Negers, jazz en seks: hedendaagse Japanse literatuur anders bekeken

Steffie
Vandelacluze

Vergeet die kimono’s, onderdanigheid en hoge dosis zen attitude die maar al te vaak worden toegeschreven aan de moderne Japanse vrouw. Yamada Eimi, of Amy Yamada zoals ze zichzelf noemt, is een hedendaagse Japanse schrijfster die juist dit stereotiep beeld de wereld tracht uit te helpen door middel van haar literaire werken. Haar verhalen draaien veelal om een vrijgevochten Japanse vrouw op zoek naar avontuur en een ontsnappingsroute uit de patriarchale maatschappij, die verwikkelt raakt in een turbulente affaire met een Afro-Amerikaan. Voeg daarbij een hallucinante jaren ‘80-sfeer en stevige portie soulmuziek en jazz, en het plaatje is compleet.

 

Van naaktmodel tot prijswinnend auteur

Amy Yamada (Tokio, 1959) heeft altijd al een voorliefde voor literatuur gehad en schreef zich bijgevolg in om Japanse literatuur te studeren aan Meiji Universiteit. Daar kwam ze onder andere in contact met de Afro-Amerikaanse cultuur waarvan ze nog steeds helemaal in de ban is. Ook de wereld van manga (Japanse strips) was haar niet ontgaan: ze stopte haar studies om zich volledig te kunnen wijden aan het schrijven van manga. Gedurende haar tijd als manga-auteur werkte ze ook als naaktmodel en als bar hostess in Roppongi, een populaire uitgaansbuurt in Tokio.

Yamada’s ervaringen in Roppongi en haar relatie met een Afro-Amerikaan vormden het uitgangspunt voor haar eerste literaire werk, Bedtime Eyes uitgegeven in 1985. Haar literair debuut ging echter niet over rozen. De Japanse critici kregen het nogal warm van de seksueel expliciete scènes, het excentrieke Japanse vrouwelijk hoofdpersonage en het verschijnen van een Afro-Amerikaan -zowel met als zonder kleren- in Bedtime Eyes. Ze waren namelijk niet gewend aan dit soort controversiële onderwerpen in literatuur, maar waren wel onder de indruk van Amy Yamada’s expressieve taalgebruik dat doet denken aan soulmuziek en jazz. Yamada’s Bedtime Eyes werd uiteindelijk bekroond met de Japanse Bungei-prijs, wat een Japanse literaire prijs voor nieuw talent is.

 

“De enige sista in de wereld”

In Engelse vertaling verschenen onder andere: Bedtime Eyes, The Piano Player’s Fingers, Jesse’s Spine en Trash. De verhalen spelen zich zowel in Japan als in de Verenigde Staten af waardoor de grenzeloze culturen ook meteen van het blad rollen. Amy Yamada neemt je mee van Japan naar New York en terug. Dit doet ze onder meer door vaak Amerikaans slang te gebruiken. In het Japans doet ze dat op een unieke wijze, namelijk door te spelen met de Japanse karakters en de verschillende manieren waarop ze gelezen kunnen worden. Het spelen met de Japanse karakters is daarmee ook haar handelsmerk geworden.

Ook maakt Amy Yamada gretig gebruik van populaire soul en jazz nummers die ze verwerkt in het verhaal. In haar Japanse kortverhalenbundel Soul Music Lovers Only heeft elk verhaal de titel van een bekend soul of jazz nummer en hun inhoud is gebaseerd op de songteksten. Zo maakte Amy Yamada gebruik van het nummer Me and Mrs. Jones waarmee Billy Paul in 1972 een wereldhit scoorde. Yamada’s geschreven versie van Me and Mrs. Jones, nu ook voor het eerst vertaald naar het Engels, vertelt het verhaal van een onmogelijke liefde. Willy, een zeventienjarige onervaren jongen wordt smoorverliefd op Mrs. Jones, een rijpere Afro-Amerikaanse gehuwde dame die de taak op zich neemt om puberende jonge mannen in te wijden in de kunsten der liefde, met alle gevolgen van dien.

Je zou je nu kunnen afvragen: “Gaat het nu eigenlijk om Japanse literatuur of om Afro-Amerikaanse literatuur?” Amy Yamada is er zelf niet eenduidig over, zelf zegt ze: “de enige sista (Afro-Amerikaans slang voor sister) in de wereld te zijn die het Japans op een mooie wijze weet te gebruiken”. Met andere woorden, Yamada laat zich niet zomaar in een hokje duwen. Op deze manier maakt Yamada komaf met verouderde Japanse ideeën die het unieke van het Japanse ras onderstrepen en nauwelijks ruimte laten voor etniciteit die niet de Japanse is. Deze strikte opvatting wordt aangeduid met de Japanse term nihonjinron, waarvoor Amy Yamada duidelijk haar ongenoegen laat blijken.

 

Zeewier en chocolade

Daarnaast laat Amy Yamada ook haar stem als vrouw doorklinken. De Japanse hoofdpersonages zijn telkens dames die het imago van de traditionele Japanse vrouw aan stukken rijten. Ze weten wat ze willen, zijn seksueel vrijgevochten en laten zich niets opdringen door de Japanse patriarchale maatschappij. Hoewel dergelijke verhaallijnen tegenwoordig de wenkbrauwen niet meer doen rijzen, was het in de jaren ’80 wel behoorlijk indrukwekkend en ophefmakend.

Vele passages halen zowel het sublieme van het Japanse ras alsook de eer van de Japanse man in één ruk onderuit. Yamada is een grote fan van de Afro-Amerikaanse penis en steekt het onder geen stoelen of banken. Meer zelfs, vaak gebruikt ze het als een manier om de Japanse man (lees: patriarchale maatschappij) te kleineren.  De volgende passage uit Bedtime Eyes illustreert dit perfect: “Zijn piemel was niet het soort walgelijk rode ding zoals van blanke mannen. Ook was het niet het pathetische, kinderachtige ding van Japanse mannen, van het soort waar je niets mee bent totdat het in je zit. Bij Japanse mannen maak ik me voortdurend zorgen dat ik verstrengeld raak in hun schaamhaar omdat het zo goed lijkt op een bosje zeewier dat boven komt drijven op zee. Misschien was het omdat Spoon’s schaamhaar hetzelfde kleur had als zijn huid, maar ik was een en al verwondering voor zijn piemel. Het was magnifiek, zoals een grote reep chocolade, terwijl ik er gretig naar staarde kon ik het niet helpen dat ik begon te watertanden.”

 

Kortom, de excentrieke karakters die Yamada portretteert en de verhaallijnen die zich op het randje van het absurde bevinden laten een andere kant van de hedendaagse Japanse literatuur zien. Waarschuwing voor wie zich wil wagen aan haar boeken: niet voor tere zieltjes.

Download scriptie (1.32 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2017
Promotor(en)
Prof. Dr. Christian Uhl