Het beeld van Alexander Farnese in pamfletten. Studie met de focus op enkele prominente gebeurtenissen tijdens zijn gouverneurschap 1578 – 1592

Charis Verbelen
Persbericht

Het beeld van Alexander Farnese in pamfletten. Studie met de focus op enkele prominente gebeurtenissen tijdens zijn gouverneurschap 1578 – 1592

 

De macht van het imago

Of hoe zestiende-eeuwse propaganda maakte dat we nu niet het beste elftal ter wereld hebben

 

Iedere Belg kent het fenomeen. Telkens we onze democratische plicht moeten vervullen, puilt onze brievenbus uit van de tandpastasmiles en propagandaslogans. Een tamelijk recent verschijnsel dacht u? Gedrukte imagopropaganda is zo oud als de uitvinding van de drukpers!

 

Vijfhonderd jaar geleden bestond er nog geen tv, en van YouTube of Twitter was er al helemaal geen sprake. Een democratie zoals we die nu kennen was er ook nog niet, maar met de macht van het volk moest toch rekening worden gehouden. Zodra men met de drukpers een middel had gevonden om de publieke opinie op grote schaal te bespelen, werd er gretig gebruik van gemaakt. Het pamflet was geboren.

De Opstand in de Nederlanden tegen Spanje was één van de eerste conflicten waarbij pamfletten een belangrijke rol speelden. Willem van Oranje, leider van de rebellen, was heel goed in imagebuilding. Verschillende schrijvers hielden zich in zijn opdracht bezig met het schrijven van liedjes (zoals het Wilhelmus) én pamfletten. Zij moesten hun broodheer ophemelen en de Spanjaarden zwartmaken. Deze propaganda hielp Oranje bij zijn opmars door de Nederlanden. Alexander Farnese, door Spanje in 1578 aangesteld als landvoogd, was de eerste die Willem niet alleen als militair en diplomaat evenaarde, maar die ook het belang van imagebuilding goed inschatte.

Zijn voorganger was amper tien dagen overleden, toen Alexander zijn eerste propagandacampagne lanceerde. De volgende vijftien jaar woedde er een heuse pamflettenoorlog tussen de rebellen en Alexander Farnese. Met Farneses imago als inzet. Het volk kon zijn leiders niet zelf verkiezen, maar een leider die het volk niet achter zich had staan, kon het in de zestiende eeuw ook wel vergeten. Iemands imago kon dus het verloop van de geschiedenis en zelfs het ontstaan van landen als Nederland en België beïnvloeden.

 

Deze pamflettenstrijd rond Farneses reputatie werd nu voor het eerst onderzocht. Het resultaat heeft wat weg van een januskop. Bepaalde thema’s komen regelmatig terug, waarbij het Spaanse kamp “wit” zei en het opstandige kamp “zwart”. Maar niet altijd.

Een belangrijk thema in de pamflettenpropaganda was bijvoorbeeld de vraag of Farnese een genadige vredebrenger was of een bloeddorstige tiran. Eerdere landvoogden, de hertog van Alva op kop, hadden een bedenkelijk imago. Farnese begon daarom meteen een charmeoffensief. Door zichzelf voor te stellen als een vredelievend man, wist hij twijfel te zaaien onder enkele opstandige katholieken in het zuiden van de Nederlanden. Farneses voorwaarden – gehoorzaamheid aan de Spaanse koning Filips II én aan de katholieke kerk – waren voor hen veel minder een struikelblok dan voor de protestantse rebellen en hun sympathisanten.

Willem van Oranje zag het gevaar en lanceerde een tegenaanval. Farnese was volgens pamfletten van zijn tegenstanders een wrede, leugenachtige tiran die onder het motto “verdeel en heers” de Nederlanden wou heroveren. Deze tegenpropaganda mocht echter niet baten. Precies door de hardnekkige weigering in te gaan op Farneses schijnbaar onschuldige vredesvoorstel, keerden drie zuidelijke provincies terug naar het Spaanse kamp. De landvoogd had zijn doel bereikt. Hij had zichzelf een uitvalsbasis voor de herovering van de Nederlanden bezorgd.

Toch liet Farnese ook steken vallen bij de opbouw van zijn imago. De stad Maastricht werd na haar val flink gebrandschat. Farnese maakte zelf een einde aan de plunderingen, maar omdat ook zijn eigen pamfletschrijvers hoog opgaven van de wreedheden (ter afschrikking van andere rebelse steden), maakte vooral het bloedbad indruk. Ook de vogelvrijverklaring van Willem van Oranje werd Farnese aangewreven. Bij de daaropvolgende aanslagen op Oranje werd hij met de vinger gewezen. Willems propagandamachine blies zelfs een spionagezaak op tot een moordcomplot met Farnese als opdrachtgever.

De landvoogd leerde echter snel bij. Tijdens zijn opmars door Vlaanderen en Brabant bood hij de overwonnen steden onverwacht milde vredesvoorwaarden aan. De pamflettencampagne die hij daar vervolgens rond voerde, bezorgde hem eindelijk het gewenste imago van “genadige vorst”. Op het hoogtepunt van zijn heroveringen, de belegering van Antwerpen, prees zelfs de vijand Farneses grootmoedigheid en goedheid!

 

Een ander belangrijk onderwerp in de pamflettenstrijd rond Farnese was zijn competentie als aanvoerder: was hij een ideale veldheer of een listige lafaard? Door zijn herovering van Vlaanderen en Brabant had Farnese respect afgedwongen. Toen ook Antwerpen viel, stond er geen maat meer op de loftuigingen van zijn aanhangers. Farnese werd geroemd als een dapper en plichtsbewust strategisch genie, door zijn soldaten op handen gedragen.

De opstandelingen waren uiteraard minder blij met Farneses tactische inzicht. Zij hadden het liever over listigheid en beschuldigden de landvoogd van omkoping. Aanvankelijk konden de rebellen echter moeilijk afdingen op Farneses overwinningen. Tijdens het beleg van Antwerpen gaven ook de belegerden in pamfletten toe dat Farnese een bekwame aanvoerder was.

Misschien vraagt u zich nu af waarom Farnese met dat fantastische imago dan toch de Nederlanden niet helemaal heroverde? Helaas voor Farnese speelden ook andere zaken een rol. De Nederlanden waren slechts een stukje van het Spaanse wereldrijk, en de Spaanse koning Filips II had andere plannen met zijn beste veldheer: de Engelsen een lesje leren omdat ze de opstandelingen steunden.

Toen de onoverwinnelijke Spaanse Armada nabij Engeland roemloos ten onder ging in noodweer, kon Farnese niet verhinderen dat hij in Spanje de zwartepiet kreeg toegeschoven. Aan het hof deden geruchten de ronde dat hij willens en wetens de missie had gesaboteerd. Die geruchten bereikten ook de Nederlandse pamfletschrijvers, die bovendien in de ondergang van de Armada ook de eerste nederlaag van Farnese zagen. Dat de aanval van de Armada was mislukt, was volgens hen het gevolg van de lafheid van de landvoogd, die op het juiste moment de haven niet uit durfde varen om zich bij de Armada te voegen. Farneses reputatie kreeg een flinke deuk.

De volgende jaren eiste Filips II bovendien dat Farnese zijn herovering van de Nederlanden in de koelkast zou zetten en in plaats daarvan de katholieken zou steunen in een Franse burgeroorlog. Door Farneses onwilligheid om Frankrijk hoger op zijn prioriteitenlijstje te zetten dan de Nederlanden en door de aanhoudende geruchten, verloor ook de Spaanse koning het vertrouwen in zijn beste generaal.

 

Farneses eigenhandig opgebouwde imago in de Nederlanden had hem geholpen bij de herovering van het zuidelijke deel. De internationale Spaanse politiek en de voor hem oncontroleerbare roddels aan het Spaanse hof verhinderden uiteindelijk een herovering van het noorden. Farnese stierf in 1592: uit de gratie, zonder financiën en volledig uitgeput door een oorlog op twee fronten. De splitsing van de Nederlanden was een feit.

 

Bibliografie

 

1. Bronnen

1.1. Uitgegeven

Apologie of Verantwoording van de prins van Oranje 1581 gevolgd door het Plakkaat van Verlating 1581 met enige begeleidende correspondentie, A. ALBERTS en J.E. VERLAAN eds., Nieuwkoop, 1980.

De moord van 1584. Oorspronkelijke verhalen en gelijktijdige berichten van den moord gepleegd op prins Willem van Oranje. Met eenige bijlagen en aanteekeningen uitgegeven, J.G. FREDERIKS ed., Den Haag, 1884.

Documents concernant le siège d’Anvers par le prince de Parme et la réconciliation de cette ville avec Philippe II, L.P. GACHARD ed., in Bulletin de la Commission royale d’histoire, 3e série, tome XII, 1871.

Het Geuzenliedboek, E.T. KUIPER ed., 2 dln., Zutphen, 1924. (Online terug te vinden via DBNL: Het Geuzenliedboek, 2009 (http://www.dbnl.org/tekst/_geu001geuz01_01/index.htm).

Les cruels et horribles torments de Balthazar Gerard, assassin de Guillaume de Nassau, Prince d’Orange, Gent en Parijs, 1856. (Dit is een uitgave van het pamflet Les cruels horribles tormens de Balthazar Gerárd, Bourguignon, vrai martyr, souffertz en l’exécution de sa glorieuse et memorable mort, pour avoir tué Guillaume de Nassau, prince d’Orenge, ennemy de son roy et de l’eglise catholique; mis en françois d’un discours latin envoyé de la ville de Delft, au comte de Hollande, A Paris, Chez Jean de Carroy, 1584.)

 

1.2. Onuitgegeven

ALEXANDER FARNESE, Lettres de Monseigneur le prince de Parme, Plaisance, &c. Lieutenant, Gouuerneur, & Cap. general pour le Roy, en ses pays d’embas. Addressantes Aux Bourguemaistres, Escheuins, Conseil, Ghuldes, & Bourgeois manans & habitans de la Ville de Bruxelles: Par lesquelles son Exe leur presente la grace de sa Matez moyennant leur reconciliation, A Mons en Haynault, Chez Rutgher Velpius, 1580.

Articvlen, Ende Conditien vanden Tractate, Aengegaen ende ghesloten tusschen de Hoocheyt vanden Prince van Parma, Plaisance, &c. Stadthouder Gouuerneur ende Capiteyn Generael vanden Lande van Hervvaerts ouere, inden name vande Coninclijcke Maiesteyt van Spaengien, als Hertoghe van Brabant, ende Marckgraue des heylichs Rijcx ter eenre, ende de Stadt van Antvverpen ter ander syden: Den xvii. Augusti, m.d.Lxxxv., T’Hantvverpen, by my Daniel Vervliet, 1585.

AURELIUS URSUS, De bello belgico, Perusiae, ex typographia Andreae Brixiani, 1586.

Ban, ende edict by vorme Van proscriptie, vuytgegaen ende gedecreteert by onssen alregenadichsten Heere de Coninck, tegens Wilhelm van Nassau, Prince van Oraignyen, als hooft, beruerder en bederuer van tgheheel Christenrijck, ende namentlyck van dese Nederlanden: Waerby een yegelijck gheauctorjseert wordt van hem te beschadigen, offenderen ende vuyter weerelt te helpen, mit loon ende prys voor den ghenen die des doen, oft daer toe assisteren sullen, Tot Tshertogenbossche by Ian Schoeffer, 1580.

Breeder verclaringhe vande Uloote van Spaengnien. De bekentenisse van Don Diego de Piementel, opper velt heer van een Regiment Crijschvolck van zijne Mt. de Coninc van Spanien, Hem afghevraecht inden Haghe int bywesen vande principael Heeren, een seer vremde ende wonderlijcke antwoorde, 1588.

Brief Der Staten van Artois ende der Ghedeputeerden van Henegauwe ende Douay: tot de Ghedeputeerde van de Staten-Generaal van de Nederlanden, vergadert in de stadt van Antwerpen. Met de Andwoorde op de selue ghegheuen door de voorseyde Ghedeputeerde van de Staten-Generaal: Door welcke de voorseyde Staten-Generaal veronschuldicht worden van de schulden ende misdaden diemen hen oplegt, aengaende d’ouertredinghe vande Pacificatie van Gendt, T’Antwerpen, By Christoffel Plantijn, 1579.

Brief discovrs svr la negotiation de la paix, Qui se traicte presentement à Coloigne, entre le Roy d’Espaigne, & les Estats du Pays bas, Leiden, 1579.

