Sociale media effenen het pad voor burgers in het krantennieuws

Kenza
Lamot

Minister Kris Peeters zegt dit, professor X van Universiteit Y zegt dat. Journalisten lijken zich zelden te wenden tot Jan of Mieke om hun artikelen te stofferen. Al zouden sociale media hier voor een kentering kunnen zorgen, zoals blijkt uit het onderzoek van masterstudente Kenza Lamot.

Nu iedereen op het internet een schalkse reactie, een snerende tweet, een mobiliserend blogbericht of een zelfgemaakte foto of video kan delen, maken burgers meer kans opgemerkt te worden door journalisten. Althans in theorie. Maar hoe zit het in de praktijk? Maken journalisten vandaag ook meer gebruik van burgers als bron? Verwijzen de kranten vandaag vaker naar de gewone man of vrouw dan pakweg tien jaar geleden? Of wekken de sociale media alleen maar de schijn van een meer inclusieve nieuwsverslaggeving?

Met die vragen in het achterhoofd wilde Lamot onderzoeken of burgers in 2016  meer in het krantennieuws aanwezig zijn dan voor de doorbraak van sociale media. Ze dook in het archief van de Consciencebibliotheek en turfde in totaal zo’n 1440 artikels uit de edities van Vlaamse kranten Het Nieuwsblad en De Morgen uit de jaren 2006 en 2016 waarbij ze naging of burgers vermeld worden in de artikels en welke rollen (vox pops, ooggetuigen, slachtoffers, daders, …)  die dan vervulden.

Niet vaker, wel actiever

Tegen haar verwachtingen in kon Lamot in haar empirische onderzoek geen toename van het aantal burgers in het nieuws waarnemen. Zowel in 2006 als in 2016 bevatte ongeveer een kwart van alle krantenartikels een of meer verwijzingen naar burgers. Meestal komen ze voor in de rol van ‘vox pops’ (39 procent) of ‘getuigen en betrokkenen’ (26,5 procent). “Maar journalisten lijken dus nog vooral de voorkeur te geven aan bronnen met autoriteit, zoals bijvoorbeeld politici”, aldus de onderzoekster.

Burgers komen vooral aan bod in nieuws over misdaad en justitie, zo blijkt. “Slachtoffers en ooggetuigen zijn vaak de eerste personen ter plaatse en hun getuigenis is dan ook enorm waardevol voor journalisten. Wat niet betekent dat ze zomaar de stem van politie of parket zouden kunnen vervangen. Ze zijn eerder een mooie aanvulling op het relaas van experten”, verklaart Lamot. Een uitschieter weliswaar, want ze merkte dat burgers nog vooral in zachtere berichtgeving aan bod komen: in een human interest-verhaal of in de media- en cultuurberichtgeving. En dat zowel bij De Morgen als bij Het Nieuwsblad.

Toch zijn er ook enkele verschillen tussen beide kranten waar te nemen. Zo stelde de studente vast dat De Morgen vooral in haar zachtere nieuwsberichtgeving burgers opvoert, terwijl Het Nieuwsblad vaker dan De Morgen ook op de politieke en economische pagina’s al eens een gewone burger aanhaalt.“Dat zou kunnen wijzen op een hogere nieuwswaarde van burgers in populaire kranten”, schrijft ze.

Dat burgers in 2016 niet vaker in de krant kwamen dan in 2006 wil niet zeggen dat er niks veranderd is. Sociale media spelen wel degelijk een rol, meent Lamot. Burgers slagen er volgens haar steeds meer in om hun stempel te drukken op het nieuws via die tools. Vaandeldragers zijn hier vooral Facebook en Twitter. Met name Facebook lijkt emanciperend te werken. In 85,7 procent van de krantenberichten die Facebook als bron vermelden, werd een burger geciteerd. Bij Twitter was dat slechts 52,2 procent. “Op Twitter zijn elitebronnen nog meer de gezagsdragers”, verklaart Lamot.

Digitale mondigheid

Uit haar onderzoek kon Lamot verder opmaken dat als burgers in het nieuws komen, dat steeds vaker op eigen initiatief is. En daar zou de invloed van sociale media zich kunnen manifesteren. “Burgers die vandaag weten hoe ze zich via sociale media moeten uiten, maken meer kans om opgepikt te worden in de media.”

De afhankelijkheid van die platformen om het nieuws mee vorm te geven, zou de digitale kloof wel verder kunnen bestendigen, vreest de onderzoekster. “Een grote meerderheid digibeten die niet actief communiceren via sociale media, dreigt zo te verglijden naar de marges van het debat. Het gevaar bestaat dat enkel wie digitaal mondig genoeg is nog kans maakt om het nieuws te bepalen.”

Er heerst op redacties nog altijd het gevoel dat nieuws in de Wetstraat te rapen valt, eerder dan in de Dorpstraat

Het is daarom te vroeg om te concluderen dat het nieuws democratiseert, nuanceert Lamot. Andere oorzaak hiervan is dat journalisten nog dikwijls vastgeroest blijven zitten binnen hun oude nieuwsroutines. En dat terwijl ze met de sociale media net een geheel nieuw kanaal hebben waarlangs ze de burger kunnen benaderen. “Er heerst op redacties nog altijd het gevoel dat nieuws in de Wetstraat te rapen valt, eerder dan in de Dorpstraat”, besluit de kersvers afgestudeerde.

Download scriptie (971.01 KB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Antwerpen
Thesis jaar
2017
Promotor(en)
Steve Paulussen