De rol van het verenigingsleven in het vertrouwen in de EU bij adolescenten in Vlaanderen

Tom Ravyts
Persbericht

De rol van het verenigingsleven in het vertrouwen in de EU bij adolescenten in Vlaanderen

Samenvatting

Deze masterproef focust op de rol van het verenigingsleven in het vertrouwen in de Europese Unie (EU) bij Vlaamse adolescenten. Mensen die actief zijn bij een vereniging hebben namelijk meer sociaal en politiek vertrouwen dan zij die niet actief zijn bij een vereniging. Deze studie is ontwikkeld met behulp van Ordinary Least Square regressiemethodes. Deze schatten het effect van verenigingsleven op het vertrouwen in de EU. De data komen van de Parent-Child Socialization Study 2012 dataset. Deze bevat gegevens en houdingen van 3426 Vlaamse adolescenten van het derde jaar secundair onderwijs. De belangrijkste bevinding is dat verenigingsleven geen positief effect heeft op het vertrouwen in de EU, maar dat dit effect gemedieerd wordt door algemeen sociaal vertrouwen. Vlaamse adolescenten met veel algemeen sociaal vertrouwen hebben meer vertrouwen in de EU dan Vlaamse adolescenten die weinig algemeen sociaal vertrouwen hebben. Tenslotte blijkt het dat Vlaamse adolescenten die actief betrokken zijn bij een jeugdvereniging wel meer vertrouwen hebben in de EU dan Vlaamse adolescenten die niet actief betrokken zijn bij een jeugdvereniging, ongeacht hun algemeen sociaal vertrouwen of andere achtergrondkenmerken.

Zoals te zien in de tabellen in bijlage, blijkt het verder dat Vlaamse adolescenten met veel algemeen sociaal vertrouwen meer vertrouwen hebben in de EU dan zij die weinig algemeen sociaal vertrouwen hebben. Meisjes hebben ook meer vertrouwen in de EU dan jongens. Adolescenten die een lagere studierichting volgen hebben minder vertrouwen in de EU dan zij die een hogere studierichting volgen. Zij die veel politieke interesse hebben, hebben meer vertrouwen in de EU dan zij die weinig politieke interesse hebben. Ten slotte hebben adolescenten met een hoge verwachte kennis van de EU meer vertrouwen in de EU dan zij die weinig verwachte kennis van de EU hebben. Leeftijd blijkt geen effect te hebben op het vertrouwen in de EU. 

Bibliografie

Bibliografie

  1. Officiële publicaties of overheidspublicaties

European Commission (2012). Political participation and EU citizenship: Perceptions and behaviours of young people. Education, Audiovisual and Culture Executive Agency.

Standard Eurobarometer 79 (2013). Public opinion in the European Union: First results. Standard Eurobarometer Spring 2013,  79.

  1. Gegevens uit databanken

Hooghe, M., Quintelier, E., Verhaegen, S., Boonen, J., & Meeusen, C. (2012a). In PCSS 2012 dataset jongeren [Dbase]. Leuven: KU Leuven.

European Social Survey (2002). In ESS1e06_3 [Dbase]. London: Social Sciences Building, City University London.

European Social Survey (2004). In ESS2e03_3 [Dbase]. London: Social Sciences Building, City University London.

European Social Survey (2006). In ESS3e03_4 [Dbase]. London: Social Sciences Building, City University London.

European Social Survey (2008). In ESS4e04_1 [Dbase]. London: Social Sciences Building, City University London.

European Social Survey (2010). In ESS5e03 [Dbase]. London: Social         Sciences Building, City University London.

European Social Survey (2012). In ESS6e01_1 [Dbase]. London:    Social Sciences Building, City University London.

  1. Uitgegeven bronnen

Almond, G., & Verba, S. (1963). The civic culture. Political attitudes and democracy in five nations. Princeton: Princeton University Press.

Bianco, W. T. (1994). Trust: Representatives and constituents. Michigan: University of Michigan Press.

Hooghe, M. (2003). Sociaal kapitaal in Vlaanderen: Verenigingen en democratische politieke cultuur. Amsterdam: Amsterdam University Press.

Mortelmans, D., & Dehertogh, B. (2008). Factoranalyse. Leuven : Acco.

Putnam, R. (1993). Making democracy work: Civic traditions in modern Italy. Princeton: Princeton University Press.

Putnam, R. (2000). Bowling alone : The collapse and revival of  American community. New York: Simon and Schuster.

  1. Artikels in verzamelwerken

De Hart, J. (1999). Godsdienst, maatschappelijke participatie en sociaal kapitaal. In P. Dekker (Red.), Vrijwilligerswerk vergeleken (pp. 207-247). Den Haag: SCP/Elsevier.