BRUSSEL, Koninklijke bibliotheek, ms. II.1115, PAOLO RINALDI, Liber relationum eorum quae gesta fuere in Belgio et alibi per sermum d. Ducem Alexandrum Farnesium.

CESARE CAMPANA, Assedio e racqvisto d’Anversa, Fatto dal sereniss. Alessandro Farnese Prencipe di Parma, &c. Luogotenente, Gouernatore, e Capitan Generale ne Paesi Baßi, del Catholico, e Porentissimo Filippo secondo re di Spagna, In Vicenza, Apreßo Giorgio Greco, 1595.

CESARE CAMPANA, Imprese nella Fiandra del sereniss. Alessandro Farnese ... Historia di Cesare Campana. Aggiontoui gl'arbori de' conti di Fiandra, In Cremona: appresso Francesco Pellizzarij, 1595.

Copie eines Brieffs geschriben zu Beuern in Flandern, zwo meyl von Antorff den xxij. May 1585. auß des Durchleuchtichsten Fursten vnnd Herrn, Alexandro Herzog von Parma, Obersten Gubernator deß Großmechtigsten Königs von Hispanien angebornen Niderlandt, Hoff, Auß dem Französischen Exemplar, in diese abreuiert verfast, von den grossen wunderthetigen sieg erhalten, wider de Feind der Catholischen Römischen glaubens, Gedruckt zu Cölln, bey Gerhart von Campen, 1585.

Copie van eenen Brief, by den Prince van Parme, ghesonden aen de Staten-Generaal vanden landen van herwaerts ouer tot Antwerpen vergadert zijnde: Ende Antwoorde der voorschreuen Staten-Generaal daerop gedaen, den xiisten Martij, T’Antwerpen, By Christoffel Plantijn, 1579.

Copie: Einer Missiue wt Antwerpen geschreuen an den Heren Statholder vnd Rhaden des Fustendumbs Gelder vnd Graeffschap Zutphen, Ghedruct toe Aernhem, By my Wilhelm Jansoen van Campen, 1582.

Copye van eenen brief geschreuen wt Brugghe aen eenen goeden Patriot tot Antwerpen, waer in verhaelt wordt den veraderlicken aenslach, deur den welcken sommige verraders zijn hoochz ende zijn Exe hebben willen ombringhen, [1582].

 Copye wt Delft Vant claghelijck feyt te Delft gheschiet hoe door belooften vanden Prince van Parma eenen met naemen Balthasar Serack een Bourgonion hem verstout heeft ons te berouen van onsen beschermer den Edelen Prince van Orangien den x. Julij. 1584. gheschiet: met eens deels den gheuanghen sijn confessie, 1584.

Cort verhael Uan t’ moordadich feyt geperpetreert Inden Persoone vanden Deurluchtigen Prince mijnen Heere den Prince van Oraengien, Graue van Nassau, Marckgraue vander Uere, etc. by Jan Jauregui Spaengnaert, T’ Antwerpen, Ten huyse van Christoffel Plantijn, 1582.

Cort verhael Uande Moort ghedaen aen den peroone vanden seer Doorluchtighen Prince van Orangien, 1584.

Discours oft Uerhael ghemaect op de quetsure van mijn Heere de Prince van Oraignen, 1582.

Discovrs dv siege et prinse de la ville de Mastrich, en Flandres: par le Duc de Parme, Gouuerneur general du pays, pour la Maiesté Catholique. Ensemble des asauts qui y ont esté donnez, le nombre des morts de chacun costé, & autres particularitez notables, A Paris, Chez Iean d’Ongoys, 1579.

Discovrs svr la blessvre de monseignevr le Prince d’Orange, 1582.

Discovrs tragicqve et veritable de Nicolas Salcedo svr l’empoisonnement par luy entreprins, en la personne de Monseigneur le Duc de Breban d’Aniou, & d’Alençon frere du Roy. Auec les iugements & arrests donnez contre iceluy, pour raison desquelz il a esté executé a mort à Paris, le xxv. Octobre, mil cinq cens quatre vingts & deux, 1582.

Een Vvarachtighe geschiedenisse die binnen de vermaerde Coopstadt van Brugghe, in het Jaer 1582. ghebeurt is, deur dien dat Coninck Philips van Spaegnien wederomme nieuwe Verraders ende Moorders ghehuert ende wtghesonden heeft, om den Hertoghe van Brabandt, Ghelderlandt, Anjou Alenchon, etc. Graue van Vlaenderen, Hollandt, Zeelandt etc. ende den Prince van Orangie het leuen te benemen met vergift oft deur eenighe andere moorderije. Waerin noch verhaelt staet, van alle het ghene, hoe dat hem een Uerrader in de gheuanckenisse heeft omghebracht: ende voort, hoe dat hy wt de gheuanckenisse ghehaelt is, ende hebben die sententie ouer hem ghelesen, ende is daer na, nae der galghe ghesleept, ende hebben hem zijn misdaet gheschreuen, ende op zijn beenen geset, voor alle menschen te lesen: ende naer dien hebben sy hem ghequartiert, ende zijn hooft op eenen staeck gheset, tot Delft, By Cornelis Iansz, 1582.

Een warachtighe declaratie van die vrome edel Stadt van Maestricht, die so sterck was beleghert en oueruallen vanden vyandt, welc te beclaghen is, sulcken uromen Stadt die welck haer so uromelijc ghehouden heeft teghen die Spaensche Tyrannen, om te beschermen haer suader Lant.

Eenen Uuellecom ende Adieu op de Reconciliatie der Stadt van Antwerpen Bruessele ende Mechelen, Gheprent tot Loeuen, 1585.

Eine gar liebliche Freuntliche Gottselige vnnd Christliche Antwort, deß Durchleuchtigsten vnd Hochgeborn Fursten vnd Herrn, Herrn Alexander, Prinzen von Parma, Gubernator vnd Obersten Velthauptman der Niderland, von wegen deß Großmechtichsten Königs von Hispanien. Deßgleichen König in Christenheit nicht ist, gethan auff deren von Antorff lezte antwort, Gedruckt zu Cöln, bey Gerhart von Campen, 1585.

EMANUEL VAN METEREN, Historie der Nederlandscher ende haerder naburen oorlogen ende geschiedenissen tot den iare 1612, Den Haag, 1614.

