(Mens)apen in de strijd tegen ontbossing

Tiffany
Scholier

In Afrika ging in 5 jaar tijd (2010-2015) 28.000 vierkante kilometer aan natuurlijk bos verloren door de houtkap, een oppervlakte vergelijkbaar met het dubbele van Vlaanderen. Verschillende onderzoeken voorspellen dat dit cijfer in de komende jaren zelfs nog zal toenemen. De toekomst van de dieren en planten die in deze wouden leven, lijkt dus onzeker. Uit de resultaten van mijn thesisonderzoek blijkt dat (mens)apen wel eens de sleutel tot het probleem kunnen zijn.

Een van de chimpansees in het studiegebied, vastgelegd door een cameraval

© RAFALE project

Boskap wordt altijd afgeschilderd als een doodvonnis voor al wat leeft in de getroffen bossen. Hoewel dit over het algemeen inderdaad zo is, vertonen primaten (zoogdiergroep waartoe (mens)apen alsook mensen behoren) deze trend niet. In ons studiegebied (RAFALE), gelegen in het oosten van de Democratische Republiek Congo, kon de aanwezigheid van maar liefst negen verschillende primaatsoorten worden vastgesteld, waaronder de bedreigde oostelijke chimpansee en de bedreigde Oegandese rode franjeaap. Deze verscheidenheid aan primaatsoorten is opvallend, aangezien het bestudeerde gebied erg klein en afgelegen is. Zo bedraagt het terrein in totaal nog geen twintig vierkante kilometer.

Herstellers van het bos

Vele primaten zijn grotendeels fruit- en zaadeters waardoor hun uitwerpselen boordevol plantenzaden zitten. Wanneer de dieren rondtrekken doorheen het regenwoud worden deze zaden dus verspreid. Een nieuwe scheut krijgt hierdoor de mogelijkheid om te kiemen op een plaats ver weg van de moederplant, waardoor het bos de kans krijgt om te hergroeien en uit te breiden.

In Afrika vormen primaten een van de belangrijkste groepen op vlak van het verspreiden van allerlei plantenzaden. Dat net deze groep in staat is te overleven in deels weggekapte bosgebieden is dus niet alleen voordelig voor het voortbestaan van de (mens)apen zelf, maar ook voor het herstel van de bossen. Hierdoor kan de immense impact van de houtkap in Afrika enigszins worden tegengegaan.

De echte bedreiging

In het kleine studiegebied waar de primaatsoorten werden waargenomen, viel ook de afwezigheid van grootschalige jacht op. Er worden dus geen vuurwapens gebruikt om op dieren te jagen. De lokale bevolking plaatst er slechts eenvoudige vallen op de grond. De afwezigheid van vuurwapens komt de primaten in het gebied natuurlijk ten goede, aangezien ze zo letterlijk en figuurlijk buiten schot blijven. In andere kleine wouden waar grootschalige jacht zich wel voordoet, zijn opmerkelijk minder (mens)apen terug te vinden. Primaten lijden dus eerder onder de aanwezigheid van grootschalige jacht en illegale stroperijen dan onder de rechtstreekse gevolgen van houtkap.

Efficiënte bescherming

Doordat apen zo’n belangrijke functie uitoefenen in hun omgeving, zal de bescherming van deze specifieke dieren sowieso ook helpen voor het behoud van kleine bossen. We raden daarom aan om te focussen op bossen waar er nog steeds een rijke primaatdiversiteit heerst waardoor zowel het bos zelf als de primaten efficiënt kunnen worden beschermd. Met het oog op bescherming van primaten zou ook voornamelijk moeten worden geïnvesteerd in de strijd tegen jacht en stroperij.

Primaten helpen dus actief in de bescherming van hun eigen leefgebied. De natuur strijdt, dus waarom zouden we haar geen handje helpen? Want de natuur is pas verloren als elk van ons beslist om de hoop op te geven.

 

Download scriptie (2.16 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Antwerpen
Thesis jaar
2017
Promotor(en)
Erik Verheyen