Onderzoek naar kanselier- en andere mediabonussen in lokale kranten met betrekking tot lokale politici.

Bryan Vanderhaeghe
Persbericht

Onderzoek naar kanselier- en andere mediabonussen in lokale kranten met betrekking tot lokale politici.

 

De sterren van de streekkrant.

Uit onderzoek naar de berichtgeving over gemeentepolitiek in de regionale editie Gent en Rand van de Het Laatste Nieuws blijkt dat meerderheidspolitici vaker aan bod komen dan hun collega’s uit de oppositie. De aandacht die media besteedden aan politici, en in niet mindere mate aan hun collega’s, is iets wat politici mateloos bezighoudt. Meer dan eens hoort men oppositieleden klagen over de manier waarop de media hun aandacht verdelen. Dat deze klachten niet altijd onterecht zijn blijkt uit onderzoek naar de verdeling van de media-aandacht. Hierin wordt vaak bevestigd dat politieke actoren meer aandacht krijgen naarmate ze dichter bij de macht staan. Zo kreeg Verhofstadt als premier dubbel zoveel aandacht als diens uitdager Stevaert  en werd Clinton bij de Amerikaanse presidentsverkiezingen van 1996 duidelijk meer vermeld dan Dole.

 

Ook in lokale politieke verslaggeving blijkt er opvallend meer aandacht te gaan naar de meerderheidspartijen en hun leden dan naar de oppositie. Dit blijkt uit onderzoek naar de berichtgeving over de gemeentepolitiek in Gent en de aan Gent grenzende gemeenten in meer dan 470 artikels uit de regionale editie Gent en rand van Het Laatste Nieuws. De geselecteerde artikelen verschenen tussen 1994 en 2006.

Wat betreft de aandachtsverhouding meerderheidsleden - oppositieleden is er een overwicht, 65-35 procent, voor politici van de meerheid. Als deze meeraandacht vergeleken wordt met het electoraal aandeel van de coalitiepartijen kan hier weldegelijk van een mediabonus gesproken worden. Vooral de burgemeester en de eerste schepen krijgen een groot stuk van de aandachtstaart. Uitzondering hierop is het ontbreken van de burgemeesterbonus voor de Gentse burgervader Frank Beke in de legislatuur 2000-2006. Dat niet Frank Beke maar Daniel Termont de kandidaat-burgemeester van de Gentse SP.a was, is hiervan de oorzaak.

 

De conclusie dat de verschillende mediabonussen voor lokale meerderheidspolitici steeds aanwezig

zijn, moet wel genuanceerd bekijken worden.Ten eerste zien we dat de meerderheidsbonus voor politici van de coalitiepartijen in hoofdzaak afkomstig is van politici die een uitvoerend mandaat hebben. Deze politici krijgen in beide legislaturen meer dan de helft van de aandacht. Ten tweede moet erop gewezen worden dat de mediabonussen voor meerderheidspolitici niet op ieder moment in een regeerperiode even sterk zijn en soms volledig afwezig zijn. Zo valt op dat de duidelijke mediabonussen voor de  burgemeester, de meerderheidspolitici en zeker de politici met een uitvoerend mandaat gevoelig minder sterk zijn in verkiezingsperiodes dan in doordeweekse periodes. Vooral de aandacht voor de uitvoerende mandatarissen neemt af, waardoor mandaatloze kandidaten vaker aan bod komen. Toch krijgen politici van de meerderheid ook in de periode voor de verkiezing duidelijk meer aandacht dan leden van de oppositie. Dit is enerzijds te verklaren door het feit dat meerderheidspolitici vaker vermeld worden in de electorale rubrieken. Anderzijds verschijnt in de pre-electorale periode ook nog gewoon politiek nieuws, waarin politici van de meerderheid vlugger en vaker aan bod komen dan oppositieleden. De meerderheidsbonus blijft dus aanwezig in de verscheidene periodes, maar wel in verschillende sterkte.

 

De bonus die lokale partijen krijgen is dan weer veel kleiner in vergelijking met de bonus die hun politici krijgen. Enkel in de verslaggeving met betrekking tot Gent lijkt de mediatieke meeraandacht voor meerderheidspartijen veel hoger te liggen dan hun electoraal aandeel. Maar ook hier ligt de meeraandacht die de meerderheidspartijen krijgen lager dan die van haar politici. Hieruit kan men afleiden dat meerderheidspartijen in vergelijking met oppositiepartijen vlugger via hun (top)politici aan bod komen.

