Alzheimer dementie passé? Tell me more!

Marianne
Looten

Alzheimer dementie is de meest voorkomende oorzaak van dementie. Het is een hersenaandoening waarbij het cognitief functioneren achteruitgaat, wat betekent dat de demente persoon stoornissen vertoont van het geheugen en bij het uitvoeren van alledaagse handelingen. De patiënt wordt afhankelijk van naasten en zorgverleners, wat een hoge sociale en maatschappelijke kost met zich meebrengt. In 2015 leden 122.161 Belgen aan deze aandoening. Nu steeds meer mensen een steeds hogere leeftijd bereiken, groeit dat cijfer alleen maar. Daarom zijn wetenschappers op zoek naar middelen die Alzheimer dementie kunnen voorkomen of vertragen. Het gaat dan vooral om medicatie die inwerkt op de hersenen, maar men is ook op zoek naar niet-medicamenteuze middelen omdat geneesmiddelen vaak lastige bijwerkingen hebben die men wilt vermijden.

Welke mogelijkheden zijn er?

Een mogelijke niet-medicamenteuze vorm van preventie is het opbouwen van cognitieve reserve. Cognitieve reserve is een term die zegt hoe weerstandig de hersenen zijn aan neurodegeneratieve schade. Het reflecteert hoe goed de hersenen in staat zijn om te functioneren ondanks aftakeling van de hersencellen. Als men twee personen met vergelijkbare hersenpathologie en andere kenmerken zoals geslacht en leeftijd zou vergelijken, zou diegene met een hogere cognitieve reserve beter presteren op cognitieve testen. Onder andere taalvaardigheid zou bijdragen aan cognitieve reserve.

De invloed van meertaligheid

Wat blijkt nu? In 2007 voerde Ellen Bialystok, een Canadese wetenschapster, een onderzoek uit bij 182 patiënten van een Canadese geheugenkliniek. Daaruit bleek dat meer dan één taal spreken een beschermend effect heeft op de hersenen. In vergelijking met ééntalige personen, ontwikkelden tweetalige personen 4,1 jaar later symptomen van dementie en de ziekte vorderde bovendien ook minder snel. Als er inderdaad een verband is tussen het leren van een extra taal en het uitstellen van Alzheimer dementie, zou dat heel goed nieuws zijn. Het zou immers een goedkope behandelingsmethode zijn die geen negatieve bijwerkingen heeft, die heel toegankelijk is, die je één keer ‘toedient’ en waar je daarna levenslang iets aan hebt. Zeker voor Belgen zou dit mooi meegenomen zijn, want de meeste Belgen spreken wel twee of drie talen!

Maar er zijn enkele bedenkingen...

Omdat één onderzoek nooit voldoende is om ergens een eenduidige conclusie over te trekken, werd het onderzoek van Bialystok door haarzelf en door andere wetenschappers herhaald. Niet al die andere studies toonden dezelfde resultaten als de eerste studie van Bialystok. Retrospectieve studies, dus studies die mensen bevroegen over iets uit het verleden, toonden wel een verband. Prospectieve studies, studies die mensen in het heden opvolgden om iets te onderzoeken, toonden dat verband niet. Dit verschil kan deels te wijten zijn aan de manier waarop het onderzoek werd uitgevoerd. Er zijn onder andere verschillen wat betreft cultuur en sociaaleconomische achtergrond, de definitie van twee- en meertaligheid, de definitie van dementie en of de diagnose gesteld werd door een arts of familieleden. Vooraleer we kunnen besluiten of twee- en meertaligheid al dan niet nuttig is voor het uitstellen en vertragen van Alzheimer dementie, moet er dus méér en meer kwaliteitsvol onderzoek gedaan worden. Maar één ding is zeker: een tweede taal leren kan sowieso nooit kwaad! Allez, off you go!

Download scriptie (814.98 KB)
Universiteit of Hogeschool
KU Leuven
Thesis jaar
2018
Promotor(en)
Brigitte Schoenmakers