoen aan de extreme condities van de planeet Mars. De ontwerpparameters worden geoptimaliseerd om het bouwen op de planeet Mars mogelijk te maken.

Geldt een pandemie als overmacht in het verbintenissenrecht

Caro Stuer
1. Het uitgangspunt is dat een overeenkomst die geldig wordt aangegaan, de partijen tot wet strekt. Een pandemie kan daar een voorbeeld van zijn een omstandigheid die het moeilijk of onmogelijk maakt een verbintenis na te komen. Overmacht zou ervoor kunnen zorgen dat een schuldenaar wordt bevrijd van zijn contractuele verbintenis.
2. Om na te gaan of er in de context van de coronacrisis sprake is van overmacht, dient in de eerste plaats te worden nagegaan of er sprake is van een toestand waarbij de schuldenaar kampt met een financieel onvermogen. In de meeste gevallen is dit in het kader van een handelshuurovereenkomst.
Luidt het antwoord positief, dan kan men er kort over zijn. De kans is groot dat de rechter de rechtsgrond overmacht niet zal aanvaarden. De meerderheid en de meest recente rechtspraak verwijst naar het cassatiearrest van 28 juni 2018. Het Hof van Cassatie aanvaardt namelijk niet dat financieel onvermogen een kwalificatie tot overmacht rechtvaardigt. Het Franse Hof van Cassatie aanvaardt dit evenmin.
Luidt het antwoord daarentegen negatief en is er geen sprake van een financieel onvermogen in hoofde van de schuldenaar, dan dient te worden nagegaan of aan de toepassingsvoorwaarden van overmacht is voldaan.
3. Er moet bij elke met corona verband houdende situatie geval per geval, sector per
sector, contract per contract worden nagegaan of er sprake is van overmacht.
Een schuldenaar moet zich ingevolge de coronacrisis in de onmogelijkheid bevinden de verbintenis na te komen en de contractuele fout dient ontoerekenbaar te zijn. Er is nog discussie over de vraag of het nu gaat om een absolute of een relatieve onmogelijkheid. De contractuele wanprestatie dient onvoorzienbaar en onvermijdbaar te zijn.
Indien aan de toepassingsvoorwaarden van overmacht niet voldaan is, dan is er geen sprake van overmacht. Er kan dan worden onderzocht of er beroep kan worden gedaan op de alternatieven van overmacht: de wijziging van de overeenkomst, de ontbinding, contractuele clausules of de uitvoering te goeder trouw.

