Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de Vlaamse Scriptieprijs.
Cross-nationaal kwantitatief onderzoek naar de invloed van internet- en telefoongebruik voor interpersoonlijk contact op gevoelens in eenzaamheid bij Europese 65-plussers. Er werd bevonden dat deze hulpmiddelen wel degelijk kunnen voorkomen dat ouderen in sociaal isolement verkeren.
Hartritmestoornissen zijn één van de grootste doodsoorzaken in de Westerse wereld. Machine learning wordt al lang succesvol gebruikt om deze op te sporen, maar werd nog niet toegepast op mapping data. Deze scriptie bespreekt kort het beperkte succes van het uitbreiden van machine learning analyse op dit datatype.
Een proef die een stem geeft aan personen met dementie en hun naasten. Die inzichten biedt in hun ruimtelijke ervaringen, hun wereld, in een vorm die ontwerpers toelaat affiniteiten te ontwikkelen met hun steeds verkleinend perspectief. Teneinde de empathische ontwerper in ons allen aan te wakkeren.
Praten over het levenseinde blijft een taboe. Duidelijke informatie, meer sensibilisering over palliatieve zorg, opleidingen voor zorgverleners inzake communicatie hierrond en het gebruik van de term ‘supportieve zorg’ kunnen ervoor zorgen dat de wensen rond het levenseinde bespreekbaarder worden, waardoor meer mensen kunnen sterven waar ze dit wensen. Een gezinswetenschapper zou een waardevolle aanvulling zijn binnen een palliatief team, om naast de patiënt ook de gezinsleden en familie te ondersteunen en te versterken.
Er zijn twee soorten mindsets: een growth mindset (groeigericht denken) en een fixed mindset (vaststaand denken). Volgens Hymer & Gershon (2017) gaan mensen met een growth mindset veerkrachtiger om met tegenslag en staan ze meer open voor uitdagingen. Uit de gespecialiseerde literatuur blijkt dat ‘uitdagingen aangaan’, ‘doorzettingsvermogen, inzet & motivatie hebben’, ‘inspanningen leveren’ en ‘uit fouten leren’ de voornaamste kenmerken zijn die wijzen op een growth mindset. Deze kenmerken op een speelse manier stimuleren is een uitdaging, daarom heb ik ervoor gekozen om met dit onderwerp aan de slag te gaan.
Ik heb een innovatief product ontwikkeld dat bestaat uit een lessenpakket en ontdekkingskoffer. Het lessenpakket zet in op de werking van het brein in functie van het mindset-denken. De ontdekkingskoffer ondersteunt leerlingen verder in hun weg naar growth mindset aan de hand van activiteiten. Deze activiteiten stimuleren samenwerking, respectvol omgaan met elkaar en het gebruik van groeitaal. Volgens Raeijmaekers (2017) moedigt groeitaal (stimulerende taal) leerlingen aan en motiveert het leerlingen om door te zetten.
De doelgroep waarvoor ik dit uitgewerkt heb, is het vierde leerjaar van mijn stageschool omdat deze klasgroep weinig geloof heeft in eigen kunnen. Deze leerlingen zouden baat hebben bij een groeigerichte gedachtegang.
De klasleerkracht van het vierde leerjaar verwacht dat de leerlingen aangetrokken zullen zijn door mijn innovatief product. Ze verwacht bij de meeste leerlingen een positieve evolutie in growth mindset te zien. Ik had dit graag zelf uitgetest maar de uittestfase heeft niet kunnen plaatsvinden omwille van het coronavirus.
Deze bachelorproef biedt een meerwaarde omdat leerlingen gestimuleerd worden om met een groeigerichte gedachtegang hun weg te vinden naar een goed welbevinden. Dit sluit aan bij ‘inclusie’, het keuzetraject waarin ik mij verdiept heb.
In mijn bachelorproef onderzoek ik hoe islamitische patiënten en hun zorgverleners omgaan met de planning van hun levenseinde.
Aan het levenseinde weigeren moslims palliatieve sedatie omwille van geloofsredenen. Zij gaan niet in op het aanbod van de palliatieve hulpverlening als het om palliatieve sedatie gaat. Dit brengt moeilijkheden met zich mee in de praktijk. De communicatie tussen patiënte en arts loopt stroef, waardoor men niet tot verbinding komt. Er ontstaat een dilemma bij de palliatieve zorgverleners, die vinden dat het principe van weldoen in het gedrang komt. Hierdoor kunnen zij moeilijk in verbinding komen met een islamitische patiënt en zijn of haar naasten. Anderzijds ontstaat het probleem dat de patiënt vindt dat de voorgestelde behandeling in strijd is met de principes van de islam. Er ontstaat een vorm van paternalisme vanuit de zorg en dit levert in de praktijk dilemma’s op. Er is duidelijk een communicatieprobleem dat verder dient onderzocht te worden om tot een adequate gemeenschappelijke oplossing te komen.
In het kader van de rechten van de patiënte biedt mijn bachelor relevante oplossingen die kunnen dienen om moslimgezinnen optimaal te begeleiden aan het levenseinde. Het recht op correcte en tijdige informatie biedt een adequate oplossing aan zorgverleners om verbinding te maken met de patiënt of zijn familieleden. Oog voor cultuursensitieve zorg is een meerwaarde om deze gezinnen te begrijpen en te ondersteunen. Inzetten op geweldloze communicatie en connectie tussen beide partijen kan opgenomen worden als doelstelling in een beleidsplan. Het beleid kan ervoor zorgen dat dit ook in het lessenpakket van Hogescholen of Universiteiten wordt geïntegreerd.