GIOVANNI SAVORGNANO red., Raccolta di diverse compositioni sopra le vittorie acqvistate in Fiandra dal serenissimo Alessandro Farnese dvca di Parma, et di Piacenza, etc., In Parma, Appresso Erasmo Viotto, 1586.

Historie Balthazars Gerardt, alias Serach, die den Tyran van tN’ederlandt den Prince van Orangie doorschoten heeft: ende is daerom duer grouwelijcke ende vele tormenten binnen de stadt van Delft openbaerlijck ghedoodt, 1584.

IOANNES BOCHIUS, Panegyrici in Antverpiam sibi et regi obsidione restitvtam. Per magnum illum atque inuictum Alexandrvm Farnesivm, Parmae ac Placentiae Ducem, aurei velleris equitem, & maximi inuictissimique Fhilippi II. Hispaniarum Regis Catholici apud Belgas praefectum, Antverpiae, Ex Officina Christophori Plantini, 1587.

[JOHANNES WTENBOGAERT], Onderrichtinghe, Op de Missive van P.V.H, aende Ho. Mo. Heeren Staten Generael ende zijne Vorst. Doorle. den Prince van Orangien. Nopende de saecke van Amsterdam. Daer in ontdeckt ende wederleyt worden verscheyden mysterien schuylende achter den Autheur van die Missive, ende zijnen aenhangh, tot nadeel vande publijcke Authoriteyt, de ruste van ’t Landt ende ’t welvaren der wijtberoemde Stadt Amstelredam, 1629.

La mort dv prince d’Orange, tve en trahison d’vn coup de Pistolle. Ensemble la deploration de La Princesse d’Oranges sur le corps de son espoux. Discours tresveritable, & digne d’estre leu d’vn chacun, tant pour se garder des traistres, que pour ne tomber, où le miserable assassinateur est tombe, a Lyon par Benoist Rigavd, 1584.

Les cruels horribles tormens de Balthazar Gerárd, Bourguignon, vrai martyr, souffertz en l’exécution de sa glorieuse et memorable mort, pour avoir tué Guillaume de Nassau, prince d’Orenge, ennemy de son roy et de l’eglise catholique; mis en françois d’un discours latin envoyé de la ville de Delft, au comte de Hollande, A Paris, Chez Jean de Carroy, 1584.

M.S. HEYTALIAEN, Lamentatie, Ofte beclach van den prince van Parme ouer zijn ongheluck, hem wedervaren inden Jaere, xvC.Lxxxviij., 1589.

Nvovo aviso, e particolar discorso della mirabile espugniatione d Anuersa, Con le Capitulationi, & trattati di essa. Ottenuta, dal Serenissimo Inuittissimo & Massimo Alessandro Farnese. Con le solennità, e trionfi fatti mentre S.A. Sereniss. prese l’Ordine del Tosone, di S.M. Catholica, in Milano, Per Michel Tini, 1585.

PIETER CHRISTIAENSZ BOR, Oorsprongk, begin, en vervolgh der Nederlandsche oorlogen, beroerten, en borgerlyke oneenigheden, beginnende met de koomste van Alexander Farnese, Prince van Parma, en Eyndigende omtrent het laetste van Junius des Jaers 1587, Amsterdam, 1680. (afgekort als P.C. BOR, Oorsprongk, II)

PIETER CHRISTIAENSZ BOR, Oorsprongk, begin, en vervolgh der Nederlandsche oorlogen, beroerten, en borgerlyke oneenigheden, beginnende met het vervolgh van de belegeringh van Sluys, onder den Prins van Parma, in den jaare 1587, en eyndigende met het jaer 1594, Amsterdam, 1681. (afgekort als P.C. BOR, Oorsprongk, III)

Sendt-Brief, Des Prince van Parme aen Borgmeestren, Schepenen, ende Raedt der Stadt van Antwerpen. Midsgaders aenden Breeden-Raet, ende den Gulden der seluer stadt. Met de Antvvoorde Der voors. Heeren Borgmeestren, Schepenen, Tresoriers, Rentmeester ende Raet, op den voors. Sendt-brief, met ghemeyn goetduncken ende bewillinghe vande Leden der Stadt voors., T’Antvverpen, By Gillis vanden Rade, 1584.

The miserie of Antwerpe: With the Troubles that are (at this instant.) in Flaunders and many other Townes in the Lowe Countries, by means of the Prince of Parmas power: who by violent force seekes to oppresse and depriue the Inhabitants there, both of life and goodes. Herein is also described the maner of the Bridge, and Fortresses sherunte raised by the Prince of Parma, whereby is stopped up the course (by Sea) betweene Antwerpe and Lillo, with the true length, breadth and situation of the same Bridge, 1585.

Translaet van eenen gheintercipeerden brief ghesonden van den Contador Alonso Curiel aen den Prince van Parme. Wt den welcken openbaerlick ontdect worden de valsche ende dobbele treken, waer door de Spaniaert beneersticht te bedrieghen die van herwaerts ouer, om de selue te wapenen teghen haer eyghen Vader-landt, T’Antwerpen, By Christoffel Plantijn, 1579.

Tvvee corte Sermoenen: Het eene ouer den Doop des Soons vanden seer Doorluchtighen Prince van Orangien, ende t’andere op de begraeffenisse desseluen Prince: Ghepredict en wtghegheuen tot vermaninghe ende vertroostinghe der Ghemeente Christi in dese quade ende bedroefde tijden, Tot Delff, By Aelbrecht Hendricxz., 1584.

Uriendelijcke waerschouwinghe aen de Staten van Artois, van Henegouwe en van Douay. Waer men wel blyckelijck mach sien, wie de gene zyn, die met redene moghen verordeelt worden, ghebroken te hebben de Pacificatie van Ghendt, 1579.

Uvaerachtighe verclaeringhe van de Armade des Conincx van Spaengien, van lisbona gheseylt, nae Enghelandt ende dees Landen, en vande gheweldighe teghenstandt der Coninginne van Enghelandts Armade, die haer vernielt, verdreuen, ende naegheiaecht hebben van Pleymuyen tot inde Noort Zee, nae de waerachtighe belydenisse die daer van ontcomen ende ghevanghen ghenomen zijn, Ghedruckt tot Amstelredam, by Cornelis Claesz., 1588.

Van den Staet der tegenwoerdiger Nederlandtsche Regierung, 1583.