4. Het eerste alternatief voor overmacht is de wijziging van de overeenkomst.
Een contract kan alleen gewijzigd of opgezegd worden mits wederzijdse toestemming van de partijen of op grond van de wet. Dit standpunt wordt gevolgd in het Franse recht en in het nieuwe Burgerlijk Wetboek.
5. Het tweede alternatief is de ontbinding van de overeenkomst. Wanneer de gedwongen uitvoering niet mogelijk is, kan er een keuze gemaakt worden tussen: de gerechtelijke ontbinding, de ontbinding op kennisgeving of het uitdrukkelijk ontbindend beding.
De ontbinding op kennisgeving werd recentelijk erkend door cassatierechtspraak en zal in het nieuwe Burgerlijke Wetboek een wettelijke grondslag krijgen. De ontbinding op kennisgeving is wellicht geïnspireerd op het Franse recht. Er dient bij een ontbinding op kennisgeving sprake te zijn van een wederkerig contract, een voldoende gekwalificeerde schending, een ingebrekestelling en een kennisgeving van de beslissing van de schuldeiser aan de andere contractspartij. Het klassieke voorbeeld van een wanprestatie is de niet-betaling van de huurgelden. Wanneer overmacht kan worden vastgesteld, zal er niet aanvaard worden dat er sprake is van een wanprestatie die de ontbinding rechtvaardigt.
6. Het derde alternatief voor overmacht zijn de contractuele clausules. Deze clausules zijn mogelijk nu het verbintenissenrecht van aanvullend recht is. Enerzijds zijn er de overmachtsclausules en anderzijds de imprevisieclausules. In zo een clausule kunnen contractspartijen bedingen welke omstandigheden in aanmerking komen als overmacht of imprevisie en wat de gevolgen zijn van deze kwalificatie op hun contract. Partijen kunnen dus zelf overeenkomen in welke mate een pandemie een impact zal hebben op hun overeenkomst.
In Frankrijk zijn contractuele clausules eveneens mogelijk.
7. Het vierde en laatste alternatief dat in deze thesis wordt voorgesteld voor overmacht, is de uitvoering te goeder trouw.
Er kunnen op grond van de aanvullende werking van de goede trouw bijkomende verbintenissen worden opgelegd aan partijen. Zo dienen de contractspartijen er zich van te onthouden de nakoming van de verbintenis door de wederpartij te bemoeilijken in de context van een pandemie. Er kan ook de verplichting worden afgeleid om bijkomende contractuele regelingen te treffen met het oog op de goede afloop van de basisovereenkomst. Ook het Franse recht en het nieuw Burgerlijk Wetboek geven deze betekenis aan de aanvullende werking van de goede trouw. Een contractspartij die zich in een situatie van overmacht bevindt, kan worden verhinderd zijn verplichtingen te goeder trouw na te komen. Vaak is een onderhandelde oplossing wel opportuun. Zo kan een betalingsuitstel, afbetalingsregeling of een prijsvermindering worden voorgesteld.
Het is bij de matigende werking en bij rechtsmisbruik aan een contractpartij verboden de haar uit de overeenkomt voortvloeiende rechten uit te oefenen op een manier die in strijd is met wat van een redelijke contractpartij mag worden verwacht. Wie in het kader van de coronacrisis de nakoming zou blijven eisen van een ingrijpend gewijzigde overeenkomst, kan zich schuldig maken aan rechtsmisbruik. De schuldenaar dienst daarnaast loyaal redelijke maatregelen te nemen die de schade van de niet-nakoming kunnen matigen of beperken. Deze redenering is in het Franse recht en het nieuw Burgerlijk Wetboek terug te vinden. Het ontbreken van een onderhandelde oplossing, zoals een betalingsuitstel, een afbetalingsregeling of een prijsvermindering, kan leiden tot rechtsmisbruik. De matigende werking staat de toepassing van de risicotheorie in geval van overmacht echter niet in de weg.
8. Imprevisie kan niet als alternatief worden gebruikt voor overmacht in het Belgische recht. Bij imprevisie is er, in tegenstelling tot bij overmacht, sprake van omstandigheden die de uitvoering van de overeenkomst bijzonder moeilijk of aanzienlijk zwaarder maken voor (één van) de partijen. De coronacrisis kan daar een voorbeeld van zijn. De imprevisieleer beoogt een heronderhandeling van de overeenkomst tussen de partijen. Noch het Burgerlijk Wetboek, noch het Hof van Cassatie en noch andere (corona)rechtspraak aanvaarden de imprevisieleer.
De bindende kracht van een overeenkomst blijft het uitgangspunt. Het Franse recht en het nieuwe Burgerlijk Wetboek aanvaarden de imprevisieleer wel.
Partijen kunnen wel steeds een contractuele imprevisieclausule opnemen. De imprevisieleer kan ook min of meer het recht binnensluipen via enerzijds de matigende werking van de goede trouw en de leer van het verbod op rechtsmisbruik en anderzijds door een soepele invulling van het overmachtsbegrip.
We hebben de imprevisieleer niet kunnen gebruiken tijdens de coronapandemie.
Mocht het nieuw Burgerlijk Wetboek al van kracht zijn geweest, had dit een grote invloed gehad op verschillende contracten en zou de rechtspraak vandaag anders luiden.
De aanvaarding van de imprevisieleer tijdens de coronacrisis had er wellicht toe geleid dat overmacht minder snel werd aanvaard.