Voor 10 tot 20% van de kersverse moeders en hun partners wordt de periode na de bevalling overschaduwd door een postpartum depressie. Hoe kunnen de partners van deze mama's die vaak aangeven zich machteloos te voelen, beter geïnformeerd en ondersteund worden? En hoe kan het taboe rond dit thema doorbroken worden zodat moeders met een hulpvraag (sneller) de weg vinden naar de juiste hulpverlening?
IMPLEMENTATIE VAN DE ASEPTISCHE NON TOUCH TECHNIEK Kennistekort bij verpleegkundigen m.b.t. het gebruik en onderhoud van poortkatheters
Evelyn Robben
In de wetenschappelijke literatuur wordt het aanprikken van een poortkatheter met steriele handschoenen in vraag gesteld. Om het aanprikken met niet-steriele handschoenen te kunnen implementeren – of m.a.w. de aseptische non touch techniek (ANTT) – dient de verpleegkundige belangrijke principes in acht te nemen. Verder worden belangrijke maatregels toegelicht die een verpleegkundige in acht moet nemen m.b.t. het gebruik en onderhoud van poortkatheters. Om de kennis bij verpleegkundigen te actualiseren werd een e-learningmodule ontworpen die u kan terugvinden in de bijlage van de bachelorproef.
Communicatie als instrument en obstakel voor vluchtelingen in Vlaanderen
Heleen RyckaertHeleen Ryckaert
In dit etnografisch onderzoek peilen we naar communicatie en communicatienoden van vluchtelingen in Vlaanderen voor, tijdens en na de vlucht. We zochten een antwoord op de vragen welke communicatiemiddelen vluchtelingen gebruiken tijdens hun vluchtproces en op welke communicatieproblemen ze stoten. De data zijn gedistilleerd uit 15 semigestructureerde interviews met 3 vluchtelingen.
Deze scriptie handelt over burn-out bij Belgische artsen en de ongezonde werkvloer waar ze opstaan. Het lijkt erop dat het evenwicht op de werkvloer ernstig verstoord is en dat we de controle kwijt zijn.
Hoe beleven naasten van patiënten met afasie deze aandoening en welke ondersteuning hebben zij nodig in de omgang met deze patiënten? Dit onderzoek geeft een unieke inkijk in de ervaring van vijf naasten van afatici. Je wordt hierbij als het ware ondergedompeld in de ervaringen van de respondenten.
Een gezinswetenschappelijk perspectief op de regie over het eigen levenseinde van mensen met dementie. Hoe kunnen mensen met dementie zelf regie houden over hun levenseinde? Is een uitbreiding van de euthanasiewet de enige optie? Hoe kunnen we onze samenleving dementievriendelijker maken?
In dit onderzoek wordt gefocust op een persoonlijke ervaring met angst en depressie, welke in dit werk wordt benoemd als het ‘monster’. Via een auto-etnografisch onderzoek worden de persoonlijke ervaringen beschreven aan de hand van key incidents, die systematisch geanalyseerd worden om zo de sociale en culturele ervaringen van de betrokkene beter te begrijpen, alsook de lezers te sensibiliseren om zich dieper in te leven in mensen die anders zijn.
Op welke manier kan architectuur bijdragen aan palliatieve zorg? Dat is de centrale onderzoeksvraag en rode draad door de scriptie. Het doel van deze scriptie is om verschillende parameters die gerelateerd zijn aan architectuur en die positief kunnen bijdragen aan het welbevinden van een persoon in de laatste levensfase samen te vatten uit een literatuuronderzoek, en deze vervolgens in de praktijk te toetsen aan verschillende relevante casestudies.
Sociologisch, landenvergelijkend onderzoek naar het effect van overheidsbezuinigingen op de zorgbehoeften van Europese zestigplussers tijdens de economische crisis. Middels multilevel-analyses werd onderzocht of informele zorg de minder toegankelijke professionele zorg vervangt. Daarbij werd er gecontroleerd voor effecten van BBP, werkloosheidsgraad, geslacht, leeftijd, de mogelijkheid om rond te komen, migratieachtergrond, het al dan niet hebben van een partner, opleidingsniveau, urbanisatiegraad en gezondheid.
Na het lezen van verschillende bronnen, blijkt dat het gebruik van complementaire therapieën in palliatieve settingen een belangrijke steun voor patiënten en hun naasten biedt. Er zijn weinig evidence based studies over de effectiviteit van deze therapieën, toch is het interessant om de aandacht te richten naar deze niet conventionele therapieën om palliatieve patiënten te ondersteunen en hen een betere kwaliteit van leven te kunnen bieden.
Uit onderzoek blijkt dat het spreken van meer dan één taal een beschermende invloed op de hersenen zou kunnen hebben bij het ontwikkelen en het verloop van Alzheimer dementie. De huidige studies zijn echter onvoldoende kwaliteitsvol en niet eenduidig.
Deze thesis benadert de tekst van Paulus over de liefde (1 1Korintiërs 13) in het perspectief van de drie werelden van de tekst in het licht van de normativiteit van de toekomst.
Deze masterproef gaat dieper in op de toepassing van therapiebeperking in ziekenhuizen in Vlaanderen. De deontologische regels alsook wet-en regelgeving worden bestudeerd en vergeleken met de praktijk. Er werd in dit opzicht speciale aandacht besteed aan de kunstmatige toediening van voeding en vocht.
Extrafamiliaal pedoseksueel misbruik: een kwalitatief onderzoek naar de stigmatisering van en impact op (ex-)partners
Dominique Scappini
Deze thesis onderzoekt de stigmatisering van (ex-)partners van extrafamiliale pedoseksuelen, namelijk diegenen die kinderen misbruiken buiten het gezin.
Kanker eist veel van mensen. Hierbij is een individuele aanpak vereist. Mensen met een verstandelijke beperking moeten benaderd worden als volwaardige burgers met specifieke noden.