Nucleaire Wapens: Overbodig of Broodnodig?

Felix
Desmyttere

Nucleaire Wapens: overbodig of broodnodig?

Kernwapens hangen reeds gedurende heel wat decennia als een zwaard van Damocles boven het hoofd van de internationale gemeenschap. De Koude Oorlog mag dan wel voltooid verleden tijd zijn, nucleaire wapens zijn dat niet. In het relatief recente verleden doken nieuwe kernmogendheden op en investeerden staten in het moderniseren van hun arsenalen. Staten achten dergelijke wapens nog steeds van groots belang voor hun verdediging. Recent onderzoek (ICAN) wierp het licht op (on)rechtstreekse investeringen van KBC en VDK Spaarbank in nucleaire wapentechnologie. Hoe is het mogelijk dat kernwapens vandaag toegelaten zijn, of zijn ze dat niet?

Dat kernwapens brandend actueel zijn, heeft iedereen ongetwijfeld reeds opgevangen. De actualiteit overheerst met berichtgeving over atoomwapens, met de Verenigde Staten en Noord-Korea in de hoofdrol. Mijn onderzoek gaat in essentie in op twee elementen van dit debat.

 

Mogen staten kernwapens bezitten?

Ten eerste ga ik dieper in op de vraag of staten verplicht zijn hun kernwapens te vernietigen. Mogen staten met andere woorden kernwapens bezitten? In 1968 werd een verdrag (een akkoord tussen verschillende staten, n.v.d.r.) gesloten waarin staten zich verbonden hebben om inspanningen te doen op kernwapens te vernietigen. De vraag is echter of staten verplicht zijn dit te doen. Betekent ‘ik zal mijn best doen om morgen op tijd te komen’ hetzelfde als ‘ik beloof dat ik morgen niet te laat kom’? Verder vond ik het interessant na te gaan of landen die niet betrokken zijn bij het verdrag ook verbonden kunnen zijn. Was je met je vrienden niet mee naar de bioscoop, dan kan je ook niet verplicht zijn mee te betalen in de tickets voor de film. Het internationaal recht (de regels die de verhoudingen tussen staten regelen) bestaat echter zoiets als gewoonterecht. Wanneer een regel door alle, of bijna alle, staten aanvaard wordt, zullen ook landen die niet betrokken waren bij de creatie van de regel, deze moeten naleven. Op deze manier zou bijvoorbeeld Noord-Korea verplicht kunnen worden haar nucleaire wapens te vernietigen.

Ik kwam hierbij tot de conclusie dat staten verplicht zijn hun kernwapens te vernietigen. Voor staten die betrokken waren bij het akkoord van 1968 bestaat weinig discussie. Wie mee ging naar de bioscoop, betaalt mee. Voor staten die niet betrokken waren bij het akkoord kan geargumenteerd dat zij ook een verplichting hebben. Hierover bestaat wel meer discussie. Staten hebben nog steeds veel kernwapens. Daarover bestaat geen discussie. Volgens mij is het aldus duidelijk dat staten hun verplichtingen tot ‘ontwapening’ niet nakomen.

 

Mogen staten kernwapens gebruiken?

Het lijkt vreemd, maar ook tijdens oorlog gelden regels. Men mag niet voor eender welke reden oorlog voeren met een andere staat. Men mag ook niet eender welk wapen gebruiken tegen de vijand. Sommige wapens zijn verboden omdat ze ‘onnodig leed’ veroorzaken, anderen omdat burgers mogelijks slachtoffer kunnen worden. Zo werden reeds enkele wapens verboden.

Door mijn tweede vraag te bestuderen wenste ik een antwoord te vinden op de vraag of een kernwapen gebruikt mag worden tijdens oorlog. Naast klassieke theorieën hield ik hierbij rekening met een recente internationale stroming. Deze visie, het ‘humanitair initiatief’, gaat uit van de verschrikkelijke effecten van kernwapens. Nucleaire wapens veroorzaken bij hun gebruik vernietigende effecten voor de mens en het milieu en dit voor een zeer lange periode. De effecten van het testen van kernwapens tijdens de Koude Oorlog zijn tot op vandaag merkbaar in de getroffen regio’s. Deze destructieve effecten zijn volgens het ‘humanitaire initiatief’ de basis voor een verbod op kernwapens.

Ik stelde vast dat meer nodig was. Een basis moet ook gevonden worden in internationale regels. Er bestaat een internationaal akkoord dat kernwapens verbiedt, maar dit akkoord is nog niet actief. Bovendien zullen staten die nucleaire wapens bezitten dit akkoord niet steunen. Er is meer nodig. Daarom nam ik een reeks algemeen aanvaarde principes onder de loep. Het gaat om principes die toepasselijk zijn op oorlogsvoering. Burgers mogen bijvoorbeeld geen doel vormen van een aanval, net als het milieu. Wapens mogen geen onnodig leed veroorzaken. De mensenrechten, zoals het recht op leven, moeten steeds gewaarborgd blijven.

Als kerngedachte heb ik besloten dat geen enkel gebruik van een kernwapen in overeenstemming kan zijn met deze principes. Dit geldt voor de traditionele ‘atoombom’, die gehele steden en gebieden kan verwoesten. Dit besluit geldt eveneens voor modernere kernwapens, die kleiner en preciezer zijn. Deze ‘tactische kernwapens’ zijn even onwettig als hun grotere versies.

 

Hoe moet het nu verder?

Er bestaat op internationaal niveau een algeheel verbod op het bezit en het gebruik van kernwapens. Dit kan pas efficiënt worden toegepast als het voldoende steun vindt. Tot op heden zijn slechts 19 staten partij bij het verdrag. De andere staten gaan dus niet akkoord. Ook België geeft te kennen niet akkoord te gaan met het verdrag. Dit zou immers betekenen dat Amerikaanse kernwapens verwijderd dienen te worden uit ons land.

Belangrijke stappen zijn reeds gezet, maar de weg is nog lang en vol hindernissen. In het vervolg van mijn onderzoek ben ik ingegaan op deze hindernissen en hoe ze overwonnen kunnen worden. Dat de erkenning van het probleem door de internationale gemeenschap van groots belang is, staat buiten kievit. Op het niveau van de staten zelf is echter nog veel werk. Bewust van de bescheiden impact van mijn werk, hoop ik dat het toch ogen opent en een juridisch betoog voor de onwettigheid van kernwapens aanreikt.