Literaire competentie in Suriname. Hoe kunnen we in een traject van zes lessen, het leesplezier van Surinaamse jongeren van 12 tot 14 jaar met een zeer beperkte literaire competentie vergroten en hun literaire competentie verbeteren?

Laura Hellinckx
Persbericht

Waarom liever lezen, je ook beter doet lezen!

“Fysica is begrijpend lezen”, zei een enthousiaste fysicaleerkracht ons ooit tijdens opnieuw een moeilijke les over een voor mij onbegrijpbaar onderwerp. Fysica is nooit mijn sterkste vak geworden, maar dat citaat is me altijd bijgebleven.

Dat al die uren die ik stiekem lezend onder mijn lakens doorbracht als ik al lang had moeten slapen ook werkelijk zouden opbrengen, ben ik toen langzaamaan beginnen beseffen. Het hielp me immers niet alleen tijdens bepaalde vakken die ook werkelijk over literatuur gingen, ook mijn algemene kennis was een stuk breder dan die van veel leeftijdsgenoten.

Toen ik aan mijn opleiding als leerkracht secundair onderwijs begon, was het daarom ook geen verrassing dat ik voor het vak Nederlands koos. Tijdens de opleiding besefte ik echter dat veel jongeren in het secundair onderwijs helemaal niet graag en/of veel lezen  Omdat ik veel en graag lezen enorm belangrijk vind en hier ook zelf veel voordeel heb uitgehaald, ging ik dus op zoek naar een manier om de literaire competentie van jongeren, dat wil eigenlijk gewoon zeggen hoe je als lezer boeken en literatuur benadert, te verbeteren en hun leesplezier, die volgens mij aan de basis ligt van het vergroten van deze literaire competentie te verbeteren.

Dit deed ik tijdens mijn buitenlandse stage in Suriname.

Voor ik een antwoord op mijn onderzoeksvraag kon formuleren, moest ik eerst op zoek naar een testpubliek. Samen met twaalf leerlingen van de Arthur Alex Hoogendoorn Atheneum in Paramaribo werkte ik zes sessies van 45 minuten aan alles wat met lezen te maken had.

Het doel van deze sessies was om de literaire competentie van de jongeren te verbeteren. Aangezien zes korte sessies veel te beperkt waren om de literaire competentie van de jongeren enorm te zien vooruit gaan, heb ik vooral geprobeerd om te werken aan leesbeleving en aan boekpromotie te doen.

Op deze manier wou ik ervoor zorgen dat de jongeren ook na mijn vertrek meer zouden lezen om zo zelf ‘leeservaring’ op te doen.

Tijdens deze lessen heb ik gemerkt dat de motivatie van leerlingen om meer te lezen vooral afhangt van de verschillende genres en soorten literatuur. Leerlingen willen immers steeds andere dingen ontdekken en willen weten wat er allemaal te vinden is.  Daarom heb ik hen ook laten werken met ‘de boekenzoeker’, een heel leuke website waarop je zelf boeken kunt vinden die echt bij jou passen.

Het tweede belangrijke aspect van mijn lessenreeks was vooral het werken aan een bewuste leesbeleving en het juist weergeven hiervan. Door de leerlingen op een andere manier te laten lezen en hen ook onder woorden te laten brengen wat ze nu eigenlijk echt vonden van bepaalde verhalen, groeide hun belangstelling voor de literaire wereld. Dit werd een tweede belangrijke aanzet tot het vergroten van hun motivatie.

Door deze twee belangrijke pijlers, een kennis van het aanbod én een bewuste leesbeleving, slaagde ik erin om de leerlingen een basis te geven om zelf verder te bouwen aan hun eigen literaire competentie. Dit is immers iets dat de leerlingen zelf verder moeten uitbouwen door veel te lezen en bewust na te denken over (jeugd)literatuur.

De progressie van de leerlingen was duidelijk merkbaar wanneer ze het zelf over boeken hadden. Niet alleen vertelde hun leerkracht Nederlands me dat hun resultaten stegen, ook werkten ze beter mee in de les, durfden ze fouten maken en dachten ze dieper na over de verschillende aspecten van verhalen. Ze toonden veel meer interesse in andere leerlingen, wanneer zij het hadden over literatuur en gaven hun eigen mening weer met meer gefundeerde argumenten da ze voor aanvang van de sessies deden.

Het is voor dit onderzoek wel belangrijk om te zeggen dat ik al met een redelijk gemotiveerde groep leerlingen kon beginnen. Aangezien goede resultaten zeer belangrijk zijn in deze school en de competitiviteit tussen de leerlingen onderling sterk heerst, waren de leerlingen vanzelf wel gemotiveerd om mee te werken met dit project.

Hoewel het gebrek aan middelen me zeker beperkt heeft in het uitwerken van de verschillende sessies, geloof ik wel dat mijn vernieuwende werkvormen de motivatie van de leerlingen nog meer geprikkeld heeft. Over het algemeen gezien, is het onderwijs in Paramaribo immers vooral gericht op doceren en zijn de leerkrachten niet altijd even enthousiast. Daarom geloof ik ook dat mijn enthousiasme zeker geholpen heeft in het prikkelen en motiveren van de leerlingen.

De sessies die ik heb ontworpen zijn zeer sterk gericht op een groep met hetzelfde, zeer beperkte niveau van literaire competentie. Sterkere leerlingen hebben veel uitdagendere sessies nodig. Deze sessies helpen dan ook vooral leerlingen die gedemotiveerd zijn om te lezen omdat ze hier weinig ervaring mee hebben en nog niet goed weten wat ze graag lezen.

Ik kan besluiten dat, hoewel de sessies leerrijk waren en zeker grotendeels hun doel bereikt hebben, deze sessies nog meer nut zouden hebben als we ze zouden uitbreiden tot een groter project. 15 sessies, verspreid over een volledig schooljaar zouden voor de leerlingen veel meer impact hebben en dan zouden we als leerkrachten meer kunnen doen enkel leesbeleving en leesmotivatie prikkelen.

Bibliografie

Arthur A. Hoogendoorn Atheneum. (2016) Arthur Alex Hoogendoorn Atheneum. Opgehaald op 1 maart 2016, van http://www.aaha.sr.org/

Chambers, A. (2012). Leespraat: vertel eens en de leesomgeving. Zoetermeer: nbd biblion.

Cruysweegs B. (2015). Nederlands Literatuur en cultuur 1 [cursustekst]. Karel de Grote-Hogeschool, Antwerpen.

Cruysweegs B. (2015). Nederlands Literatuur en cultuur 2 [cursustekst]. Karel de Grote-Hogeschool, Antwerpen.

Cruysweegs B. (2015). Nederlands Literatuur en cultuur 3 [cursustekst]. Karel de Grote-Hogeschool, Antwerpen.

Daems, F. (2004). Taal verwerven op school. Leuven: Acco.

Iedereen leest! Lestips jeugdliteratuur. Opgehaald op 21 december 2015, van http://jeugdliteratuur.org/lestips

Kijnen E. (2012). Taalvaardigheid als drempel voor literaire competentie (proefschrift). Universiteit van Amsterdam, Amsterdam.

Meijerlinck, H. (2009). Een nadere beschouwing over de drempels met taal en rekenen. Enschede: Laserline.

Nederlandse Taalunie. (2008). Het literatuuronderwijs in Nederland en Vlaanderen: een stand van zaken. Nederlandse Taalunie.

Noomen, I., Verboord, M., Janssen, S., de Bruin, W. (2007). Informatie over boeken, schrijvers en lezen in Nederland, Vlaanderen en Suriname. Den Haag: Nederlandse Taalunie.

Luisterpuntbibliotheek. (2016, januari 30). Opgehaald van Ik haat lezen: www.ikhaatlezen.be

Onderbouw VO. (2006). Karakteristieken en kerndoelen voor de onderbouw. Groningen: Onderbouw VO.

Onderwijskoepel Vlaamse Steden en Gemeenten. (2012). Leerplan secundair onderwijs Nederlands eerste graad a-stroom. Geraadpleegd via http://www.ovsg.be

Pedagogische begeleidingsdienst GO! (2010). Leerplan secundair onderwijs Nederlands eerste graad a-stroom. Geraadpleegd via http://pro.g-o.be/

Poignie, L. (2004). Biebox. Averbode: Averbode educatief.

Rutgers, W. (1988). Bon dia! Met wie schrijf ik?

Stichting lezen. (2015, oktober 10). Handleiding kinder- en jeugdjury Vlaanderen. Opgehaald van KJV: http://www.kjv.be/begeleiders/handboek.php

Stichting Lezen, Nederlandse Taalunie, iedereenleest.be. Boekenzoeker. Opgehaald op 21 december 2015, van http://boekenzoeker.org/

Stichting Lezen. (sd). zes literaire competentieprofielen voor de tweede fase. Opgeroepen op oktober 10, 2015, van Lezen voor de lijst: http://www.lezenvoordelijst.nl/documents/niveausuitgebreid.pdf

Stichting Lezen. Lezen voor de lijst Opgeroepen op 9 december 2015 van Lezen voor de lijst: http://www.lezenvoordelijst.nl

Van Coillie, J. (1999). Leesbeesten en boekenfeesten, hoe werken (met) kinder- en jeugdboeken? Leuven: Davidsfonds/Infodok.

Van Iseghem, J. (1998). Literaire competentie: tussen de mazen van het net. Vonk (4/27) 16-25. Geraadpleegd via http://taalunieversum.org

Vanachter H. (2014). Onderzoeks- en rapporteringsvaardigheden 2. [cursustekst]. Karel de Grote-Hogeschool, Antwerpen.

Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs. (2010). Leerplan secundair onderwijs Nederlands eerste graad a-stroom. Geraadpleegd via http://www.vvkso.be

Witte, T. (2006). Negentiende conferentie Het Schoolvak Nederlands . Van Floortje Bloem naar Inni Wintrop (pp. 129-139). Taaluniversum.

Witte T. (2008). Het oog van de meester (proefschrift). Universiteit van Groningen, Groningen.
BIBLIOGRAPHY  \l 2067

Witte, T. (2015). NDN lenteconferentie. de ontwikkeling van literaire competentie in het secundair onderwijs. Universiteit van Antwerpen: Universiteit van Groningen.

WPG Kindermedia. (2016). Kamp in de jungle, Joyce Pool. Geraadpleegd via https://www.leopold.nl/boek/kamp-in-de-jungle/

Universiteit of Hogeschool
Professionele Bachelor Secundair Onderwijs
Publicatiejaar
2016
Promotor(en)
Bert Cruysweegs
Kernwoorden
Share this on: