Persoonlijke informatie als betaalmiddel voor gebruik van de online services van Google?

Judith
Knuvers

Even een mail versturen via Gmail voordat je de deur uit loopt, onderweg naar je afspraak via Google Maps checken of je de juiste kant op gaat en op kantoor nog even iets ‘Googlen’, want ja, je wilt toch zeker zijn van je zaak. De alomtegenwoordigheid van Google lijkt (bijna) onontkoombaar. We delen dan ook maar al te graag onze persoonlijke informatie met Google – in ruil voor dagelijks gebruik van de services van het internetbedrijf. Maar wat zijn de gevolgen hiervan voor onze online privacy?

 

We kampen dagelijks met het dilemma; gebruikersgemak of online privacy? We willen Google gebruiken – Google niet gebruiken, is dat überhaupt een optie? – maar… dat houdt in dat we onze persoonlijke data moeten delen met het miljardenbedrijf zonder precies te weten wat er mee gebeurt. We moeten, met andere woorden, onze online privacy opgeven voor het gebruik van Google. En hoewel we zeggen waarde te hechten aan onze online privacy, laat ons onlinegedrag iets anders zien. Dit dilemma wordt ook wel de ‘privacy-paradox’ genoemd.

 

Het probleem is dat we onvoldoende geïnformeerd worden over de risico’s die het delen van persoonlijke informatie met zich meebrengt. Bedrijven zoals Google, die streven naar het verzamelen van zoveel mogelijk persoonlijke data, zullen ons immers niet zo snel informeren over de verschillende risico’s die het delen van zulke data met zich meebrengt. Niet verrassend ook. Als Google zou zeggen: “We vragen je de volgende informatie te delen, maar we kunnen niet beloven dat deze informatie niet bij andere bedrijven terecht komt”, zou je dan net zo snel je informatie delen? Waarschijnlijk niet.

 

De enige manier waarop wij te weten komen of bedrijven zoals Google onze online privacy schenden, is door de berichten die media erover schrijven. We zijn in zekere zin afhankelijk van media; zij moeten ons informeren. Media spelen dus ook een zeer belangrijke rol in het vormen van het beeld dat wij van deze bedrijven, evenals van het concept online privacy, hebben. Wat als echter blijkt dat media ons onvolledig informeren?

We moeten kritisch zijn over bedrijven zoals Google die onze online privacy schenden, ja. Maar, we moeten toch ook kritisch zijn over media, die de verantwoordelijkheid hebben om ons te wijzen op de fouten die bedrijven maken?

 

Dit onderzoek laat zien dat we niet alleen voorzichtig moeten zijn met het vertrouwen van technologiebedrijven zoals Google, maar ook met het vertrouwen van mediabedrijven. “We kunnen niet zonder nadenken de (online) krant van het NRC openslaan en aannemen wat daarin staat.”

 

Uit een analyse van online nieuwsberichten van het NRC en de Correspondent over online privacy-schending door Google, blijkt dat media op een hele andere manier over online privacy-schending schrijven. Beide media schetsen het herkenbare debat rondom online privacy-schending. Enerzijds wordt online privacy-schending gezien als een probleem waarvoor verantwoordelijken aangewezen moeten worden en waartegen iets gedaan moet worden. Anderzijds wordt online privacy-schending neergezet als iets wat onvermijdelijk is in de digitale maatschappij. We willen nu eenmaal het gemak dat de services van Google bieden en we zullen daarvoor moeten betalen – met onze gegevens. Ze benaderen dit debat echter op een andere manier.

 

Het NRC ziet online privacy-schending bijvoorbeeld wel als een probleem, maar legt de verantwoordelijkheid hiervoor niet bij Google – terwijl Google toch het bedrijf is dat geen rekening houdt met onze online privacy? Komt dit wellicht omdat het NRC, als commercieel bedrijf, niet te kritisch kan zijn over andere, commerciële bedrijven? De Correspondent, die voor haar inkomsten niet afhankelijk is van advertenties, legt de verantwoordelijk namelijk wel bij Google. Dit betekent dat lezers van het NRC een heel ander begrip van online privacy-schending door Google zullen hebben dan lezers van de Correspondent – met alle gevolgen van dien. Wie kan er immers bewuste keuzes maken met betrekking tot onlinegedrag zonder volledig geïnformeerd te zijn?

 

 

 

We vertrouwen blindelings wat media schrijven over bedrijven zoals Google zonder hier kritisch over te zijn. Als media echter een onvolledig beeld schetsen van een belangrijke kwestie zoals online privacy-schending, dan moeten we ons hier bewust van zijn, toch? Beïnvloedt dat niet het vertrouwen dat we in deze media hebben? Het zou ons in ieder geval kritisch moeten laten nadenken de volgende keer dat we het NRC oppakken.

 

Er is niks mis met het lezen van de krant – ik heb zelf ook lange tijd een abonnement op het NRC gehad – maar we moeten ons wel bewust zijn van het feit dat het lezen van artikelen over online privacy-schending in het NRC niet per definitie lijdt tot een beter begrip van online privacy-schending. Daarvoor zullen we ons tot andere media moeten richten – media wier belangen misschien minder zullen invloed hebben op wat er online verschijnt.

Download scriptie (305.2 KB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Antwerpen
Thesis jaar
2017
Promotor(en)
Pieter Maeseele