 

De Gentse sterren.

 

Als we specifiek naar Gent kijken valt op dat de schepenen een enorm aandeel van de aandacht krijgen. Zo trekt de eerste schepen evenveel aandacht naar zich toe als de brugmeester. Naast een bestuursbonus zien we tevens een duidelijke bonus voor de politici van de meerderheid, die bijna drie vierde van de aandacht krijgen.

 

Als we specifiek naar Gent kijken zien we dat eerste Schepen Sas Van rouveroij (VLD) over de volledige periode het meeste aandacht naar zich toe trekt. Van Rouveroij, die sinds 1994 eerste schepen was, trok immers bij beide verkiezingen naar de kiezer als kandidaat-burgemeester van de Gentse VLD. De andere grote meerderheidspartij, de toenmalige SP, trok in 2000 met zittend burgemeester Frank Beke als boegbeeld naar de kiezer. In 2006 was Daniel Termont, op dat moment schepen, de kandidaat-burgemeester van de Gentse SP.a., waardoor zittend burgemeester Frank Beke veel minder aandacht kreeg. De kandidaat-burgemeesters van de grootste coalitiepartij krijgen bij de twee verkiezingen wel de meeste aandacht. Andere opvallende namen in de mediahitparades zijn die van Koen Crucke (VLD) en Freya Van Den Bossche (SP). Dat deze twee nieuwkomers in de politiek bij de verkiezingen van 2000 behoorlijk wat aandacht krijgen kan erop wijzen dat het hebben van een bekende naam zelfs op lokaal vlak een voordeel is bij het verkrijgen van media-aandacht. Opvallend is de populariteit van VLD-politici , over de hele legislatuur komt 40 procent van de naamsvermeldingen van VLD-politici. Een score die in de lijn ligt van het aandeel naamsvermeldingen dat hun partij krijgt in die periode. Met 33 procent van de vermeldingen is de VLD de meest vermelde partij. Opvallend is de grote voorsprong op de tweede, de SP.a, die slecht 16 procent van de vermeldingen krijgt. In de verslaggeving naar aanloop van de verkiezingen van 2006 krijgt SP.a de meeste vermeldingen, al is de voorsprong op de tweede partij veel kleiner in vergelijking met de verkiezingen van 2000. Ook de SP.a- politici krijgen net als hun partij de meeste naamsvermeldingen (36%) tijdens de legislatuur ‘00-’06 . Opvallend is de minieme aandacht voor Vlaams Belang politici in vergelijking met de electorale grootte van hun partij. In vergelijking met het aantal naamsvermeldingen van haar politici valt het aantal partijvermeldingen voor het Vlaams Belang iets beter mee. Dat de partij procentueel meer aandacht krijgt dan haar politici is iets dat we bij alle oppositiepartijen zien. Bij de twee grote meerderheidspartijen zien we het omgekeerde, de politici van deze partijen worden procentueel meer vermeld dan hun partij.

 

Wat de juiste invloed van deze meeraandacht op de kiezer is, blijft tot op vandaag onduidelijk. Toch kan men stellen dat media voor zowel nationale als gemeente politiek in grote steden zoals Gent een steeds toenemende invloed hebben op de kiezer. Op die manier zou een meeraandacht zoals hierboven beschreven een vicieuze cirkel kunnen vormen. Hoe hoger de positie van een politicus, hoe meer hij in de media komt en hoe groter de kans wordt dat hij of zij herkozen wordt.

 

Bibliografie

De Swert,K. & Walgrave, S. (2002). De kanselierbonus in de vlaamse pers. Een onderzoek naar regering en oppositie in drie Vlaamse kranten (1991-2000). Tijdschrift voor sociologie, 23(3-4), 371- 404.

 

Domke, D.; Fan, D.P.; Fibison, M.; Shah, D.V.; Smith, S.S. & Watts, M.D. (1997). News Media, Candidates and Issues, and Public Opinion in the 1996 presidential Campaign. Journalism & Mass Communication Quarterly, 74(4), 718-737

Universiteit of Hogeschool
Communicatiewetenschappen
Publicatiejaar
2010
Share this on: