Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de Vlaamse Scriptieprijs.
Memories of congo: An autoethnographic exploration of how my grandparents’ generation in my Belgian family negotiate colonial memories using photo-elicitation
Een auto-etnografische verkenning van hoe mijn grootouders' generatie in mijn Belgische familie koloniale herinneringen onderhandelen met behulp van foto's.
In mijn masterproef heb ik me verdiept in het koloniaal natuurbeleid dat in Belgisch Congo werd gevoerd. Specifiek kijk ik naar de motieven voor en de werking van het bosbeschermingsbeleid dat in de jaren 1930 in het Nationaal Albert Park (Virunga Nationaal Park) werd gevoerd. Speciale aandacht gaat naar de sociale - en waar mogelijk ecologische - implicaties van dit beleid.
Een onderzoek naar de inhoudelijke en didactische keuzes die geschiedenisleerkrachten maken rond de lessen over de Belgische koloniale geschiedenis in GO!-scholen in Brussel en de Vlaamse Rand.
Dit onderzoek in de kunsten gaat uit van de Inventaris na Overlijden van eerste Belgische koningin Louise-Marie d’Orléans, waarin meer dan honderd sentimentele juwelen worden beschreven. Hoe deze juwelen als objects of memory meespeelden in de mythevorming rond Louise, wordt vanuit het perspectief van onder andere (material) memory studies onderzocht. Dit theoretisch luik staat daarbij in wisselwerking met een artistiek luik. Omdat zo goed als al Louises juwelen verloren gingen, worden deze vanuit contemporain oogpunt artistiek gereactiveerd met behulp van de methodiek van het confabuleren. Uitgaande van materiële sporen en artefacten wordt zo in woord, beeld en object een alternatieve versie van de mythe Louise geconstrueerd.
Onderzoek naar de status van Kongo-Vrijstaat in het negentiende-eeuwse internationaal recht. De thesis beschrijft ook hoe de kolonisatie op juridische wijze werd gerealiseerd.
Een onderzoek naar de UNESCO Conventie uit 2003 over het borgen van immaterieel cultureel erfgoed. In welke mate is deze geïmplementeerd in het onderwijs in Vlaanderen?
Een nieuw iconoclasme doet zijn intrede. Als zelfverklaarde mijlpalen in de geschiedenis en de
publieke ruimte worden symbolen van een geromantiseerde en eurocentrische visie op het
koloniaal verleden steeds meer onderhevig aan aantasting, bevraging en verwijdering. Als het
ware houden deze controversiële objecten een spiegel voor de ogen van de dagelijkse slenteraar.
In dit onderzoek is er gepoogd antwoord te krijgen op de hedendaagse relevantie van koloniale
monumenten in de openbare ruimte. Als centraal voorbeeld voor deze intentionele
memorerende monumenten worden de beeltenissen van Leopold II onder de loep genomen.
Hoewel deze objecten het tegenovergestelde van dekolonisatie symboliseren vormt deze
verhandeling geen betoog voor de aantasting of verwijdering van dergelijke monumenten.
Integendeel, het beheer en behoud van dergelijke monumenten in functie van
demonumentalisering en remythologisering geniet de voorkeur. Door herdefiniëring wordt
getracht een gemeenschappelijk koloniaal erfgoed en verleden na te streven.
De controversiële objecten omvatten, als voorbeelden van traditionele canonieke kunst, actuele
problematiek en hedendaagse relevantie. Als communicatiemiddel en metonymie van protest
stelt het koloniaal monument zichzelf aan de kaak. Dusdanig capteert het, als geval van
hedendaagse kunst, twee tegengestelde waarheden. Het object zelf als monument en pure vorm
van kolonialisme en het subject als strijd om de zuivere waarheid tussen de onderdrukker en de
onderdrukte. In dit onderzoek wordt getracht na te gaan of deze tegenstrijdige uitingen elkaar
in het object kunnen opheffen. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen twee
verschijningen die de standbeelden van Leopold II aannemen. Met name dat van een
intentioneel memorerend monument en dat van een koloniaal monument als readymade. Deze
nemen respectievelijk een amplische en een ciselante of beitelende fase aan.
De toestand van de mens verpersoonlijkt zich in het koloniaal monument als ongehoorzame
readymade. Het ziet zichzelf vervat in de terugkerende object-subject dialectiek die het beleeft.
De conclusie is dat de classificatie en criteria van een readymade ondersteuning biedt voor de
uitlijning van de maatschappelijke en politieke dilemma’s die de objecten meedragen. De inzet
is nog steeds de macht over tijd en ruimte. Het biedt een alternatieve werkwijze voor de
spektakeldemocratie waarin politiekers voor figuranten spelen en politieke correctheid als
illusie voor gelijkheid wordt gehanteerd. Als tweede verschijning nemen kunstenaars in dit
schouwtoneel de rol van burger-betoger op. Doormiddel van additivisme wordt er gemedieerd
tussen de verschillende actoren. Dit moet voldoen aan het erfgoedbeleid maar mag niet meer
als crimineel worden aanzien.
Mark Twain schreef in 1905 het pamflet King Leopold’s Soliloquy als protest tegen het gruwelijke Congobeleid van koning Leopold II. Het werk verscheen in Nederlandse vertaling pas tientallen jaren later, in 1961, bij de communistische Nederlandse uitgeverij Pegasus. Deze uitzonderlijke vorm van plotse, vertraagde vertaling vertelt veel meer over de mogelijke geheimen die onze samenlevingen kunnen dragen dan op het eerste gezicht misschien lijkt.
Het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika sloot in het jaar 2013 voor een langdurige renovatie van haar infrastructuur en inhoud. Deze renovatie bleek een lang en moeizaam parcours te worden, waarbij rekening moest worden gehouden met tal van maatschappelijke uitdagingen. Een museum uit de twintigste eeuw laat zich niet zomaar de binnenloodsen in de volgende.
Dit onderzoek gaat via performance en beeldtheorieën na wat mogelijke alternatieven zijn voor het Belgische koloniale erfgoed. De drie hoofdstukken onderzoeken de drie alternatieven die in het huidige debat naar voren komen: activisme rondom het standbeeld, een contextueel infobord, en een plek in het museum.
Dit onderzoek peilt naar de ervaring en herinnering van kinderen die zijn opgegroeid in de voormalige Belgische kolonie. Hun visie was tot voor kort onderbelicht.
In dit onderzoek staat centraal in welke mate en op welke manier Belgisch diplomaat Maurice Joostens een invloed uitoefende op het Belgische buitenlandse beleid tijdens de Conferentie van Peking die plaatsvond na afloop van de Bokseropstand.
Deze 'intellectuele biografie' bestudeert het leven van Georges Lorand, een figuur die iets of wat in de vergetelheid is geraakt. Deze scriptie bestudeert het liberaal progressieve netwerk van Georges Lorand alsook de transnationale netwerken op het einde van de 19de eeuw.
EEN KOLONIALE CATHARSIS IN DE BELGISCHE KUNST? Dagmar Dirkx Kom maar binnen zonder knecht! schreeuwden strakke letters op de protestborden van Annette Krauss en Petra Bauer. In 2008 plaatsten die twee Duitse kunstenaressen met hun performance Read the Masks, Tradition is not given de koloniale herkomst van de figuur van Zwarte Piet in de spotlight en sleurden zo bruusk het postkoloniale debat terug de publieke ruimte in. Daar volgde al gauw een orkaan van protest: Zwarte Piet is immers zwart door het schoorsteenroet, racisme een ver van ieders bed show.
Paul Kronacker: een vergeten staatshandelaarLa Belgique respirait à pleins poumons un grand vent de liberté, et cependant, il ne manquait pas d’ombres à ce tableau. Op deze manier beschreef Paul Kronacker de sfeer van september 1944. De Tweede Wereldoorlog had België met heel wat problemen opgezadeld. Het was in het kader van de voedselproblematiek dat men op de diensten van Kronacker beroep zou doen. Wie was Paul Kronacker? Welke opdracht kreeg hij? En wat was zijn invloed op de naoorlogse economie?
“Vrijheid of Dood!” De herinnering aan de Geuzen in negentiende-eeuws BelgiëNa de onafhankelijkheid van 1830 voelde de nieuwe natiestaat België de nood zichzelf ten opzichte van zowel inwoners als buitenwereld te legitimeren. Toneel vormde het ideale medium, terwijl de toegeëigende vaderlandse geschiedenis de stof leverde.In de ogen van Vlaamse letterkundigen was België een samenvoeging van twee taalkundige en culturele sferen. Door het Vlaamse element extra in de verf te zetten, onderscheidde het Belgenland zich van het “Hollandse” Nederland en Franse invloed.
De Koninklijke Vlaamse Schouwburg te Brussel: het failliet van het 'Vlaamse' profielNog niet zo lang geleden profileerde de Koninklijke Vlaamse Schouwburg zich net als de gevestigde theaters in Antwerpen en Gent als een cultuurdrager bij uitstek. Vanuit hun didactische functie moesten de schouwburgen in de jaren 1950 en 1960 cultureel verantwoord toneel brengen voor een grote gemeenschap. Toch was de KVS enigszins een buitenbeentje.
One difference is enough:Een historisch-pedagogisch onderzoek naar personen met een handicap tijdens de Belgische kolonisatie (1908-1960)De Belgische kolonisatie, zo’n twee jaar geleden weer ten volle onder de aandacht gebracht door de vijftig jaar onafhankelijkheid van Congo, staat nog vers in ons geheugen gegrift. Hierbij denken we meestal aan de meest sensationele delen van de kolonisatie; de overname van België omwille van de gruwelen die Leopold II aanrichtte in zijn Kongo-Vrijstaat en de plotse onafhankelijkheid die het land in ravage achterliet.
De evenknie van Paganini en Liszt: Adrien François ServaisWat hebben keizer Franz Joseph, sultan Abd-ul-Mejid en tsaar Nicolas I met elkaar gemeen? Ze hebben alledrie een optreden bijgewoond van de Belgische cellovirtuoos Adrien François Servais (1807-1866). Rossini en Berlioz vergeleken hem met Paganini; collega-virtuozen stonden in de rij om een compositie aan hem op te dragen. Servais was een Europese ster, bekend van Bordeaux tot Sint-Petersburg en van Londen tot Istanbul. Recent wetenschappelijk onderzoek brengt heel wat gegevens aan het licht.
Het woelige leven van het Belgisch koloniaal verledenVergeven en vergeten: gemakkelijker gezegd dan gedaan. Het verleden wordt niet zo makkelijk verleden. Zo hing in mei 2011 het ontslag van onze federale minister van justitie, Stefaan De Clerck, even in de lucht omdat hij het gewaagd had om het woord ‘vergeten’ in de mond te nemen wanneer hij sprak over de Belgische collaboratie met de Duitse bezetter in Wereldoorlog II.
Het Office des Cites Africaines in Lubumbashi. Ruashi: architecturale analyse en studie van de toe-eigening van een Congolese woonwijk uit de jaren 1950.
Het Office des Cités Africaines in Lubumbashi: een geschiedenis.
De historische studie van Afrikaanse regio’s kent sinds enkele jaren een hernieuwde aandacht.
De Albertina op de Brusselse Kunstberg:
het ontwerp van een nationaal symbool?
Op 17 februari 2009 was het exact veertig jaar geleden dat de officiële inhuldiging van de Koning Albert I-Bibliotheek te Brussel plaatsvond. Een ideale gelegenheid dus om net dit academiejaar de boeiende ontstaansgeschiedenis, de invloed en de betekenis van dit architecturale en stedenbouwkundige geheel van naderbij te onderzoeken.
Het Huis van Seksen-Coburg
In het najaar van 1999 maakte het grote publiek kennis met de Delphine Boël. Ze verwierf enige faam met het boetseren van beeldjes uit papier maché, maar deed liters inkt vloeien omdat haar vader de huidige Belgische koning Albert II was. De Vlaamse pers vulde ontelbare katernen met de kleinste details over de affaire. Het Laatste Nieuws schreef: “Burgers willen over de paleismuren meekijken.