Van die verlossinghe der vermaerder Coopstadt van Antwerpen, ende van die groote goedertierenheyt des Heeren, een zeer schoone Onderwysinghe tot ghemeyn ruste ende Weluaren des Landts, 1585.

Verhael op de Quetsure van Mijn heer den Prince van Oragnien, 1582.

Verhael vande Moort, ghedaen aenden Persone des Doorluchtighen Hooghgheboorn Fursten ende Heeren, Heern Wilhelms byder gratien Godts, Prince van Oraengien, Graue van Nassau, Catzenelnbogen, Vianden, Dietz, Lingen, Buren, Leerdam etc. Marquiz vander Veere, ende van Vlissinghen, Heere ende Baron van Breda, Grimberghen, Arlay, Nozeroy etc. Erff-Burch-Graeff van Antwerpen, ende van Bezanson, hooch-loflijcker memorien. In zijn leuen, Gouuerneur Generael, van Brabandt, Hollandt, Zeelandt, Frieslandt, ende Vtrecht, Admirael vander Zee, Tot Delf, By Aelbrecht Hendricxz., 1584.

Vermaninghe tot peis aen d’Ouerheit ende Volcke van de Stat van Antwerpen ende ander ghealtereerde Nederlanden, 1585; Het beclach Uan Antwerpen, beclaghende het quaet gouuernement dat sy tot noch toe gheleden heeft, door haer licht gheloouen, waer inne wort verhaelt al den handel die buyten en binnen haer gheschiet is, tot waerschouwinghe dat elck hem wachte voor alle gheesten soo licht te gheloouen, T’Hantwerpen, By Mattheus de Rische, 1585.

Vvaerschouwinghe aen alle goede Inghesetenen vanden Nederlanden, die tot beschermenisse vande vrijheydt van hunne Religie, persoonen, Preuilegien, ende oude hercomen, teghens die tyrannie vande Spaingnaerden ende heuren aenhanck, t'samen verbonden ende vereenicht sijn, 1583.

Waerschouwinghe voor eenighe ongewillighe borgheren ende ingesetenen der stadt van Antwerpen die hun niet en willen tot en goedt accordt vueghen metten coninck van Spaengnien, Antwerpen, Moretus Joannes, 1585.

Warachtich verhael van tghene dat binnen der stadt van Brugge gheschiet is inde maent van Julius 1582. Inhoudende de middelen die de Coninck van Spanien wederomme heeft willen te wercke stellen om den Hertoghe van Brabant, Ghelderlandt, Anjou Alenchon, etc. Grave van Vlaendren, Hollandt, Zeelandt, etc. ende den Prince van Orangie het leven te benemen met verghift oft deur eenighe andere moorderye, 1582.

Warhafftige Neuwe Zeitung von Mastricht, Darinnen fast die fůrnembsten Ausfell, Schiessen, Scharmůzeln, und Stůrmen, Sampt andern verlauffnen sachen, so von anfang der Belegerung, bis auff den 8. Junij, dieses 1579. Jars, sich begeben vnd zugetragen haben, Ausder Statt Achen, den 12. Junij, an einen guten Freundt geschrieben, 1579.

Warhafftige vnd Eigentliche beschreibung, Von der Gebůrt, Leben vnd Sterben deß Prinzen von Orangien, Graff Wilhelm vonn Nassauw, vmbkommen ist. Auch mit was Tormenten, Marter vnd pein Balthasar Serack, so die That gethan, derhalben zu Delfft in Hollandt vom leben zum Todt gebracht, 1584.

Warhafftige, Und Erbermliche zeitung, Von der grossen Blůtstürzung, der Statt Mastrich, Wie sie von den Teütschen vn Spaniern mit Sturmender hand eingnommen, Unnd alles was sich zur Wehr begeben, erwůrget, Beschehen am tag Petri unnd Pauli, etc., 1579.

WILLEM I, PRINS VAN ORANJE, Advis du Prince d’Orange sur la partie à prendre dans la situaion critique où se trouvent les Pays-Bas. (Terug te vinden in P.C. BOR, Oorspronck, II, 349-354.)

WILLEM I, PRINS VAN ORANJE, Apologie ofte Verantwoordinghe des Doerluchtighen ende Hooghgeborenen Vorsts ende Heeren, Heeren Wilhelms van Godes ghenade Prince van Orangien, Graue van Nassau, Catzenellenboghen, Dietz, Vianden, etc. Erf-burghgraue van Antwerpen, ende van Besanson: Baenerheere van Breda, Diest, Grimberghe, van Arlay, Nozeroi, etc. ende Heere van Chastel-bellin, etc. Stadthouder Generael van de Nederlanden: Gouverneur ouer Brabant, Hollandt, Zeelandt, Vrieslandt ende Utrecht: ende Admirael, etc. Teghen den Ban ofte Edict by forme van Proscriptie ghepubliceert by den Coningh van Spaegnien teghen den voorsz. Heere: waer wt sal blijcken hoedanigh dat sijn de lasteringhen ende valsche beschuldinghen in den voorsz. Ban begrepen, Tot Leiden. By Charles Silvius, 1581.

WILLEM I, PRINS VAN ORANJE, Sendtbrief Des doorluchtigen en hoochgeborenen Vorsten ende Heeren, Heeren Guillame, Prince van Orangien, Graue van Nassau, Lieutenant generael van zyne Hoocheyt in dese Nederlanden. Aende Prouincien ende Steden deser Nederlanden, die inde generale Unie ghebleuen zijn, aengaende het Uerdrach tusschen den Prince van Parme ende de gedesvnieerde Prouincien ghepasseert. Metgaders de copye des voors. Uerdrachs, 1579.

Wreede Turcksche Uvonderlijcke verhalinghe van dit leste verraet, voorghenomen teghen Ducks Dangiu onsen gheduchtighen Heere, ende teghen den Eedelen Prince van Orangien, gheschiet binnen Brugghe desen vierentwintichsten dach van Julij. Anno 1582. Waer in verhaelt vvort dat onsen Hertoghe zijn eyghen volck, ende den Prince zijn eygen Disghenoten hem souden vergeuen hebben, en den Hertoghe doorschooten. Oock ware tijdinghe van de sterckte van ons Legher, ende de hulpe die tot onser assistentie compt, Ghedruckt by my Jan Moyt Jacobszoon van Leyden, 1582.

