Vind je weg in superdiversiteit. BegeLEID je team naar divers-sensitiviteit.

Elfie
Van Haudenhuyse

Turnles met een niet-aangeboren hersenletsel

“Door een niet-aangeboren hersenletsel mag een leerling op advies van de behandelende arts bepaalde oefeningen niet of slechts gedeeltelijk doen: koprollen, langer lopen dan 200 meter, … Toch blijft de turnleerkracht haar 1 op 20 geven voor uithoudingsvermogen. Alle argumenten ten spijt blijft hij de leerling quoteren op wat ze gezien haar medische conditie niet kan. Na tussenkomst van Unia wordt het programma voor de rest van het schooljaar overlopen en wordt de quotering aangepast. Het meisje wordt nu beoordeeld op wat ze wél kan.

Dit is één van de voorbeelden uit de Diversiteitsbarometer van Unia (2018), een onderzoek over gelijke kansen in de scholen van de drie gemeenschappen. Hieruit blijkt dat we ondanks de vele inspanningen die al geleverd zijn, nog een lange weg af te leggen hebben in het omgaan met de superdiverse maatschappij.

Tijdens mijn opleiding ben ik wel vaker geconfronteerd met leerkrachten die heel positief stonden t.a.v. de superdiversiteit, maar niet meer wisten uit welk hout pijlen maken. De diverse klasgroep waarvoor zij stonden, leidde tot onzekerheid en soms tot frustratie. Een gevoel van onmacht. Ik luisterde ook naar het verhaal van een voormalige directrice die uit het vak gestapt was omdat de weerstand binnen haar team tegen het diversiteitsverhaal haar danig ontmoedigd had. Ze kreeg reacties zoals “Het is maar mijn job!” en “Wij wonen hier, waarom zouden wij ons moeten aanpassen?”

Die onwelwillendheid heb ik ook ervaren. Leerkrachten die het gebruik van de thuistaal op school verboden. Mij een ongemakkelijk gevoel gaven bij het uiten van  vooroordelen en stereotype gedachten over leerlingen of ouders. Sommige scholen achten het niet nodig om aandacht te besteden aan diversiteit (wegens niet zichtbaar aanwezig) of benaderen diversiteit enkel mondiaal, waardoor het een ver van mijn bed show wordt. Maar alle kinderen van deze scholen zullen later ook deel uitmaken van onze superdiverse maatschappij!

De school is één van de weinige plaatsen waar diversiteit nog moeilijk genegeerd kan worden. Hierdoor wordt ze voor een dubbele opdracht geplaatst (Steunpunt Diversiteit & Leren, 2007). In het kader van de emancipatorische opdracht van het onderwijs (de leerling klaarstomen voor een zelfstandig leven in onze maatschappij), staan deze beide opdrachten in functie van de leerling.

Naast het belang van leerkrachten die bewust een voorbeeldrol vervullen en op de hoogte zijn van bepaalde mechanismen die tot uitsluiting leiden, acht ik het ook belangrijk dat elke onderwijsactor zich goed en zelfzeker voelt tijdens het uitoefenen van een immens waardevolle job, veerkracht toont en een open, positieve houding aanneemt. Dit zijn doelstellingen die in functie van de onderwijsactor staan.

Werken aan een eigen competentie van ‘omgaan met diversiteit’ is niet alleen een uitdaging, maar een noodzaak binnen het veranderingsproces waar de maatschappij zich in bevindt .

 

Hoe kan je als (bege-)leider nu vormgeven aan dit veranderingsproces?

De directie heeft, vanuit een gedeelde visie tussen alle leden van het schoolteam, de slagkracht om het diversiteitsbeleid in de sporen te zetten en te houden.

Het doel dat ik beoog, houdt een cultuurverandering in: er vindt een wijziging plaats in de normen, waarden en overtuigingen binnen de school. Cultuur is volgens Edgar Schein (2012) “de manier waarop we hier met elkaar omgaan”. We willen graag dat de leden van het schoolteam op een andere manier gaan denken en doen.

Uit meerdere onderzoeken blijkt de absolute kracht van communicatie, relationele gerichtheid, liefde, stimulatie, geloof en het openstaan voor diversiteit. We gaan dan ook inzetten op divers-sensitiviteit.

Divers-sensitief zijn in een relatie, vertrekt vanuit communicatie met de unieke persoon die tegenover je staat. Het contact start zonder vooroordelen, vanuit een grondhouding van aanvaarding. Hierbij heb je aandacht voor het ‘anders-zijn’, maar voel je ook aan wanneer de verschillen niet relevant zijn. Het is streven naar gelijkheid vanuit openheid, wederzijds respect en menselijkheid. Het impliceert groeien als kritisch reflectieve professional.

We streven hier naar een verbetering als hoofdvorm van verandering. “De inspanningen zijn er dan op gericht om het goede te behouden en elementen daaruit nog beter te maken.” (Weggeman e.a., 1997). Het is dus belangrijk dat we ons focussen op wat reeds goed gaat, op het versterken, waarderen en inzetten van de reeds aanwezige krachten in het team.

Mijn bachelorproef vormt een leidraad waarin de lezer door het veranderingsproces wordt geloodst aan de hand van het Prosci®-ADKAR® model, initieel ontwikkeld door Jeff Hiatt in 2006.

Jeff Hiatt gelooft dat het geheim tot veranderen niet enkel ligt in het hebben van een visie of een oplossing, maar in het vermogen om de mensen die bij het proces betrokken zijn, te veranderen. Zorg daarom voor individuele erkenning en appreciatie van de inzet van de teamleden, want die zullen stuwkracht, energie en enthousiasme creëren.

ADKAR® is een acroniem dat de vijf mijlpalen of resultaten representeert, noodzakelijk om verandering te realiseren: awareness, desire, knowledge, ability en reinforcement.

image-20180929164701-1

ADKAR® toegepast op ons veranderingstraject resulteert in vijf doelstellingen, waarbij de onderwijsactor centraal staat binnen het diversiteitsverhaal:

A Bewust zijn van de huidige maatschappelijke realiteit, de superdiversiteit.

D Goesting krijgen om met de superdiversiteit aan de slag te gaan op school.

K Kennis hebben om op een krachtgerichte manier om te gaan met, en te verbinden in diversiteit. Kennis hebben over de competentie divers-sensitiviteit.

A Vermogen ontwikkelen om via reflectie en samenwerking te groeien in deze competentie.

R  Versterken van de verandering opdat diversiteit normaliteit wordt.

Een veranderingsproces vraagt tijd. Elke mijlpaal kan maanden (mogelijks jaren) in beslag nemen. Hierdoor was het jammer genoeg niet mogelijk om deze leidraad te schrijven en integraal aan de praktijk te toetsen in één academiejaar. Verder praktijkonderzoek zou dan ook waardevol zijn.

Inclusief onderwijs biedt volgens Unesco kwalitatief onderwijs aan alle kinderen uit onze superdiverse samenleving. Mijn  bachelorproef wil die mensen bereiken die diep vanbinnen voelen dat het niet om een keuze gaat, maar om een noodzaak, vanuit liefde.

 

Onze uitdaging?

Superdiversiteit als normaliteit beschouwen en in het veranderingsproces werken aan het begeleiden van elk lid uit het schoolteam via divers-sensitiviteit.

(ingekorte thesis raadpleegbaar in Scriptiebank)

Download scriptie (1.24 MB)
Universiteit of Hogeschool
Arteveldehogeschool Gent
Thesis jaar
2018
Promotor(en)
Mevr. Saskia Decraene
Thema('s)