Newton, K. (1999). Social and political trust in established   democracies. In P. Norris (Red.), Critical citizens: global support for democratic governance (pp. 169-187). Oxford: Oxford University Press.

Van Deth, J. (1996). Voluntary association and political participation. In J. Van Deth (Red.),  Private groups and public life (pp. 1-23). London: Routledge.

  1. Wetenschappelijke studies

Bekkers, R. (2012). Trust and volunteering: Selection or causation? Evidence from a 4 year panel study. Political Behavior, 34(2), pp. 225-247.

Boonen, J., Hooghe, M., Meeusen, C., Quintelier, E., & Verhaegen, S. (2012). Jeugdonderzoek 2012. Een eerste portret van de politieke en sociale overtuigingen van           veertienjarige Vlaamse jongeren. Leuven: KU Leuven.

Brehm, J., & Rahn, W. (1997). Individual-level evidence for the causes and consequences of social capital. American Journal of Political Science, 41(3), pp. 999-1023.

Chiru, M., & Gherghina, S. (2012). Does the confidence in the EU spill over to the national level? A longitudinal analysis of political trust in Central Europe. Perspectives on European Politics and Society, 13(2), pp. 226-245.

Dekker, P., & de Hart, J. (1999). Het sociaal kapitaal van de Nederlandse kiezer. Tijdschrift voor Sociologie, 20(3-4), pp. 303-331.

Fennema, M., & Tillie, J. (2001). Civic community, political participation and political trust of ethnic groups. Connections, 24(1), pp. 26-41.

Freitag, M., & Bühlmann, M. (2009). Crafting trust: The role of political institutions in a comparative perspective. Comparative Political Studies, 42(12), pp. 1537–1566.

Harteveld, E., van der Meer, T., & De Vries, C. E. (2013). In Europe we trust? Exploring three logics of trust in the European   Union. European Union Politics, 0(0), pp. 1-24.

Hooghe, M., Quintelier, E., Verhaegen, S., Boonen, J., & Meeusen, C. (2012b). Parent-Child Socialization Study (PCSS) 2012. Technical Report. Leuven: KU Leuven.

Inglehart, R. F. (2008). Changing values among Western Publics from 1970s to 2006. West European Politics, 31(1+2), pp. 130-146.

Iyengar, S. (1980). Subjective political efficacy as a measure of diffuse support. The Public Opinion Quarterly, 44(2), pp. 249-256.

Kaase, M. (1999). Interpersonal trust, political trust and non-institutionalised participation in Western Europe. West European Politics, 22(3), pp. 1-22.

Keele, L. (2007). Social capital and the dynamics of trust in government. American Journal of Political Science, 51(2), pp. 241-254.

Levi, M. (1996). Social and unsocial capital: a review essay of Robert Putnam's Making Democracy Work. Politics & Society, 24(1), pp. 45-55.

Mangum, M. (2011). Explaining political trust among African Americans: Examining demographic, media, and social capital and social networks effects. The Social Science         Journal, 48(4), pp. 589-596.

Miller, A. H. (1974). Rejoinder to "Comment" by Jack Citrin: political discontent or ritualism? The American Political Science Review, 68(3), pp. 989-1001.

Nelsen, B. F., & Guth, J. L. (2003). Religion and youth support for the European Union. Journal of Common Market Studies, 41(1), pp. 89-112.

Newton, K. (2001). Trust, social capital, civil society and democracy. International Political Science Review, 22(2), pp. 201-214.

  

Newton, K., & Zmerli, S. (2011). Three forms of trust and their association. European Political Science Review, 3(2), pp. 169-200.

Putnam, R. (1995). Bowling alone: America’s declining social capital. Journal of Democracy, 6(1), pp. 65-78.

Smith, E. S. (1999). The effects of investments in the social capital of youth on political and civic behavior in young adulthood: A longitudinal analysis. Political Psychology, 20(3), pp. 553-580.

Stolle, D. (1998). Bowling together, bowling alone: The development  of generalized trust in voluntary associations. Political Psychology, 19(3), pp. 497-525.

Stolle, D., & Rochon, T. R. (1998). Are all associations alike? Membership diversity, associational type, and the creation of social capital. American Behavioral Scientist,       42(1), pp. 47-65.

Tan, S. J., & Tambyah, S. K. (2011). Generalized trust and trust in institutions in Confucian Asia. Social Indicators Research, 103(3), pp. 357-377. 

Universiteit of Hogeschool
Vergelijkende en Internationale Politiek
Publicatiejaar
2014
Kernwoorden
Share this on: