WereldbeSSchouwelijke vorming in Vlaanderen: De ideologische scholing van de Vlaamse SS en de DeVlag tijdens de Tweede Wereldoorlog

Toon
De Clerck

De Tweede Wereldoorlog, het nationaalsocialisme, de Schutzstaffel (SS) en de collaboratie zijn allemaal thema’s die veel mensen blijven fascineren. De talloze oorlogsdocumentaires op Canvas of National Geographic zijn daar sprekende voorbeelden van. Toch blijven er aspecten van die thema’s amper onderzocht. De ideologische scholing van de Vlaamse SS en de Duits-Vlaamse Arbeidsgemeenschap (DeVlag) was er zo een. Deze masterproef focuste daarom op de manier waarop de SS de ideologische vorming van haar leden in Vlaanderen tijdens de Tweede Wereldoorlog organiseerde.

 

Wie binnenkort Berlijn bezoekt, moet zeker eens binnenspringen in het vrij toegankelijke museum en documentatiecentrum Topographie des Terrors. Dat museum besteedt aandacht aan de misdaden van het naziregime tussen 1933 en 1945. Vooral de macht die de NSDAP en de SS in het nationaalsocialistische systeem hadden, wordt er uitgebreid toegelicht. De NSDAP was de nationaalsocialistische politieke partij van Adolf Hitler. De SS fungeerde als de paramilitaire tak van die partij. Ze had een autonome structuur en stond onder leiding van Heinrich Himmler. De leden van de SS beschouwden zichzelf als de elite van de nationaalsocialistische samenleving. Dit betekende dat er van de SS’ers zowel fysiek als ideologisch hoge eisen werden gesteld.

De geschiedschrijving over de SS heeft tot nu toe vooral gefocust op de wandaden die de SS-leden pleegden aan en achter de oorlogsfronten. Historici gingen er daarbij gemakshalve van uit dat de ideologie geen grote rol speelde binnen de organisatie, de fysieke paraatheid voor de strijd primeerde volgens hen. Ook de bezoekers van Topographie des Terrors krijgen te lezen dat het theoretische element slechts een weinig belangrijke rol speelde binnen de SS.

Uit recent historisch onderzoek bleek dat die stelling te ongenuanceerd was. Verschillende onderzoekers wezen er op dat de SS-top wel degelijk begaan was met de nationaalsocialistische kennis van haar leden. Vanaf Hitlers machtsovername in 1933 werkte de SS daarom een heel opleidingssysteem uit om haar leden fysieke oefeningen op te leggen én om ze ideologisch te onderwijzen.

Aanvankelijk bleef het SS-opleidingssysteem beperkt tot het grondgebied van nazi-Duitsland. Maar, zoals bekend startte nazi-Duitsland de Tweede Wereldoorlog en veroverde het vanaf 1939 grote delen van Europa. Dit liet de SS toe om activiteiten te ontwikkelen in de gebieden die Duitsland bezette. Ook in Vlaanderen probeerde de SS voet aan de grond te krijgen. Opmerkelijk genoeg was er over de manier waarop de SS haar ideologisch onderwijs organiseerde in Vlaanderen nog geen studie verschenen.

 

Geen succes voor de Vlaamse SS

 

De Vlaamse SS bleek geen succesverhaal. Vooral het tijdrovende, veeleisende lidmaatschap én het vooruitzicht om zelf ten strijde te moeten trekken, hadden een zeker afschrikeffect voor potentiële leden. Bovendien verhulde de Vlaamse SS niet dat ze een voorstander was van een Duitse annexatie van Vlaanderen. Dat terwijl veel Vlamingen die aangetrokken waren tot de ideeën van de Nieuwe Orde, niet onmiddellijk een voorstander van een Duitse annexatie waren. Omwille van die redenen kon de Vlaamse SS geen stevige machtspositie verwerven.

De Duitse SS-top moest noodgedwongen op zoek naar een alternatieve strategie om haar invloed in Vlaanderen uit te kunnen breiden. Zo kwam ze terecht bij de Duits-Vlaamse Arbeidsgemeenschap (DeVlag). Dat was een organisatie die toegankelijker bleek te zijn.

De DeVlag was een Duits-Vlaamse organisatie die halverwege de jaren dertig was opgericht. Vóór de oorlog was het een strikt cultureel samenwerkingsverband met als doel om de culturele en academische banden tussen Duitsland en Vlaanderen aan te halen. Het publiek dat de DeVlag in die periode wist te bereiken was zeer beperkt. Tijdens de oorlog veranderde het opzet van de DeVlag totaal. De organisatie transformeerde in een politieke organisatie die collaboreerde met de Duitse bezetter. Met de steun van de SS groeide de DeVlag uit van een marginale organisatie tot de belangrijkste collaborerende organisatie in Vlaanderen. De DeVlag zette verschillende initiatieven op poten om het maatschappelijke middenveld te veroveren. Zo richtte ze onder andere een nationaalsocialistische jeugdbeweging en verschillende tijdsschriften op.

 

Ideologische scholing door de DeVlag

 

Onder de beschermvleugels van de SS werkte de DeVlag vanaf het najaar van 1943 een grondscholingsplan uit. Dit scholingsplan diende om de DeVlag-leden de beginselen van de nationaalsocialistische leer bij te brengen. Concreet betekende dit dat de leden tien maanden lang elke maand twee zondagvoormiddagen verplicht moesten vrijhouden om lessen over de nazi-ideologie te volgen.

In de lessen stond vooral de rassenleer – met haar inherente antisemitische en anticommunistische inslag – centraal. Andere belangrijke thema’s waren de geschiedenis van de Germanen en de verheerlijking van Adolf Hitler. Opmerkelijk was dat de nazi-ideologie niet in steen was gebeiteld, ze werd aangepast aan de Vlaamse gevoeligheden. Zo werd de antikatholieke retoriek sterk afgezwakt en leerden de DeVlag-leden dat een Duitse annexatie niet gelijkstond aan verduitsing of aan de verdwijning van de Nederlandse taal.

De Duitse SS-top monitorde het grondscholingsplan van bovenaf. Himmler benadrukte steevast het belang om de lessen interessant en boeiend te houden. Om dat doel te kunnen bereiken ontvingen de lesgevers van de DeVlag uitgebreide richtlijnen over de manier waarop ze hun lessen moesten organiseren. Een voorbeeld hiervan was dat de lesgevers werden aangemoedigd om hun cursisten met elkaar te laten discussiëren. Zelfstandig leren redeneren en onderlinge gedachten uitwisselen werden aangemoedigd, al moest de lesgever natuurlijk wel in de gaten houden dat alles in overeenstemming bleef met de nationaalsocialistische leer. Op die manier kreeg de indoctrinatie in de lessen vorm.

Met die bevindingen bevestigde dit onderzoek wat andere recente onderzoeken al hadden aangehaald, namelijk dat het theoretische element binnen de SS crucialer was dan lange tijd werd verondersteld. Daarmee droeg het bij aan de meer genuanceerdere visie over de werking van de SS.

Dus, wie binnenkort naar Berlijn reist en graag nog meer wilt weten over de SS, kan met deze achtergrondinfo zeker eens een bezoekje brengen aan het Topographie des Terrors-museum. En, na zo’n zware geschiedenisles is een drankje in één van de vele hippe bars of nachtclubs die Berlijn rijk is meer dan verdiend.

Download scriptie (1.06 MB)
Universiteit of Hogeschool
KU Leuven
Thesis jaar
2018
Promotor(en)
Sarah Van Ruyskensvelde
Thema('s)