Zeittung und gründlicher bericht Von der Herrlichen Victori, so Prinz von Parma, Kön: Mayest: auß Hispania Obrister im Niderland, newlicher zeit wider die Stades, vor Antorff, auff den Deichen erhalten, Gedruckt zu Můnchen, bey Adam Berg, 1585.

Zeitung auß Andorff, Kurtzer Grundlicher bericht, wie der Herzog von Alanzon zu einem Herzogen in Brabant, den 22. februarij, dieses 1582. Jar angenommen vnnd gehuldet worden. Darneben wie der Prinz von Oranien durch die Backen geschossen worden, den 17. Martij, 1582.

 

1.3. Catalogi

British Library Integrated Catalogue, (http://catalogue.bl.uk).

COCKX-INDESTEGE, E., GLORIEUX, G. en OP DE BEECK, B., Belgica Typographica 1541-1600. Catalogus librorum impressorum ab anno MDXLI ad annum MDC in regionibus quae nunc Regni Belgarum Partes sunt, 4 dln., Nieuwkoop, 1968-1994.

Edit16 – ICCU, 2008 (http://edit16.iccu.sbn.it)

Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience, Antwerpen: Online catalogus, 2009, (http://anet.ua.ac.be /desktop/ehc).

KNUTTEL, W.P.C., Catalogus van de pamflettenverzameling berustende in de Koninklijke Bibliotheek, I, Den Haag, 1889.

MULLER, F., De Nederlandsche geschiedenis in platen. Beredeneerde beschrijving van Nederlandsche historieplaten, zinneprenten en historische kaarten, I, Amsterdam, 1970.

PiCarta, 2009 (http://www.picarta.nl).

POLAK-SUETENS, J. en VERTESSEN, I., Inventaris pamfletten stadsarchief Antwerpen 1520-1881, 1983.

The Early Modern Pamphlets Online, 2009 (http://tempo.idcpublishers.info).

TIELE, P.A., Bibliotheek van Nederlandsche pamfletten. Eerste afdeeling. Verzameling van Frederik Muller, 1, Amsterdam, 1858.

VAN DER WULP, J.K., Catalogus van de tractaten, pamfletten, enz. over de geschiedenis van Nederland, aanwezig in de bibliotheek van Isaac Meulman, I, Amsterdam, 1866.

ZIJLSTRA, W.C., Den Zeusen beesem: Catalogus van de Nederlandse pamfletten (alsmede de niet-Zeeuwse plakkaten en ordonnanties) tot en met 1795, aanwezig in de Zeeuwse Bibliotheek, 1, Middelburg, 1994.

 

2. Werken

ARBLASTER, P., ‘Policy and publishing in the Habsburg Netherlands 1585-1690’, S.A. BARON en B. DOOLEY red., The Politics of Information in Early Modern Europe, Londen, 2001, 179-198.

ARNADE, P., Beggars, iconoclasts, and civic patriots: the political culture of the Dutch revolt, Ithaca, 2008.

BOONE, M., ‘Civitas mori potest si authoritate superioris damnetur. Politieke motieven voor het bewust verwoesten van steden (14de-16de eeuw)’, Verwoesting en wederopbouw van steden van de middeleeuwen tot heden (Gemeentekrediet, Historische Uitgaven, 100), Brussel, 1999, 339-368.

COIGNEAU, D., ‘Literatuur en pennestrijd’, J. DECAVELE red., Het eind van een rebelse droom. Opstellen over het calvinistisch bewind te Gent (1577-1584) en de terugkeer van de stad onder de gehoorzaamheid van de koning van Spanje (17 september 1584), Gent, 1984, 91-102.

COOLS, H., DE JONGE, K. en DERKS, S., Alexander Farnese and the Low Countries, Turnhout. (in druk)

CRAEYBECKX, J., ‘De val van Antwerpen en de scheuring der Nederlanden, gezien door de grote Noordnederlandse geschiedschrijvers van de eerste generatie’, J. CRAEYBECKX, F. DAELEMAN en F.G. SCHEELINGS red., “1585: Op gescheiden wegen…” Handelingen van het colloquium over de scheiding der Nederlanden, gehouden op 22-23 november 1985, te Brussel, Leuven, 1988, 121-149.

DARBY, G., ‘Narrative of events’, G. DARBY red., The origins and development of the Dutch revolt, Londen, 2001, 8-28.

DECAVELE, J., ‘Biografie van Pierre Loyseleur de Villiers’, Apologie van Willem van Oranje. Hertaling en evaluatie na vierhonderd jaar 1580-1980, Tielt, 1980, 13-14.

DE GROOF, B., ‘Alexander Farnese and the origins of modern Belgium’, Bulletin van het Belgisch historisch instituut te Rome, 63 (1993), 195-219.

DE SCHEPPER, H., ‘De ‘Reconquista’ mislukt. De katholieke gewesten 1579-1588’, P.J. BLOK red., Algemene geschiedenis der Nederlanden, VI, Bussum, 1980, 262-278.

De Opstand in de Nederlanden, 2009 (http://dutchrevolt.leidenuniv.nl/nederlands/).

DE WAELE, M., ‘Entre concorde et intolérance: Alexandre Farnèse et la pacification des Pays-Bas’, T. WANEGFFELEN red., De Michel de L’Hospital à l’édit de Nantes. Politique et religion face aux Églises, Parijs, 2002, 51-70.

DIJSTELBERGE, P., ‘Ik wil dat er gelezen wordt’, J. DE KRUIF, M. MEIJER DREES en J. SALMAN red., Het lange leven van het pamflet. Boekhistorische, iconografische, literaire en politieke aspecten van pamfletten 1600-1900, Hilversum, 2006, 44-55.

DOOLEY, B., ‘Sources and methods in information history. The case of Medici Florence, the Armada, and the siege of Ostende’, J.W. KOOPMANS ed., News and Politics in Early Modern Europe (1500-1800) (Groningen Studies in Cultural Change, 13), Leuven, Parijs en Dudley, 2005, 29-46.

DUKE, A., ‘Dissident Propaganda and Political Organization at the Outbreak of the Revolt of the Netherlands’, P. BENEDICT e.a. red., Reformation, Revolt and Civil War in France and the Netherlands 1555-1585, Amsterdam, 1999, 115-132.

DUKE, A., ‘Nonconformity among the kleyne luyden’, Reformation and Revolt in the Low Countries, Londen en Ronceverte, 1990, 101-124.

DUKE, A., ‘Posters, Pamphlets and Prints: The Ways and Means of Disseminating Dissident Opinions on the Eve of the Dutch Revolt’, Dutch Crossing, 27 (2003), 23-44.

FERNANDEZ-ARMESTO, F., The Spanish Armada: the experience of war in 1588, Oxford, 1988.

FRUIN, R., ‘De oude verhalen van den moord van prins Willem I’, De tachtigjarige oorlog: Historische opstellen, 2, Den Haag, 1909.

GEURTS, P.A.M., De Nederlandse Opstand in de pamfletten 1566-1584, Utrecht, 1983.

GROENVELD S. e.a., De kogel door de kerk? De Opstand in de Nederlanden 1559-1609, Zutphen, 1983.

GROENVELD, S. en LEEUWENBERG, H.L.P. red., De Unie van Utrecht. Wording en werking van een verbond en een verbondsacte, Den Haag, 1979.

HARLINE, C.E., Pamphlets, printing, and political culture in the Early Dutch Republic, Dordrecht, 1987.

HORST, D.R., ‘De metafoor als cliché. Het beeld van Willem van Oranje in propagandaprenten uit de eerste decennia van de Nederlandse Opstand’, J. DE KRUIF, M. MEIJER DREES en J. SALMAN red., Het lange leven van het pamflet. Boekhistorische, iconografische, literaire en politieke aspecten 1600-1900, Hilversum, 2006, 192-201.

HORST, D.R., De Opstand in zwart-wit. Propagandaprenten uit de Nederlandse Opstand (1566-1584), Zutphen, 2003.

JANSSENS, G., ‘Pacification générale ou réconciliation particulière? Problèmes de guerre et de paix aux Pays-Bas au début du gouvernement d’Alexandre Farnèse (1578-1579)’, Bulletin van het Belgische historisch instituut te Rome, 53 (1993), 251-278.

JOWETT, G.S. en O’DONNELL, V., Propaganda and persuasion, Beverly Hills, 1986.

KINDS, K., Kroniek van de opstand in de Lage Landen 1555-1609, Actuele oorlogsverslaggeving uit de zestiende eeuw met 228 gravures van Frans Hogenberg, II, Wenum-Wiesel, 1999.

KOSSMAN, E.H. en MELLINK, A.F., Texts concerning the Revolt of the Netherlands, Cambridge, 1974.

KEMP, A.G.H., ‘Het verloop van de bevolkingscurve van Maastricht tot 1830’, Miscellanea trajectensia. bijdragen tot de geschiedenis van Maastricht (Werken uitgegeven door Limburgs geschied- en oudheidkundig genootschap gevestigd te Maastricht, nr. 4), Maastricht, 1962, 339-362.

KOSSMAN, E.H., ‘De Nederlandse Opstand. Constitutie, autonomie en soevereiniteit’, Geschiedenis als een olifant. Een keuze uit het werk van E.H. Kossmann, Amsterdam, 2005, 53-111.

Lijst van drukkers bij de Universiteitsbibliotheek Utrecht, (http://drukkers.library.uu.nl/).

LOBIES, J.P., LOBIES, F.P., IBN: index bio-bibliographicus notorum hominum, Osnabrüc, 1973-…

LOSADA MALVAREZ, J.C., Los generales de Flandes. Alejandro Farnesio y Ambrosio de Spinola, dos militares al servicio del imperio Español, Madrid, 2007.

MACZKIEWITZ, D., Der niederländische Aufstand gegen Spanien (1568-1609). Eine kommunikationswissenschaftliche Analyse, Münster, 2005.

MARNEF, G., ‘Burgemeester in moeilijke tijden: Marnix en het beleg van Antwerpen’, H. DUITS en T. VAN STRIEN red., Een intellectuele activist. Studies over leven en werk van Philips van Marnix van Sint Aldegonde, Hilversum, 2001, 28-36.

MARTIN, C. en PARKER, G., The Spanish Armada, Londen, 1988.

MEIJER DREES, M., ‘Pamfletten, een inleiding’, J. DE KRUIF, M. MEIJER DREES en J. SALMAN red., Het lange leven van het pamflet. Boekhistorische, iconografische, literaire en politieke aspecten van pamfletten 1600-1900, Hilversum, 2006, 9-28.

MORETTI, S., ‘La trattatistica italiana e la guerra: il conflitto tra la Spagna e le Fiandre (1566-1609)’, Annali dell’Instituto storico italo-germanico in Trento, Bologna, 20 (1994), 129-163.

NAPPI, M.R., ‘Le imprese di Alessandro Farnese fra cronaca ed epopea’, Bulletin van het Belgisch historisch instituut te Rome, 63 (1993), 307-335.

PARKER, G., De Nederlandse Opstand. Van beeldenstorm tot bestand, Antwerpen en Utrecht, 1981.

PARKER, G., The Army of Flanders and the Spanish Road 1567-1659. The logistics of Spanish Victory and Defeat in the Low Countries’ Wars, Cambridge, 1972.

PARKER, G., The Grand Strategy of Philip II, New Haven en Londen, 1998.

PARKER, G., ‘Was Parma ready? The Army of Flanders and the Spanish Armada in 1588’, H. SOLY en R. VERMEIR red., Beleid en bestuur in de oude Nederlanden, Liber amicorum prof. dr. M. Baelde, Gent, 1993, 283.

Pier Luigi Farnese, Duke of Parma – Wikipedia, the free encyclopedia, 2009 (http://en.wikipedia.org/ wiki/Pier_Luigi_Farnese,_Duke_ of_ Parma).

POLLMANN, J. en SPICER, A., ‘Introduction’, J. POLLMANN en A. SPICER red., Public Opinion and Changing Identities in the Early Modern Netherlands. Essays in Honour of Alastair Duke, Leiden en Boston, 2007, 1-10.

RODRIGUEZ-SALGADO, M.J., The Changing Face of Empire. Charles V, Philip II and Habsburg Authority, 1551-1559, Cambridge, 1988.

SCHEELINGS, F.G., ‘De geschiedschrijving en de beeldvorming over de Opstand in de Zuidelijke Nederlanden 16e-18e eeuw)’, J. CRAEYBECKX, F. DAELEMAN en F.G. SCHEELINGS red., “1585: Op gescheiden wegen…” Handelingen van het colloquium over de scheiding der Nederlanden, gehouden op 22-23 november 1985, te Brussel, Leuven, 1988, 151-180.

SOEN, V., Par la voye de pacification et negotiation. Verzet, verzoening en ‘vredehandel’ tijdens de Nederlandse Opstand (1564-1598), Leuven, 2008. (Onuitgegeven doctoraat. Raadpleegbaar in de Centrale Bibliotheek van de Katholieke Universiteit Leuven.)

SWART, K.W., William of Orange and the Revolt of the Netherlands 1572-1584 (St Andrews Studies in Reformation History), Ashgate, 2003.

THOMAS, W., ‘De mythe van de Spaanse inquisitie in de Nederlanden van de zestiende eeuw’, Bijdragen en Mededelingen betreffende de geschiedenis der Nederlanden, 105 (1990), 325-353.

TJADEN, A.J., ‘De reconquista mislukt’, P.J. BLOK red., Algemene geschiedenis der Nederlanden, VI, Bussum, 1980, 248-249.

UBACHS, P.J.H., ‘Lijst van geëxposeerde stukken’, E.P.M.RAMAKERS, P.J.H. UBACHS en R.P.W.J.M. VAN DER HEIJDEN, Stad tegen imperium. Maastricht belegerd door Parma, Maas-tricht, 1979.

VAN DEN NIEUWENHUIZEN, J., Antwerpen in 1585, Antwerpen, 1985.

VAN DER ESSEN, L., ‘De scheuring in de Nederlanden 1579-1585’, J.F. NIERMEYER e.a. red., Algemene geschiedenis der Nederlanden, V, Antwerpen e.a., 1952, 140-173.

VAN DER ESSEN, L., Alexandre Farnèse, prince de Parme, gouverneur général des Pays-Bas (1545-1592), 5 dln., Brussel, 1933-1937.

VAN DER ESSEN, L., Kritische studie over de oorlogsvoering van het Spaanse leger in de Nederlanden tijdens de XVIe eeuw. V. Onder Farnese, tot na de inneming van Maastricht (1578-1579), Brussel, 1956.

VAN DER ESSEN, L., Kritische studie over de oorlogsvoering van het Spaanse leger in de Nederlanden tijdens de XVIe eeuw. VI. Van na de verovering van Maastricht tot het begin van het groot offensief tegen de Vlaamse provinciën (1579-1582), Brussel, 1957.

VAN DER ESSEN, L., Kritische studie over de oorlogsvoering van het Spaanse leger in de Nederlanden tijdens de XVIe eeuw. VIII. Tot na de omsingeling van Ieper, Brugge en Gent (1583), Brussel, 1959.

VAN DER ESSEN, L., Kritische studie over de oorlogsvoering van het Spaanse leger in de Nederlanden tijdens de XVIe eeuw. IX. De capitulatie van Ieper en Brugge en de grote nood te Gent (1584), Brussel, 1960.

VAN DER ESSEN, L., ‘Politieke geschiedenis van het zuiden 1585-1609’, J.F. NIERMEYER e.a. red., Algemene geschiedenis der Nederlanden, V, Antwerpen e.a., 1952, 245-282.

VAN DER HEIJDEN, R.P.W.J.M., ‘Stad tegen imperium. Maastricht belegerd door Parma 1579-1979’, E.P.M.RAMAKERS, P.J.H. UBACHS en R.P.W.J.M. VAN DER HEIJDEN, Stad tegen imperium. Maastricht belegerd door Parma, Maastricht, 1979, 5-14.

VAN DER LEM, A., De opstand in de Nederlanden: 1555-1609, Utrecht, 1995.

VAN DER LEM, A., ‘Van de prins geen kwaad. De moordplannen van en op Oranje’, T. VERSCHAFFEL red., Koningsmoorden, Leuven, 2000, 159-172.

VAN DER WOUDE, A.M., ‘De crisis in de Opstand na de val van Antwerpen, deel I’, P. GEYL e.a. red., Bijdragen voor de geschiedenis der Nederlanden, 14, Den Haag en Antwerpen, 1960, 38-56.

VAN GELDEREN, M., The political thought of the Dutch revolt 1555-1590, Cambridge, 1992.

VAN NIEROP, H., ‘‘And Ye Shall Hear of Wars and Rumours of Wars’. Rumour and the Revolt of the Netherlands’, J. POLLMANN en A. SPICER red., Public Opinion and Changing Identities in the Early Modern Netherlands. Essays in Honour of Alastair Duke, Leiden en Boston, 2007, 69-86.

VAN NIEROP, H., ‘Delft: Prinsenhof. Willem van Oranje vermoord, 1584’, M. PRAK red., Plaatsen van herinnering, Nederland in de zeventiende en achttiende eeuw, Amsterdam, 2006.

VAN NIEROP, H., ‘Edelman, bedelman. De verkeerde wereld van het Compromis der edelen’, Bijdragen en Mededelingen betreffende de geschiedenis der Nederlanden, 107 (1992), 1-27.

VAN ROEY, J., De val van Antwerpen, 17 augustus 1585: voor en na, Antwerpen, 1985.

VAN STIPRIAAN, R., ‘Words at war: the early years of William of Orange’s propaganda’, Journal of Early Modern History, 11 (2007), 331-349.

VERHAEGEN, S., Van zelfverdediging tot tirannenmoord. Franse invloed in de rechtvaardigende pamfletten aangaande de Opstand in de Nederlanden, Leuven, 2008. (Onuitgegeven masterproef. Raadpleegbaar in de Centrale Bibliotheek van de Katholieke Universiteit Leuven.)

VOET, L., ‘Christoffel Plantijn (ca. 1520-1589) een synthese’, M. DE SCHEPPER red., Ex Officina Plantiniana: studia in memoriam Christophori Plantini (ca. 1520-1589), Antwerpen, 1988, 15-44.

WILSON, C., Queen Elizabeth and the Revolt of the Netherlands, Den Haag, 1979.

WOLTJER, J.J., ‘De wisselende gestalten van de Unie’, S. GROENVELD en H.L.P. LEEUWENBERG red., De Unie van Utrecht. Wording en werking van een verbond en een verbondsacte, Den Haag, 1979, 88-100.

WOLTJER, J.J., Tussen vrijheidsstrijd en burgeroorlog: over de Nederlandse opstand 1555-1580, Amsterdam, 1994.