Efficiëntiewinsten binnen de FOD Financiën - afdeling personenbelasting

Hedwig Bollingh
Persbericht

Efficiëntiewinsten binnen de FOD Financiën - afdeling personenbelasting

Iedereen heeft baat bij efficiëntiewinst

Efficiëntiewinst kan overal of bij elke activiteit in het leven optreden en het loont de moeite om hierover na te denken. Of het nu gaat over een studietraject van een student of een dienstverlening van de overheid, zolang men de ingezette middelen van een bepaalde activiteit kan koppelen aan de resultaten, dan kan men efficiëntiewinst beginnen meten. Een belangrijke voorwaarde bij het meten van efficiëntiewinst is dat de kwaliteit van uw activiteit niet mag dalen.

Doelbewust omspringen met het concept efficiëntiewinst creëert voordelen. Het komt erop neer dat men per activiteit moet onderzoeken en meten welke middelen en hoeveel van die middelen er in de activiteit worden gepompt en wat is het resultaat of het product hiervan? Wat gebeurt er indien men evenveel maar goedkopere middelen inzet? Is het resultaat of het product hetzelfde of is de kwaliteit van het product gedaald? Wanneer het resultaat zowel kwantitatief als kwalitatief hetzelfde is gebleven met de inzet van dezelfde hoeveelheid middelen die weliswaar goedkoper zijn, is er een efficiëntiewinst gecreëerd. Het geld dat men heeft uitgespaard door de inzet van goedkopere middelen, kan men aan iets anders spenderen.

In het onderzoek naar efficiëntiewinsten binnen de FOD Financiën heeft de onderzoekster van de activiteit “het beheer van de aangifte” in de personenbelasting efficiëntiewinsten proberen te meten volgens een correcte wetenschappelijke methode.

De FOD Financiën moet ieder jaar van een klein zeven miljoen belastingplichtige burgers de aangiftes in de personenbelasting verwerken tot een correct aanslagbiljet. Sinds de economische crisis van 2008, moet elke overheid (dus ook de FOD Financiën) met minder middelen dezelfde diensten blijven verlenen. Hoe kan de FOD Financiën met minder middelen, hetzelfde of (in het betere geval) meer of beter resultaat bekomen? Of zijn er efficiëntiewinsten te meten binnen de FOD Financiën?

Om efficiëntiewinsten te kunnen meten, heeft men specifieke data nodig. Zo heeft men voor de activiteit het “beheer van de aangifte” data nodig van al de ingezette middelen en de data van de resultaten. Deze data waren voor het onderzoek niet in perfecte vorm voorhanden. Toch heeft de onderzoekster in beperkte mate efficiëntiewinsten kunnen meten hetgeen goed nieuws is. Dit onderzoek is hopelijk een aanzet geweest naar een efficiëntiewinstenproject waarbij de hele FOD Financiën per activiteit op zoek gaat naar het creëren van efficiëntiewinsten. Met minder middelen hetzelfde aantal of zelfs meer diensten leveren moet de ambitie blijven binnen de FOD Financiën.

Efficiëntie is de relatie tussen de ingezette middelen en het resultaat waarbij men streeft naar een maximum aan resultaat gerealiseerd met een minimale inzet van middelen. Efficiëntiewinst is elke verhoging van de efficiëntie. Voor elke activiteit kan men deze teloefening doen; is er efficiëntiewinst te meten en gecreëerd? Door het onderzoek naar efficiëntiewinsten binnen de FOD Financiën kan men enerzijds stellen dat er in beperkte mate efficiëntiewinsten te meten zijn. En anderzijds kan men stellen dat dit onderzoek een begin mag zijn van een alternatieve wijze van meten. Volgens Gershon is het creëren van efficiëntiewinsten de optie die men moet volgen wanneer het verhogen van de belastingen en het verzwaren van de overheidsschuld geen te volgen opties zijn. Iedereen heeft baat bij efficiëntiewinst. Een opdracht aan de lezer is dan ook de volgende: Kies een activiteit en probeer efficiëntiewinst te meten. Gewoon doen!

 

Bibliografie

Bibliografie

Behn, R. D. (2003) Why Measure Performance? Different Purposes Require Different Measures, Public Administration Review, 63, 586-606.

Berg, S. V. (2010) Water Utility Benchmarking: Measurement, Methodologies, and Performance Incentives. London: IWA Publishing.

Bouckaert, G. & Halligan, J. (2008) Managing Performance: International Comparisons. London, Routledge.

Bouckaert, G. & Halligan, J. (2006, september). A Framework for Comparative Analysis of Performance Management. Paper for presentation to Study Group on Productivity and Quality in the Public Sector, Annual EGPA conference, Milan.

Bouckaert, G., Hondeghem, A., Voets, J., Op de Beeck, S. & Cautaert, E. (2011). Handboek Overheidsmanagement: Overheid in beweging. Brugge, Vanden Broele.

CEEO (2014). Prioriteiten voor een volgende regeerperiode. Brussel: Commissie Efficiënte en Effectieve Overheid.

Christiaens, J., Heene, A. & Vanhee, C. (2009). Het bepalen van relevante prestatie-indicatoren in de Centra voor Teleonthaal en de Centra voor Integrale Gezinszorg in het kader van de opmaak van een verenigingsdossier. Gent: Universiteit Gent.

Curristine, T. (2005). Government performance: lessons and challenges. OECD Journal on Budgeting, 5, 127-51.

de Bruijn, H. (2001) Managing Performance in the public sector.London, Routledge.

Delbeke, K., Hondeghem, A., & Bouckaert, G. (2008). De Efficiënte Overheid geanalyseerd: Casestudie Verenigd Koninkrijk. Leuven: Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen.

FOD Personeel en Organisatie. (2006). Balanced Scorecard. Instrument bij de modernisering van de federale overheid [Brochure]. Brussel: FOD Personeel en Organisatie.

Gershon, P. (2004). Releasing Resources to the front line, Independent Review of Public Sector Efficiency. Norwich: HMSO.

Hatry, H. P. (1999). Performance Measurement: Getting Results. Washington, DC: Urban Institute Press.

Ingraham, P. W. (2005). Performance: promise to keep and miles to go. Public Administration Review, 65, 390-95.

Organisation for Economic Cooperation and Development (OECD) (1995) Governance in Transition: Public Management Reforms in OECD Countries, OECD, Paris.

 

OECD (2009a) Government at a glance 2009. Paris, OECD.

OECD (2009b) Measuring Government Activity. Paris, OECD.

OECD (2011) Government at a glance 2011. Paris, OECD.

OECD (2013) Government at a glance 2013. Paris, OECD.

Raaum, R. B. & Morgan, S.l. (2001). Performance Auditing: A Measurement Approach.Altamonte Springs, Florida: The Institute of Internal Auditors.

Radnor, Z. & Barnes, D. (2007) Hitting the target and missing the point? In Van Dooren, W. & Van de Walle, S. (eds.) Performance Information in the Public Sector: How It Is Used. Basingstoke, Palgrave Macmillan.

Saunders, M., Lewis, P. & Thornhill, A. (2004). Methoden en technieken van onderzoek. Amsterdam: Pearson Education.

Stroobants, J. & Bouckaert, G. (2011a). Efficiëntiewinsten in de publieke sector: Conceptualisering en het proces van meten, rapporteren en auditeren, Leuven: Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen.

 

Stroobants, J. & Bouckaert, G. (2011b). Efficiëntie meten in de publieke sector. Methodologieën en toepassingen op lokale besturen, Leuven: Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen.

 

Stroobants, J. , Bouckaert, G. & De Rynck F. (2012). Lokale benchmarking. Conceptualisering, buitenlandse praktijken en verkennende oefeningen voor benchmarking van gemeentelijke dienstverlening via niet-parametrische grensmethoden, Leuven: Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen.

 

Stroobants, J. & Bouckaert, G. (2014). Benchmarking local public libraries using non-parametric frontier methods: A case study of Flanders. Library & Information Science Research, 36 (3), 211-224.

 

SVR (2010). Efficiëntie en effectiviteit van de publieke sector in de weegschaal. Brussel: Studiedienst van de Vlaamse Regering.

 

Thomas, P. (2006) Performance Measurement, Reporting, Obstacles and Accountability: Recent Trends and Future Directions, Public Policy Paper 23. Regina: The Saskatchewan Institute of Public Policy.

Troupin, S., Stroobants, J. & Steen, T. (2014). De impact van de fiscale crisis op de federale overheid. Vlaams Tijdschrift voor Overheidsmanagement, 19 , 51-68.

 

Van de Walle, S. (2006) Een grote, dure en niet efficiënte overheid? Indicatoren voor het vergelijken van publieke sectoren in de EU. Vlaams tijdschrift voor overheidsmanagement, 11 (3), 27-35.

Van Dooren, W., Bouckaert, G. & Halligan J. (2010) Performance management in de the public sector. London, Routledge.

Van Dooren, W. & Van de Walle, S. (2008) Performance Information in the Public Sector: How It Is Used. Basingstoke, Palgrave Macmillan.

Van Nieuwenhuyse, D. & Vanhoudt, D. (2008) Performance Management. Van prestatiemeting naar prestatiemanagement door de toepassing van analytische intelligentie. Leuven, LannooCampus.

Van Schaik, F.D.J. (2005). Handboek non-profitorganisaties: een handreiking voor de praktijk. Alphen aan den Rijn: Kluwer.

Vlaamse Regering (2009). De Vlaamse Regering 2009-2014. Een daadkrachtig Vlaanderen in beslissende tijden. Voor een vernieuwde, duurzame en warme samenleving. Brussel: Vlaamse Overheid.

 

 

 

 

Lijst met referenties van de geraadpleegde websites

Beleidsnota minister van financiën: http://www.dekamer.be/FLWB/PDF/54/0588/54K0588009.pdf

 

Regeerakkoord Vlaamse Regering 2009-2014:

https://www.vlaanderen.be/nl/publicaties/detail/de-vlaamse-regering-2009-2014-een-daadkrachtig-vlaanderen-in-beslissende-tijden-voor-een-vernieuwende-duurzame-en-warme

 

Jaarverslag 2014 FOD Financiën: http://www.jaarverslag.financien.belgium.be/nl

 

Geïntegreerd Managementplan - Horizon 2012-2017 FOD Financiën: http://financien.belgium.be/nl/over_de_fod/missie_visie_waarden/strategisch_managemenplan_en_operationele_plannen/

Strategisch Plan Algemene Administratie van de Fiscaliteit 2012 – 2017: http://financien.belgium.be/nl/binaries/managementplan-nl_tcm306-220841.pdf

 

Paelinck, G. & Baert, D. (2015, juli 23). Hoe gaat u de taxshift voelen in de portemonnee? De Redactie. Geraadpleegd op 24 juli, 2015 via http://deredactie.be/cm/vrtnieuws/politiek/1.2397916

 

Het Jaarverslag 2015 van de Studiecommissie voor de Vergrijzing: http://www.plan.be/admin/uploaded/201507091135310.press_20150709_nl.pdf

 

 

 

 

Universiteit of Hogeschool
Master in overheidsmanagement en -beleid
Publicatiejaar
2015
Kernwoorden
Share this on: